Hfst 11 - De aard en symptomen van pijn Flashcards
(48 cards)
Wat is pijn?
De sensorische en emotionele ervaring van ongemak, wat meestal geassocieerd wordt met daadwerkelijke of dreigende weefselbeschadiging of irritatie.
Beschrijf de belangrijkste twee pijnsensaties, de twee dimensies waaronder oorzaken van pijn gerangschikt kunnen worden en de twee dimensies waarin de duur van pijn wordt uitgedrukt.
Pijnsensatie: scherpe pijn (prikkelend of stekend) versus doffe pijn (warm, kloppend)
Oorzaken: organische pijn (wordt veroorzaakt door weefselbeschadiging) versus psychogene pijn (weefselbeschadiging kan niet worden aangetoond). Deze dimensies bevinden zich op een continuüm. Pijnervaringen zijn vaak het gevolg van een mix tussen psychogene en organische oorzaken.
Duur pijn: chronisch (pijn houdt langer dan drie maanden aan, of langer dan je van de aandoening zou mogen verwachten) versus acuut (pijn is tijdelijk, minder dan drie maanden). Chronische pijn kan worden geclassificeerd als chronisch/terugkerend (chronic-recurrent), chronisch/aanhoudend/goedaardig (chronic-intractable-benign), of chronisch/progressief (chronic-progressive).
Welke dimensies kun gebruiken om pijn te beschrijven?
- Sensorisch - waar, hoe sterk, kwaliteit
- Betrokken emoties, zoals boosheid, verdriet of angts
- Cognities - wat is er mis, hoe erg is het, kan ik ermee omgaan
- Fysiologische veranderingen als gevolg van pijn, bijv. zweten, verhoogde hartslag
- Gedrag als gevolg van pijn, bijv. vluchten, vechten, reflexen
Hierbij komt nog:
* Chronisch of acuut
* Organisch of psychogeen
Wat is het verschil tussen organische pijn en psychogene pijn?
- Organische pijn: de ervaren pijn is duidelijk gelinkt aan druk of schade van weefsel.
- Psychogene pijn: pijn waarvoor geen medische oorzaak gevonden kan worden. Psychisch.
Bij psychogene pijn werd lange tijd gedacht dat er geen sprake was van echt pijn voelen, maar van inbeelding. Tegenwoordig erkent men dat alle pijnervaringen, zowel organische als psychogene, het gevolg zijn van interacties van fysiologische en psychologische factoren die zich in een pijn continuüm bevinden.
Wat is een somatische-symptoomstoornis?
Wanneer mensen langdurige pijn ervaren als deel van buitensporige zorgen voor fysieke gezondheidssyptomen. Men kan geen oorzaak vinden voor de symptomen, wat niet wil zeggen dat de pijn niet echt is.
Wat is acute pijn en wat is chronische pijn?
- Acute pijn: het ongemak dat mensen ervaren met tijdelijk pijnlijke condities die korter duren dan 3 maanden.
- Chronische pijn: wanneer een pijnlijke conditie langer aanhoudt dan 3 maanden. Patiënten vertonen ook langdurig hoge levels van angst en neigen naar het ontwikkelen van gevoelens van hopelessness en helplessness omdat verschillende medische behandelingen geen soelaas bieden. De pijn beïnvloedt de dagelijkse activiteiten, doelen en slaap.
Hoe wordt chronisch ongemak genoemd dat niet samenhangt met kwaadaardigheid, maar wel altijd aanwezig is in variërende intensiteit?
Hardnekkige pijn
Welke 3 soorten chronische pijn worden genoemd?
-
Chronisch terugkerende pijn: stamt van goedaardige oorzaken en kenmerkt zich door herhaaldelijke en intense periodes van pijn, afgewisseld met periodes zonder pijn.
Voorbeelden hiervan zijn migraine, spanningshoofdpijn, en myofasciale pijn (stekende of uitstralende doffe pijn in kaak en hoofd- en nekspieren). - Chronische aanhoudend goedaardige pijn: voortdurend aanwezig, met verschillende intensiteitsniveaus en niet gerelateerd aan een kwaadaardige aandoening, zoals lage rugpijn.
- Chronisch progressieve pijn: een continu ongemak, kwaadaardige aandoening, wordt steeds intenser als de toestand verslechtert, zoals bij reumatische artritis en kanker.
Wat zijn 3 belangrijke eigenschappen van pijnsensatie?
- Er zijn geen specifieke receptorcellen die alleen informatie over pijn versturen (anders dan voor andere waarnemingsorganen).
- Het lichaam voelt pijn als een reactie op vele soorten schadelijke stimuli (druk, wond, warmte, kou).
- Pijn voelen heeft bijna altijd een sterke emotionele component.
Hoe werkt pijnperceptie fysiologisch?
