Keuzen in de zorg - historisch perspectief Flashcards

1
Q

Schaarste

A
  • in plaats: alleen in de VS liggen kosten per hoofd per bevolking hoger. Er gaat al heel veel geld naar de zorg
  • tijd: budget is al gestegen
  • functie of sector: zorg krijgt elk jaar meer geld
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

vooruitgang

A
  • demografisch: levensverwachting geboorte etc toegenomen
  • politiek sociaal: verzorgingsstaat en groei welvaart, staat meer verantwoordelijk voor zorg
  • medische mogelijkheden: antibiotica, vaccins etc.
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

keerzijden demografie vooruitgang

A

vergrijzing, chronische ziekte en comorbiditeit > zorg complexer en langduriger

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

keerzijde politiek sociaal economische vooruitgang

A

Baumol effect: Gezondheidszorg is arbeidsintensieve bedrijfstak > loonstijgingen vallen niet altijd samen met hogere productiviteit. Loonkosten stijgen dus in absolute en relatieve zin.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

keerzijden medische mogelijkheden vooruitgang

A
  • direct: duur, geen mensen met voldoende kennis. Niet alleen betere, maar ook meer geneeskunde door uitbreiding indicatiegebieden en halfway technologies: mensen leven langer, maar er kunnen veel complicaties ontstaan die veel geld kosten!
  • indirect: aanbod schept vraag mechanisme. Grote financiele belangen
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

medicalisering

A
  • uitbreiding zorgdomein: cure, care en preventie
  • aanzien medische professie: groot maatschappelijk aanzien en vermogen
  • gezondheidscultuur: gezondheid steeds belangrijkere waarde in samenleving
  • gezondheidszorg als recht
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

keerzijde uitbreiding zorgdomein

A

uitbreiding indicatiegebieden, er wordt bij iedereen wel wat gevonden waar behandeling voor nodig is.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
8
Q

keerzijde aanzien medische professie

A

artsen hebben steeds meer macht. Dit heeft zowel effecten binnen als buiten de gezondheidszorg. De toegenomen gezondheid en levensverwachting wordt vaak toegeschreven aan de verbetering van de gezondheidszorg, terwijl dit eigenlijk het effect is van welvaart.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
9
Q

keerzijde gezondheidscultuur

A

obsessieve preoccupatie

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
10
Q

keerzijde gezondheidszorg als recht

A

het hebben van recht op gezondheidszorg, kan leiden tot claimgedrag. Mensen kunnen gaan denken dat ze recht hebben op gezondheid, terwijl zij recht hebben op zorg

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
11
Q

6 oplossingen

A
  1. Markwerking: wie betaalt, bepaalt
  2. Selectie op basis van sociale waarde
  3. Rantsoenering
  4. Prioritisering
  5. Sturing vanuit de overheid
  6. Meer eigen verantwoordelijkheid
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
12
Q
  1. Markwerking (<1950)
A

Mensen laten betalen voor zorg

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
13
Q
  1. Selectie op basis van sociale waarde (jaren 50 en 60)
A

Degene die het meest voor de gemeenschap betekent mag eerst.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
14
Q
  1. Rantsoenering (jaren 70 en 80)
A

Elke afdeling maakte een planning hoeveel bedden er beschikbaar konden komen met het budget wat ze kregen > lange wachtlijsten en ontevredenheid nam toe

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
15
Q
  1. Prioritisering (jaren 90)
A

Er moest een selectie komen in behandelingen > commissie keuzen in de zorg
- Trechter van Dunning keuze-instrument
Er werd besloten dat artsen rationele beslissingen moeten nemen want hebben beschikking over evidence based medicine

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
16
Q
  1. Sturing vanuit de overheid (2000)
A

Gereguleerde marktwerking werd geintroduceerd. Overheid bepaalt wat in basispakket komt > groei eigen risico

Erosie van sociale zekerheid en solidariteit

17
Q
  1. Meer eigen verantwoordelijkheid (2010)
A

Vraag is of maatschappij voor de ziektekosten van ongezonde personen wil opdraaien of zelf die kosten wil laten betalen

18
Q

Climax jaren 80

A

Grenzen van gezondheidszorg
- Grens tussen wat wel en niet gezondheidszorg kan worden genoemd
- Grens tussen wat ethisch wel en niet toelaatbaar moet worden gezien
- Grens tussen effectieve/niet-effectieve zorg
- Grens tussen financierbare en niet meer financierbare zorg
- Grondwettelijke plicht van overheid tot bevorderen volksgezondheid

19
Q

beheersmechanismen

A

overgang van rantsoenering in jaren ‘80 naar priortisering in jaren 90

20
Q

decentralisatie

A

overheid lijkt keuzen uit de weg te gaan door introduceren trechter van Dunning, gereguleerde markwerking, evidence based medicine en eigen risico

21
Q
A
22
Q
A