HC3 - Postnatale neuro ontwikkeling Flashcards

(29 cards)

1
Q

Synaptische verbindingen… van baby naar volwassene

A

halveren

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

Groeispurt perioden en gevoelige perioden (4)

A
  • 0 tot 1
  • 1,5 tot 5
  • 5 tot 10
  • 10 tot 16
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

Witte stof wordt …. meer
Grijze stof heeft piek rond…

A

lineair
10 jaar

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

Drie levels van sensitieve periodes:

A
  1. Cognitieve/gedragsmatige domein
  2. Neuro level: meer plasticiteit
  3. Interconnecties (tussen hersengebieden)
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

In het 1e jaar gebeurt er vooral veel in de …

A

sensorische pathways

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

Experience expectant
Experience dependent

A
  1. Kritieke periodes: als reactie op bepaalde levenservaring (e.g. gehoorstimulatie, sociale afstemming, mogelijkheid om te kunnen bewegen)
  2. Sensitieve periode: leren van vaardigheden waar niet iedereen toegang tot heeft (e.g. muziek, sport, lezen)
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

Wat ontdekten Hubel & Wiesel over de ontwikkeling van de visuele cortex?

A

Als je geen stimulatie hebt op specifieke momenten, heeft dit onomkeerbare gevolgen. Visuele cortex van geblindeerde katten ontwikkeld niet zo goed tov van ongeblindeerde katten

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
8
Q

Proces van sociale connectie tussen mensen door aanrakingen, oogcontact, toon, stem en empathische resonance. Vindt plaats in de …

A

Social attunement
Sensitive period

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
9
Q

Oxytocine
- Wat is het?
- Wat is de rol?
- Het opent…

A
  • Liefdeshormoon, ook neurotransmitter in de hersenen, cruciale rol bij hechting.
  • Hogere levels bij voeden en interactie zowel bij vader, moeder als kind.
  • … sensitieve periode: dopamine beloningssysteem
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
10
Q

Er is een overlap tussen … & … & …

A

hechting
sociale motivatie
sociale afstemming

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
11
Q

Psychosociale deprivatie

A

gebrek aan liefde, aandacht en sociaal contact

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
12
Q

Wat zijn de effecten op hersenstructuur van psychosociale deprivatie?

A

kleinere hersenen, minder corticaal volume, underpowered brein

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
13
Q

Neuropsychologische ontwikkelingsstoornissen zijn …

A

een groep aandoeningen die zich manifesteren in de ontwikkelingsperiode, en leiden tot beperkingen in persoonlijk, sociaal, academisch of occupational functioneren

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
14
Q

NND’s kunnen… en zijn…

A

…genetische, medische en milieufactoren hebben,
… heterogeen (verschillen van beperkingen

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
15
Q

Het soort ASD is gebasseerd op …

A

de hoeveelheid hulp die iemand nodig heeft

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
16
Q

Twee domeinen van ASD

A
  1. Sociale communicatie en interactie
  2. Herhalende en rigide patronen van gedrag
17
Q

Specifiers beschrijven heterogeniteit

A
  1. Intellectuele
  2. Taal
  3. Medisch/genetisch
  4. Andere stoornis
  5. Autisme symptomen beschrijven
18
Q

Vroege risico signalen van ASD zijn…

A

Verminderde oriëntatie om te praten
Verlies van eerder verworven spraak
Moeilijk om te identificeren als iemand jong is, gezien lage variantie van normale ontwikkeling

19
Q

Vrouwen met ASD….

A

laten subtielere communicatie problemen zien.
Toch zijn er maar SUBTIELE genderverschillen

20
Q

AWE =

A

Autistische ervaring van vrouwen meten
- Sociaal functioneren,
- Sociale intuïtie
- Grenzen voelen
- Aandacht voor detail/fascinaties
- Minder initiatief voor sociaal gedrag

21
Q

Wat verklaart waarom iemand met ASD hoge visuele skills heeft en minder ontwikkelde spraak?

A

Motor van visuele skills is 2x zo groot dan normaal, slechte taalverwerving (fascilus arcuatus)

22
Q

Neuropathologie van ASD

A

Overgroei van hersenen door synaptisch snoeien –> regionale specifiteit (meer lokale connecties, waardoor sneller overweldigd)

23
Q

Er is minder … bij autisme

A

witte stof connectiviteit

24
Q

Er zijn … betrokken bij …

A

… verschillende hersengebieden
… verschillende autisme symptomen

25
Selectieve hechting bij ASD blijft intact, wat betekent dat...
minder proximity (nabijheid) naar anderen, maar wel in stressvolle en gevaarlijke situaties
26
Bij ASD is het IQ verdeeld: ... = hoog ... = licht beperkt ... = ernstig beperkt
30% 30% 40%
27
Moeite met integraal verwerken van info, daarom richten op details. LOKAAL boven GLOBAAL
Weak central coherence
28
Mogelijkheid om andermans mentale staat, geloof, verlangens en gevoelens te begrijpen. Testen met false-belief-test
Theory of Mind
29
Waar heeft ASD geen specifieke tekorten in, maar algemene? En waaraan is dit gerelateerd
executieve functies Gerelateerd aan lagere-orde tekorten: auditieve verwerking, overselectieve aandacht