Week 8 Flashcards
(6 cards)
tussen de drie hoofdkleuren kunnen discrepanties ontstaan.
3 mogelijke spanningen:
- Verankeringsspanning: de rechtsstaat op papier is niet in overeenstemming met de manier waarop mensen in de samenleving leven. (Tussen juridisch want alles op papier & socialogisch most of the people most of the time)
- Uitvoeringsspanning: de rechtsstaat op papier wordt niet op dezelfde manier uitgevoerd door bestuurlijke instanties (juridisch-bestuurs perspectief)
- Handhavingsspanning: er is een gebrek aan handhaving t.a.v. de regels van de rechtsstaat (sociologisch – bestuurs)
De institutionele crisis – Boin en ’t Hart
Fundamentele verstoring van een beleidssector (bijv binnen overheidsinstantie)
Toegepast op de rechtsstaat krijgt een institutionele crisis 2 betekenissen:
1. Afname van maatschappelijke steun: Wanneer steun voor de fundamenten van de rechtsstaat vermindert, kan dat duiden op een crisis
2. Ontwrichting van de rechtsstaat als instituut: Steeds minder mensen houden zich aan de wet, waardoor er een fundamentele ontregeling van de rechtsstaat als sociaal instituut ontstaat
➔ In beide gevallen wordt de stabiliteit en het functioneren van de rechtsstaat als geheel bedreigd
Crisissignalen van de institutionele crisis:
Groei van ‘liberale democratieën’
in het kader van de institutionele crisis kan deze worden uitgelegd in de drie hoofdkleuren. Wat zeggen de drie hoofdkleuren en welke heeft gelijk ?
Juridisch: meer regels opstellen
sociaal: meer responsiviteit, nabijheid en luisteren (deze is het niet er is een moral majority)
bestuur: uitvoeringstekort
Bestuur heeft gelijk
Procedural justice
de perceptie van eerlijkheid in de procedures die worden gebruikt om beslissingen te nemen, voornamelijk door publieke instellingen zoals de rechterlijke macht
Burgers zijn hierdoor eerder bereid de wet te gehoorzamen en instanties te vertrouwen wanneer zij procedures eerlijk en onpartijdig vinden