HC06 Flashcards
Klinisch Diagnostiek: ziektegeschiedenis, AI, fixatie (31 cards)
wat zijn de stappen van informatie verzamelen?
1.signalement
2.anamnese
3.hoofdkenmerken
4.differentiële diagnose
5.behandelplan
6.evaluatie
geef het rijtje van signalement
1.Diersoort
2.Ras
3.Leeftijdsgroep
4.Geslacht
5.Kleur en aftekeningen
6.Bijzondere kenmerken van het dier
Noem 6 bijzondere bedrijfskenmerken die je bij een dier op een bedrijf mee moet nemen.
1.Type bedrijf
2.Grootte van de groep
3.Samenstelling
4.Kengetallen (soortafhankelijk)
5.Status
6.Doel en bedrijfsvoering
Wat zijn de onderdelen van de anamnese?
1.Verschijnselen: aard, duur, verloop, verspreiding, behandeling (middel en effect?), mortaliteit
2.Functioneren dier in het algemeen
3.Functioneren andere dieren/familieleden
4.Leefomstandigheden en gebruiksdoel
Hoe beoordeel je de voedingstoestand (AI)?
Kan op korte én lange termijn beoordeeld worden
Achteruitgang merkbaar door bespiering en vermagering (pas op lange termijn zichtbaar)
Wat zijn de 3 hoofdelementen bij een differentiële diagnose?
1) Waarschijnlijke oorzaken (belangrijk voor differentiatie)
2) 2-4 veel voorkomende diagnoses die mogelijk niet helemaal bij de casus passen.
3) “Don’t miss”-diagnose (voor gevaarlijke of besmettelijke ziekten)
Wat zijn onderdelen van een behandelplan?
Schade beperken
Genezing
Preventie/herhaling voorkomen
Wat betekent heterogeniteit in een koppel?
Dat zieke en gezonde dieren tegelijkertijd aanwezig kunnen zijn, en dat ziekte zich in verschillende stadia en symptomen kan uiten.
Welke statistische analyses kun je doen bij koppeldiagnostiek?
-Verbanden/associaties tussen oorzaak en ziekte
-Relatief risico
-Positief voorspellende waarde
-Sensitiviteit en specificiteit
-Causaliteit
Wat doe je bij de AI (algemene indruk)?
- Doel: selectie typische representanten
- Omgevingsinspectie
- Groep dieren inspecteren
- Als laatste dieren individueel inspecteren
AI:
-Waar let je op bij het selecteren van dieren voor inspectie?
-Representatief voor de problemen (zoals in de anamnese beschreven)
-Waargenomen set van verschijnselen tijdens AI
-Bij voorkeur: enkelvoudige klachten (vb. alleen diarree)
AI:
-Wat beoordeel je tijdens een omgevingsinspectie?
-Huisvesting
-Klimaat
-Voeding, water
-Hygiëne
-Management
AI (algemene indruk):
-Wat beoordeel je aan een groep dieren?
-Groepsgedrag
-Houding en gang
-Voedingstoestand
-Verzorgingstoestand
-IHOSKA’s
AI:
-Wat controleer je bij individuele dieren?
-Gedrag
-Houding
-Gang
-Verzorgingstoestand
-IHOSKA’s
Wat zijn inclusie- en exclusiecriteria bij probleemdefinitie?
Inclusie: typische representanten
Exclusie: niet representatief of afwijkend
Wat zijn doelen van diagnostiek op een bedrijf?
Klinisch zieke dieren herkennen
Verminderde productie verklaren (via kengetallen)
Afwezigheid van agens bevestigen
Waarom voer je koppeldiagnostiek uit i.p.v. individuele diagnose?
Omdat je een uitspraak wil doen over de hele koppel, niet over één dier.
In welke situaties wordt koppeldiagnostiek uitgevoerd?
-Klinisch zieke dieren in een koppel
-Subklinisch zieke dieren
-Verminderde productie
-Vaststellen aanwezigheid/afwezigheid van ziekte of risicofactor in de groep
Van welke factoren hangt het aantal te onderzoeken dieren af bij koppeldiagnostiek?
-Prevalentie
-Selectiekwaliteit van de dierenarts
-Sensitiviteit van de test
-Gewenste betrouwbaarheid van de diagnose
Wat is het rijtje van algemene opbouw koppeldiagnostiek?
- bedrijfskenmerken en anamnese
- algemene indruk
- AO & orgaansystemen van individuele dieren
- aanvullende diagnostistiek
Welke info verzamel je bij ‘bedrijf en anamnese’ binnen koppeldiagnostiek?
-Groepgrootte, leeftijdssamenstelling, aanwezige diersoorten
-Bedrijfsvoering (all-in/all-out, contacten)
-Productiedoel
-Ziektehistorie
-Aard, duur, verloop van verschijnselen
-Kengetallen
Wat hoort bij ‘algemene indruk’ bij koppeldiagnostiek?
-Huisvesting (groepsgrootte, leeftijdsindeling, hok- en staltype), water en voeding, hygiëne, klimaatregulatie
-Vergelijking groep met normaalbeeld (groepsgedrag, uniformiteit, voorkeur voor ligplaatsen)
-Vergelijking individuele dieren met normaalbeeld
Noem voorbeelden van aanvullende diagnostiek in koppeldiagnostiek.
-Melk, bloed, urine, mest, biopten, weefsel
-Histologie, bacteriologie, biochemie
-Ventilatie- en rookproef in stal
Morbiditeit=
De kans dat dieren ziek worden (vatbaarheid voor een bepaalde ziekte)