Een schadelijke stimulus veroorzaakt onmiddellijk een chemische reactie op de plek van de verwonding (inclusief serotonine, histamine, en bradykinine) die de activiteit van het immuun systeem bevordert, ontsteking veroorzaakt en de zenuwuiteinden op de beschadigde plek activeert om de verwonding te signaleren. De afferente zenuwuiteinden die reageren op pijn signalen zijn nociceptoren. Ze zitten overal, behalve in de hersenen.
Pijnsignalen worden door twee types afferente perifere zenuwen vervoerd:
* A-delta vezels: bedekt met myeline voor een snelle communicatie. Zorgt voor scherpe, stekende, lokaliseerbare en duidelijke pijnsensaties.
Meestal zijn ze van korte duur en worden ze onmiddellijk met een verwonding in verband gebracht. Signalen gaan naar de motorische en sensorische gebieden van de hersenen.
* C-vezels versturen impulsen trager omdat ze niet gemyeliniseerd zijn. Ze zorgen voor het aanvoelen van doffe, jeukende en brandende pijnsensaties.
Signalen gaan naar de hersenstam en de voorhersenen, daar hebben ze meer invloed op de stemming, emotionele toestand en motivatie.
Wat is referred pain? Waardoor ontstaat het?
Orgaanpijn wordt meestal aangevoeld als komende van andere delen van het
lichaam, meestal dicht bij de oppervlakte van de huid.
Dit zien we bijvoorbeeld bij een hartaanval (men krijgt eerst pijn in de schouders, borst en armen) of bij een lever- of galblaasprobleem (dan krijgt men eerst pijn in rechterschouder).
Dit komt omdat zintuigelijke impulsen vanuit een intern orgaan via dezelfde paden door de ruggenmerg lopen. Omdat mensen vaker pijn voelen aan hun huid, zullen ze denken dat het daarvandaan komt.
Wat is neuropathische pijn? Neuropathie?
Pijn waar geen reden voor is op dit moment. Resulteert uit een huidige of voorbije ziekte of schade aan perifere zenuwen. Pijn
kan blijven bestaan lang na de genezing en kan zelfs erger worden dan de pijn die gevoeld werd bij de initiële schade.
Het is onduidelijk waarom niet alle patienten met neurale schade een neuropathie ontwikkelen.
Welke 3 syndromen worden genoemd met neuropatische pijn? Leg uit.
- Neuralgie (zenuwpijn): een extreem pijnlijk syndroom, herhaalde episodes van intense schietende of stekende pijn langs een zenuw. Begint soms na een zenuwinfectie (bijvoorbeeld herpes zoster). Een episode komt vaak zonder aanleiding op, vaker door onschuldige stimuli dan door schadelijke. Trigeminale neuralgie refereert naar pijnspasmen langs de vijfde hersenzenuw tot in het gelaat.
- Causalgie (complex plaatselijk pijnsyndroom): herhaalde episodes van brandende pijn, door minimale stimuli opgewekt. Vaak in een regio van het lichaam waar men eerder ernstig gewond is geweest. Er treden onvoorspelbare episodes op.
- Fantoompijn: pijn in een lichaamsdeel dat geamputeerd is of geen werkende zenuwen meer heeft. Het voelt alsof het lichaamsdeel er nog is. Kan jaren doorgaan, erge pijn, lijkt soms op de pijn die de amputatie heeft veroorzaakt.
Wat is de rol van de betekenis van pijn bij de perceptie ervan?
De meeste mensen houden niet van pijn en worden geconditioneerd om pijn te vermijden. Dit kan er ook voor zorgen dat patienten met chronische pijn hypersensitief worden voor pijn.
Het komt ook voor dat mensen pijn met positieve zaken associeren:
* Seksueel vlak -> masochisten
* Soldaten in een oorlog -> pijn betekent vaak dat ze niet meer terug de oorlog in hoeven
Deze mensen ervaren dan dus ook minder pijn.
Betekenis van pijn heeft dus invloed op de perceptie (hoe erg is het) van pijn.
Welke vroegere theorieën van pijn worden genoemd en wat is de kritiek hierop?
- Specificiteittheorie: stelt dat er speciale zenuwbanen zijn die vanuit de verschillende delen van het lichaam naar de hersenen lopen. Elke zenuw loopt rechtstreeks naar een speciaal gebied in de hersenen. De voorgestelde structuur is echter onjuist en de theorie is achterhaald.
- Patroontheorie: gaat ervan uit dat pijn veroorzaakt wordt door overmatige prikkeling van niet-specifieke zenuwvezels die op hun beurt een patroon van impulsen genereren dat als pijn ervaren wordt.
