2010 april Flashcards
(16 cards)
Een 42 jarige man bezoekt het spreekuur van zijn huisarts met pijnklachten in nek en
schouders. Hij geeft aan nachten wakker te liggen, en heeft dan ook wat pijn in zijn
maagstreek. Bij navraag blijkt de man veel te tobben. Hij ervaart stress op zijn werk en
piekert daar veel over evenals over problemen thuis. Deze patiënt is de afgelopen twee
maanden al twee keer gezien vanwege de lichamelijke klachten waar geen duidelijke
medische oorzaak voor lijkt te zijn. De man maakt een gespannen indruk.
Wat is de meest waarschijnlijke diagnose?
Gegeneraliseerde angst stoornis
Patiënt in casus 1 heeft een tijd lang benzodiazepines gebruikt omdat hij in zijn werk als
musicus veel last had van spanning en trillen. Hij is er echter mee gestopt omdat hij
vond dat je “niet altijd maar aan deze verslavende pillen moest zitten”.
2a. Welke onthoudingsklachten zouden in dit verband kunnen optreden?
2b. Wat zou een alternatief geneesmiddel voor benzodiazepines kunnen zijn?
2a. Angstklachten
2b. betablokkers
Bij angststoornissen wordt vaak (cognitieve) gedragtherapie voorgeschreven.
Beschrijf twee belangrijke elementen van deze behandeling.
- (geleidelijke/herhaalde) blootstelling aan de angstoproepende stimulus (in vivo of in
vitro), responspreventie - cognitieve elementen (identificatie & uitdagen catastrofale interpretaties, formuleren
realistisch functionele interpretaties)
Motiverende gespreksvoering kent zes ingredienten. Noem deze zes en beschrijf ze kort.
F=Feedback, terugkoppeling over lichamelijk, psychische en sociale conditie en
mogelijke samenhang met het gebruik van middelen.
R=Responsibility, onderstrepen van de eigen verantwoordelijkheid bij de behandeling
A=Advice, geven van concrete adviezen om te komen tot vermindering van het gebruik
M=Menue, aan bieden van verschillende veranderdoelen en verschillende
verandermethoden
E=Empathy, empathische en niet-confronterende houding van de hulpverlener
S=Self-efficacy, bevorderen van het gevoel dat de patiënt zelf een bijdrage kan leveren
door een positieve en optimistische houding van de therapeut
Noem vijf verschijnselen die voor kunnen komen bij een intoxicatie of een overdosis
cocaïne.
Euforie Verhoogd zelfgevoel Angst Achterdocht Agressie Tachycardie Hypertensie Hyperthermie Wijde pupillen Verwardheid Psychose Spierzwakte Epileptisch insult Pijn op de borst
Hoe onderscheid u een bipolaire stoornis van een persoonlijkheidsstoornis?
Noem de drie elementen waar u op let en licht toe waarom.
a. De leeftijd waarop de stoornis zich manifesteert: persoonlijkheidsstoornis in het
algemeen vroeg (tussen 15-25), de bipolaire stoornis kan ook op latere leeftijd
b. Het beloop van de stoornis: bipolair kent een duidelijker begin, met een knik in de
levenslijn en vervolgens een episodisch beloop. Persoonlijkheidsstoornis een
geleidelijk,
niet merkbaar begin en een niet episodisch beloop.
c. De erfelijke aspecten: de bipolaire stoornis is sterk erfelijk bepaald, bij de
persoonlijkheidsstoornis is dit veel minder en veel minder duidelijk.
Om verzuim door psychische stoornissen te begrijpen, wordt zowel naar kenmerken van
personeelsleden en naar kenmerken van het werk gekeken. Een sector waar het verzuim
door psychische stoornissen hoog is, is de gezondheidszorg. Geef voor beide genoemde
kenmerken twee factoren die aan dit hoge verzuim zouden kunnen bijdragen.
Personeelsleden: selectie van mensen met hogere kwetsbaarheid voor psychische
stoornissen: perfectionistisch, willen helpen, vergeten zichzelf, trekken zich problemen
van anderen nogal aan.
