Zandlandschap Noord-Nederland Flashcards
(58 cards)
Drents Plateau
Keileemplateau, gevormd in drie ijstijden
Keileem
Steenrijke leemlaag, ontstaan onder grote druk onder bewegende ijskappen, heel fijn tot grof
Glaciaal
een langere koude periode, ijstijd
Interglaciaal
Een langere warme periode tussen ijstijden in
Tunneldalen
Dalen ontstaan door de grote druk van het ijs op het landschap tijdens het Elsterien. De tunneldalen zijn opgevult met poesjeszand en potklei
Tichelwerken
Middeleeuwse putten voor potklei winning voor de fabricage van bakstenen (12e - 20e eeuw)
Formatie van Peelo
Wit glimmerhoudendzand / poesjeszand en potklei, vulde de tunneldalen op. Beide aan het oppervlak in Noord-Drenthe. Potklei is ook gebruikt voor baksteenfabricage
Drumlinisering
Oude stuwwallen die overreden worden door het landijs, hierdoor ontstonden gestroomlijnde langgerekte heuvels. Groningen, Friesland en de Noordzee
3 ijstijden
Elsterien (smeltwaterstromingen, poesjeszand en potklei afgezet)
Saalien (maximale landijsbedekking; keileem, stuwwallen, smeltwaterdalen en sandrs)
Weichselien (Poolwoestijn; dekzand, löss, zandverstuivingen en pingo’s)
Holoceen
Veenvorming, meanderende rivieren, zandverstuivingen
Fase 1 Saalien
Stuwwalvorming in NO-Groningen, landijs tot Winschoten
Fase 2 Saalien
Het landijs beweegt tot de lijn Texel-Gaasterland-Twente, vorming van een nieuwe rij stuwwallen door het stilstaande landijs
Fase 3 Saalien
Stuwwalvorming in Midden-Nederland en de maximale landijsbedekking tot het rivierengebied
Fase 4 Saalien
Snelstromen ijsrivieren in grotendeels stilstaande ijskap, vorming hondsrug en het oerstroomdal van de Hunze
Hondsrug
Glaciale rug van 70 km, heeft grotendeels de ligging van de Drentse dorpen bepaald
Twee hoofdrichtingen van het Saale-ijs
- Noordoost-zuidwest stroming
- De ijsrivieren die de hondsrug en het hunzedal hebben gevormd.
Hunebedden
scandinavische zwerfkeien uit de saale ijstijd, graven van de TRB vaak waar de keien lagen, op de hondsrug
Weichselien
Het landijs bereikt Nederland niet, maar NL kende wel een ijskoude en kale poelwoestijn met weinig vegetatie, hierdoor ontstonden grote zandverstuivingen -> grootschallige afzettingen van dekzand
Pingo
Een ijsheuvel, ontstaan door kwelwaterstromen uit de diepe ondergrond die plaatselijk door de permafrost heen breken en steeds verder groeien.
Gyttja
Onderin de Pingo, organische en plantenrensten, boven op deze laag ligt veen
Laat-Glaciaal landschap (laat-weichselien: 11.000 jaar geleden)
Toendra/poolwoestijn
Vroeg Holoceen landschap (8000 jaar geleden)
Langzame opwarming, geleidelijk groeit het hierdor dicht tot een oerbos (eikenlinde)
Moderpodzolgronden
Een bruine bosgrond, rijke bodemvegetatie en bodemleven. Ontstaan in het oerbos.
Het landschap rond 5000 v. Chr. (Steentijd)
Uitgestrekt en dicht prehistorisch oerwoud met op de natste plekken een meer open moerasvegetatie