Deze theorieën gaan van een eendimensionaal begrip van pijn uit. De psychische verklaring ontbreekt. Deze theorieën verklaren niet causalgie en neuralgie. De vroege theorieën geven geen adequate verklaring over pijnsensatie, mede omdat ze de psychologische factoren niet erbij betrekken. Hypnose vermindert namelijk wel de pijnsensatie.
Wat stelt gate controle theory van pijn?
De gate-control theory van Melzack en Wall geeft een verklaring waarom psychologische factoren de pijnervaring van mensen kunnen
beïnvloeden: het poortmechanisme.
In deze theorie komen pijnsignalen via de A-delta en C-vezels in de ruggenmerg bij het poortmechanisme aan. Op het moment dat de poort helemaal openstaat worden de signalen doorgezet naar transmissie cellen, die de signalen doorsturen naar de hersenen. Als de poort (deels) dicht staat gebeurt dit in mindere mate.
Wat bepaald of de poort open of dicht staat:
1. Hoeveelheid activiteit in de pijn vezels (zenuwen)
2. Hoeveelheid activiteit in andere perifere vezels, A-beta vezels. Hierdoor kan bijv. massage kan pijn verlichten.
3. Berichten vanuit het brein -> afleiding, focus, zorgen, depressie, etc.
Waarin onderscheidt de poorttheorie (Gate control theory) zich van eerdere pijntheorieën?
De poorttheorie verschilt op een aantal fundamentele punten van de eerdere pijntheorieën:
* pijn is met name een kwestie van perceptie en ervaring in plaats van puur een sensatie.
* Pijn wordt bepaald door centrale én perifere vezels.
* Pijn kan worden gezien als een actief proces in plaats van een passief proces.
* Variatie in pijnperceptie kan worden begrepen in termen van de mate waarin ‘de poort’ zich opent of sluit.
* Verschillende factoren zijn betrokken bij pijnperceptie en niet slechts een fysieke oorzaak.
* De meeste pijn is een combinatie van iets fysieks en iets psychologisch.
* Er is sprake van een interactie tussen de geest en het lichaam.
Wat is stress-induced pain reduction en het idee van de neuromatrix?
Vlak na een stressvolle gebeurtenis sluit de gat zich zodat iemand geen pijn voelt. (dit is ws ook de reden dat iemand met heel veel pijn nog steeds kan ontsnappen)
Melzack (2004) suggereerde de ‘neuromatrix’: een neuraal netwerk in de hersenen dat informatie uit de zintuigen, cognitieve en emotionele gebieden van de hersenen en stressreguleringssystemen integreert.
Fantoompijn is dan de perceptie van pijn door een patroon van impulsen in het netwerk.
Welk bewijs is voor de gate control theory?
Onderzoek op ratten die een elektrode hadden in een deel van het middenbrein (periaqueductal gray): deze ratten voelden geen pijn. De elektrische stimulatie had analgesia (plaatselijke of algehele ongevoeligheid voor pijn) veroorzaakt.
Bovendien blijkt morfine te werken als een pijnstiller door het activeren van de hersenstam om impulsen door het ruggenmerg te sturen.
Wat gebeurt er bij stimulatie van de periaqueductal gray area in het brein van ratten?
Die voelen geen pijn. (analgesia)
Wat is stimulatie-geproduceerde analgesie (SPA)? Hoe werkt dit?
Ongevoeligheid voor pijn door stimulatie van de hersenstam.
Op het moment dat de periaqueductal gray area wordt gestimuleerd (deel van de hersenstam) loopt er een signaal naar de ruggenmerg waar serotonine als neurotransmitter inhibitory interneuronen activeert die op hun beurt endorfines afgeven, die blokkeren het afgeven van substantie P van de pijn zenuwen.
Wat is substantie P?
Een neurotransmitter die door pijnvezels wordt afgegeven en de synaps oversteekt naar de transmissiecellen. Dit zorgt voor de activering van de transmissiecellen voor het verzenden van pijnsignalen naar de hersenen.
Wat is endorfine? Welke stoffen lijken hierop? Wat doen ze? Wat zegt dit over mensen met chronische pijn?
Behoort tot de groep opiaatachtige substanties genaamd endogene opioïden die het lichaam natuurlijk aanmaakt.
Enkephalin is hier ook een voorbeeld van.
Endogene opioïden en opiaten werken hetzelfde in de pijnbestrijding. Bepaalde receptoren zijn voor beide gevoelig.
Mensen met chronische pijn hebben een aangetast endogeen-pijnstillersysteem, wat verklaart dat hun pijn steeds erger wordt en dat men erg gevoelig is voor acute pijn (vooral als men ook aan chronische pijn lijdt).
Wat is Naloxone?
Drug die de werking van opioïden en opiaten tegengaat.
Nalaxon wordt gebruikt om de werking van heroïne of morfine als pijnstillers te neutraliseren (wordt ook toegediend aan heroïneverslaafden met een overdosis).