Werk: hoge emotionele belasting en hoge werkdruk
Een 36 jarige patiënt bezoekt zijn huisarts met klachten van ernstige rugpijn die
uitstraalt naar zijn linker been. Hij komt moeizaam lopend de spreekkamer binnen en wil
niet gaan zitten omdat de pijn dan toeneemt. Hij heeft zich ziek gemeld. Bij lichamelijk
onderzoek vindt de huisarts geen aanwijzingen voor een radiculair syndroom. Als ze
later door de wijk op weg is voor een huisvisite ziet ze de patiënt gewoon lopen met een
zware boodschappentas.
Nagebootste stoornis, Motivatie: opzettelijk voorgewende lichamelijke klacht om rol
zieke op zich te nemen (pag 387)
b. Simulatiestoornis, want mogelijk is vermijden van werk het doel (pag 389)
Noem drie factoren die bij de borderline persoonlijkheidsstoornis de kans op suïcide
vergroten.
Comorbide depressie, ptss, afhankelijkheid van middelen
Noem vier tegenoverdrachts aspecten waarop u als behandelaar bedacht moet zijn bij
de behandeling van mensen met persoonlijkheidsstoornissen
Te grote meegaandheid
Verveling, antipathie, machteloosheid
Boosheid
Grensoverschrijdend gedrag
Noem drie factoren die het stellen van de diagnose ‘persoonlijkheidsstoornissen’
bemoeilijken
Overlap met symptomen van syndromale stoornissen
Comorbiditeit met syndromale stoornissen
Sommige patiënten met een persoonlijkheidsstoornis lijken op het eerste gezicht
normaal
Noem de vier belangrijkste componenten van de behandeling van ADHD.
Medicatie
Psychoeducatie
Coaching
Psychotherapie
Geef een beschrijving van de ontregeling van dopaminerge neurotransmissie rondom het
ontstaan van een psychotische decompensatie in het kader van schizofrenie
Ontregeling van de dopaminerge neurotransmissie (in samenhang met ontregeling van
de glutaminerge neurotransmissie) speelt waarschijnlijk een rol bij het ontstaan van
psychotische symptomen en bij het ontstaan van negatieve symptomen. Grofweg komt
het erop neer dat frontale hypodopaminerge transmissie samenhangt met negatieve
symptomen en aanleiding geeft tot een hyperdopaminerge transmissie in het limbische
systeem welke samenhangt met positieve symptomen.
Bij cannabisgebruikers ontstaat vaker schizofrenie dan bij niet cannabisgebruikers. Er
zijn verschillende hypothesen over de relatie tussen cannabisgebruik en het latere
ontstaan van schizofrenie.
Noem vijf hypothesen.
- niet de cannabis maar daarmee samenhangende factoren spelen een oorzakelijke
rol - cannabisgebruik en schizofrenie worden beide veroorzaakt door
gemeenschappelijke etiologische factoren - cannabis wordt bij voorkeur gebruikt door mensen die al wel last hebben van
(voorstadia) van schizofrenie maar bij wie de diagnose nog niet gesteld is. - Cannabisgebruik leidt alleen tot symptomen van schizofrenie bij mensen die hiervoor
kwetsbaar zijn. - Cannabisgebruik levert een unieke bijdrage aan de etiologie van schizofrenie.
Zowel bij de schizoïde persoonlijkheidsstoornis als bij de ontwijkende
persoonlijkheidsstoornis is er sprake van beperkte sociale relaties. Wat is het
kenmerkende verschil ten aanzien van dit aspect tussen deze twee stoornissen?
Bij de ontwijkende persoonlijkheidsstoornis gaat het om de overgevoeligheid voor een
negatief oordeel: angst voor kritiek, afwijzing of zich belachelijk maken. Bij de schizoïde
persoonlijkheidsstoornis is er onverschilligheid t.o.v. de mening van de omgeving.
Noem de vier criteria waar aan voldaan moet zijn bij een gedwongen opname (IBS of
RM) in het kader van de wet BOPZ, bij een patiënt van 12 jaar en ouder.
Er is sprake van gevaar
Er is sprake van een stoornis van de geestesvermogens (psychiatrische stoornis)
Het gevaar vloeit rechtreeks voort uit de stoornis
Er is geen minder ingrijpend alternatief om het gevaar af te wenden