week 5 Flashcards

(14 cards)

1
Q

Drie vormen van rechtstaatsbewustzijn volgens Ewick en Sibley (1998)

A

Before the law, with the law en against the law

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

Before the law

A

dit type rechtsbewustzijn ziet de wet als een formeel, rationeel systeem dat losstaat van het dagelijkse leven. Het recht is onaantastbaar door individuele acties

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

With the law

A

Hier wordt de wet gezien als een spel, waarin regels kunnen worden gebruikt of aangepast om persoonlijke belangen te dienen. De grenzen tussen recht en dagelijks leven zijn poreus.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

against the law

A

Dit type beschrijft individuen die zich gevangen voelen door de wet, waarbij ze proberen de regels te omzeilen omdat ze de wet niet als een bruikbaar instrument zien.

Elzinga en Hertog noemen dit ook wel rechtsvervreemding

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

Vier typen rechtsvervreemding (wat lijkt op against the law van Ewick en Silbey) volgens Elzinga en Hertog

A
  • Juridische machteloosheid
  • juridische onoverzichtelijkheid
  • juridische anomie
  • juridische waardeconflict
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

Leg het begrip uit:

  • Juridische machteloosheid
  • juridische onoverzichtelijkheid
  • juridische anomie
  • juridische waardeconflict
A
  • Juridische machteloosheid = gevoel dat je het recht niet kan beïnvloeden
  • juridische onoverzichtelijkheid = het onvermogen om door de complexiteit van het recht te navigeren
  • juridische anomie = het gevoel dat er geen orde of voorspelbaarheid is in het recht
  • juridische waardeconflict = de spanning tussen persoonlijke waarden en de waarden die door het recht worden vertegenwoordigd
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

Conformisme en deviantie

A

Conformisme: neiging van individuen om zich aan te passen aan de normen van de groep waar ze bij horen
Deviant: sommige mensen verzetten zich tegen deze normen als ze als beperkend worden ervaren: dit is reactance

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
8
Q

Social spheres van Galligan:

A

groepen mensen die een gedeelde definite van een situatie hebben, wat leidt tot een gemeenschappelijke interpretatie van een rechtstaat

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
9
Q

social arena’s van Tamanaha:

A

een ruimte waarin een substatientele coördinatie van gedrag plaatsvindt.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
10
Q

zes verschillende bronnen van orde in social arena’s:

A

ongeacrticuleerde vanzelfsprekendheden
gedeelde normen en rollen
instrumenteel gedrag
isntemming van deelnemers
liege en groepsidentificatie
dwang en dreiging van dwang

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
11
Q

Sociale netwerken van Granovetter:

A

hij stelt dat instituties patronen van ideeën od normen zijn die invloed uitoefenen op, maar niet volledig bepalen hoe individuen problemen aanpakken. Individuele keuzes worden beïnvloedt door een diversiteit aan bronnen

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
12
Q

Haidt heeft 5 morele intuïties die de baisis vormen voor morele oordelen, welke?

A
  1. Zorgzaamheid/schade
  2. Eerlijkheid/bedrog
  3. Loyaliteit/verraad
  4. Autoriteit/subversie
  5. Heiligheid/ontaarding
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
13
Q

L. Bernstein (1992). Opting out of the legal system: Extralegal contractual relations in the diamond industry. The Journal of Legal Studies.

A
  • Bernstein betoogt dat in de diamanten industrie buitengerechtelijke contractuele relaties (dus buiten de formele juridische kaders om) geen schendingen zijn van het wettelijk systeem → het is vaak een bewuste strategie om uitdagingen het hoofd te bieden en mogelijkheden te benutten binnen de diamantenindustrie.

Twee soorten sociale verbonden:
1. Primaire sociale verbonden: reputatie van bedrijf bijv, ze hebben een marktwaarde.
2. Secundaire sociale verbonden: hebben mogelijk persoonlijke waarde.
* De begrippen ‘vertrouwen’ en ‘reputatie’ hebben een belangrijke marktwaarde.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
14
Q
A
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly