ME 2 Flashcards

(205 cards)

1
Q

Centrale Middeleeuwen als tijd van groei

A

Graan
Bevolking
Steden
Universiteiten
Macht van pausen en koningen
Intolerantie

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

Ideaal van Christelijke commune

A

Oratores (biddende)
Bellatores (vechtende)
Laboratores (werkende)

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

Peter Abelard

A

zag de aarde als Gods creatie die zelf kon functioneren: daardoor waren wonderen zeldzaam en waren er minder rechtszaken door beproeving

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

Byzantijnse rijk in de Centrale Middeleeuwen

A

Rond 1000 machtig door Basilius II (r.976-1025)
1056: stteds minder machtig door Seltsjoeken en kruistochten, tot Constantinopel geplunderd werd en pas in 1261 door Michael VIII werd gerestaureerd

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

Islamitische staten in de Centrale Middeleeuwen

A

Abbasidische rijk was klein door onafhankelijke kaliefen
Fatimiden worden vervangen door Ayyubiden en Mammelukken
Al-Andalus eerst Almoraviden en later Almohaden, tot einde Reconquista

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

Juridisch of rechtshistorisch model

A

zegt dat feodaliteit een systeem van landbezit en landgebruik dat gebaseerd is op tijdelijke en voorwaardelijke landgebruik-overeenkomsten en een sociale band (raad en hulp) is, daarmee verbonden zijn de leenhulde/hommage en investituur. Het systeem ziet er uit als een piramide met vorst-vazal-achtervazal-horige

Maar: mensen die aan verschillende leenheren een relatie hebben en daarbij de eed iedere keer veranderd afhankelijk van de situatie pas niet in het model

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

Marxistisch model

A

Gaat ervan uit dat historische ontwikkelingen het gevolg zijn van sociale en economische verhoudingen, zegt dat feodalisme een systeem na slavernij is waarbij het surplus wordt gevormd door de arbeid van horigen, leen en hof stelsel zijn in elkaar geschoven en de piramide is een manier van de elite om het surplus te onttrekken uit de arbeider

Het systeem is niet typisch Middeleeuws of Europees maar een vorm tussen slavernij en de industriële arbeider in

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
8
Q

Sociaal-historisch of sociologisch model

A

komt van Marc Bloch die stelt dat feodaliteit de gehele samenleving omvat, met de volgende kenmerken:
-een onderworpen boerenstand,
-prevalentie van leengoederen voor diensten,
-de dominantie van een aristocratische strijdersklasse,
-het overheersen van persoonlijke banden van gehoorzaamheid,
-de versplintering van het openbaar gezag en
-het voortbestaan van andere (eerdere) vormen van verbondenheid
2 fases:
-late Karolingische periode tot de 11e eeuw (invallen zorgen voor afbraak centrale autoriteit)
- 11e-13e eeuw (erfelijke adel en ridder ideaal met hoofse cultuur)
Georges Duby ziet centrale autoriteit nog bestaan tot 1030 waar een geprivatiseerd systeem van rechtspraak door regionale heren => feodale revolutie:
- verdwijnen van traditionele vormen van slavernij en opkomst van horige boerenstand,
- vorming van een kerngezin,
- ontwikkeling van een ridderlijke klasse en
- een hevige periode van geweld door landheren

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
9
Q

Kritiek op feodalisme

A

Elizabeth Brown: historici zijn concept van feodalisme gaan zoeken in de bronnen en hoe ze die daarin kunnen duwen en de vraag of het concept nuttig is als Middeleeuwers het niet kennen
Susan Reynolds: alleen iets wat wij in bronnen lezen, heeft niet bestaan
Charles West: kijken naar feodale revolutie zoals naar de industriële revolutie, langzame omwenteling en een uitvloeisel van de Karolingische formalisering van de macht

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
10
Q

Renaissance van de 12e eeuw

A

term voor de 12e eeuw waarin het klimaat veranderd, er commerciële verbeteringen zijn en er steden worden gesticht => veranderend zelfbeeld, nieuwe initiatieven en een stedelijke schoolcultuur

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
11
Q

Scholastieke methode

A

manier om de nieuwe influx van teksten te gaan ordenen, methode om teksten met elkaar te verzoenen door de logica, start met een quastio die je gaat beantwoorden in je tekst

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
12
Q

Standaardwerken

A

Recht: Decretum van Gratianus
Theologie: Sententiën van Peter Lombardus

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
13
Q

privileges van universiteiten

A

ius ubique docendi
clericale status

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
14
Q

curriculum op de universiteit

A

trivum: grammatica, logica, retorica
quadrivium: meetkunde, astronomie, wiskunde en muziek
daarna doorleren in medicijnen, filosofie of recht

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
15
Q

Eigenkloosters/eigenkerken

A

kerken of kloosters gesticht door een seculiere heerser die ook onder diens controle blijven doordat hij eigenaar blijft ban het land waarop dit gebouwd is (en dus ook kan besluiten om dit aan land aan een ander te geven)

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
16
Q

investituur

A

het overhandigen van religieuze autoriteit aan een bisschop in een ceremoniële context

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
17
Q

Hrotsvitha van Gandersheim

A

schreef propaganda voor de Ottonen in haar gesta ottonis

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
18
Q

Reichskirkensysteem

A

idee dat de Ottonen en Saliërs een doelbewust systeem hadden voor hun kerkelijke invloed, vandaag de dag wordt dat betwist en gewezen op dat er ook andere partijen een rol speelden in de benoeming van bischoppen => meer een organische groei van hun macht

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
19
Q

Kerkelijke hervormingen

A

-Back to basics beweging met het idee om terug te keren naar een meer pure en originele manier van het Christendom: strikte regel van Benedictus en primitieve kerk met monastieke idealen
-verschillende centra: Cluny en Gorze
-begon zich uiteindelijk steeds meer te concentreren op het concept van investituur: wie heeft de macht om een geestelijke aan te stellen
-Belangrijke figuren: Leo IX (p. 1049-1054), Stephan IX (p. 1057-1058), Alexander II (p. 1061-1073), Gregorius VII (p. 1073-1085) en Humbert van Silva Candida
=> monastieke waarden voor alle geestelijken, kerk moest vrij zijn van seculiere invloed en bevestiging van pauselijke suprematie

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
20
Q

Leo IX

A

Paus (1049-1054) die de paassynode bijeenriep en vooral Nicholaïsme en Simonie wou uitroeien waardoor er door heel Europa decreten verspreid gaan worden die dit gaan proberen aan te pakken

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
21
Q

Nicholaïsme

A

priesterlijk huwelijk

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
22
Q

Simonie

A

het kopen van kerkelijke functies voor geld en in ruil voor trouw en functies, sommige hervormers zien dit als ketterij

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
23
Q

Dictatus Papae

A

decreet waarin er pauselijke autoriteit geclaimd wordt, waaronder dat alleen de paus het recht op investituur heeft

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
24
Q

excommunicatie

A

het uit de kerk zetten van iemand, waardoor ook zijn bezittingen werden weggehaald en daarmee ook de vazallen etc.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
25
Pataria
beweging in Milaan die sterk tegen Simonie en Nicholaïsme inging, geleid door aspirantbischoppen tegen de gekozen bisschop door Henrik III, paus koos kant van beweging
26
Peter Damian
radicale hervormer die uiteindelijk kardinaal werd gemaakt maar zo nog steeds erg weinig daadwerkelijk kon veranderen
27
Humbert van Silva Candida
intellectueel die 'three books against the simonies' schreef waarin hij iedere vorm van invloed in de kerk weerde, dele van de kerkelijke hervormingen
28
Gregorius VII
paus van 1073 tot 1085 die veel hervormingen doorvoerde, ging een belangrijke rol in de investituurstrijd spelen, zorgde voor mindere invloed in de verkiezing van de paus, celibaat als regel en meer controle over de kerkelijke hiërarchie
29
Hendrik IV
Duits keizer van 1056-1105 die een belangrijke rol speelde in de investituurstrijd, erg jonge keizer en greep in bij de Milaanse investituurstrijd waar zijn kandidaat opzij was geschoven
30
Synode van Worms
1076: Hendrik IV verklaart dat Gregorius VII onrechtmatig paus was geworden waarna Gregorius hem excommuniceert
31
Duitse investituurstrijd
Gregorius excommuniceert henrik dus en zo kwamen de Saksische edelen in opstand tegen hem, ze ontmoeten in Canossa waar Hendrik boete doet en gregorius dat wel moet accepteren. Gregorius steunt echter kandidaat van duitse edelen voor keizer en er is weer ruzie waarna hendrik rome in 1084 inneemt, gregorius roept normandiërs om hulp die de stad plunderen waardoor hij geen steun van romeinen meer krijgt en hendrik clemens III tot paus maakt
32
Concordaat van Worms
1122: hendrik V (r. 1106-1125) en Calixtus II (p. 1119-1124) komen overeen over investituur, keizer mag alleen seculiere rechten (regalia) toekennen
33
inditio
geritualiseerde manier van boetedoening
34
2-zwaardentheorie
theorie dat god het spirituele en temporale zwaard aan de paus had gegeven, de paus mocht het temporale zwaard delegeren maar kon die altijd terugnemen
35
Hadrianus IV
paus van 1154-1159 die een Rome een rebellie olv Arnold van brescia neer moest slaan,
36
Innocentius III
paus van 1198-1216, een van de machtigste, jurist, die veel gedaan wist te krijgen, ging zich ook echt mengen in wereldlijke zaken
37
Bahya ibn Pakuda
Joodse filosoof die een onderscheid maakte tussen de taken van de ledematen en de taken van het hart
38
Moses Maimonides
Joodse filosoof die 'guide for the perplexed' schreef en later een grote invloed op Christelijke theologen had
39
4e Lateraanse concilie
1215: zette de Christelijke levensloop vast
40
Cluny-beweging
klooster gesticht in 910 door willem van aquitanië en abt berno, geheel onafhankelijk van donors, groeit later doordat meer kloosters zich erbij aansluiten, abt van Cluny is de baas over allemaal
41
Gorze
klooster die de congegratie van gorze vestigt, een confederatie van strenge Benedictijner kloosters, onafhankelijk van lokale heersers
42
Karthuizers
Orde die begint als Bruno van Keulen een kluizenaarsvesting sticht, iedere monnik heeft een eigen huisje
43
Reguliere Kannuniken
monniken die ook de mis runnen, volgen de regel van Augustinus die vrijer en korter is
44
Cisterciënzers
orde met een soberdere vorm van Benedictijner vorm, gaat geleid worden door Bernard van Clairveaux, gaan verschillende afgevaardigen sturen naar de algemene kapittel vergadering en vormen zo de eerste echte kloosterorde
45
Katharen
dualistische ketterij, splisting van menselijk lichaam en geest, weredlijke wereld als het kwaad en de spirituele wereld als goed en er is dus geen plaats voor lichamen in de Hemel en gaat dus tegen kernwaarden Christendom in (tegen sacrament en wederopstanding Jezus)
46
Waldensen
genoemd naar Waldo die in armoede gaat leven na de evangelieën te hebben gelezen, als ze gaan preken komen ze in conflict met de kerk
47
Humiliati
lekeninitiatief dat in 1184 veroordeeld wordt maar uiteindelijk weer verzoend waarna het weer een grote orde wordt in Italië
48
Dominicanen
bedelorde die begint als een groep kannuniken die zich gaan bezighouden met de bestrijding van Katharen, zoeken snel de steden op waar ze scholen gaan stichten, volgen regel van Augustinus
49
Franciscanen
bedelorde gesticht door Franciscus van Assisi, worden in 1209 goedgekeurd door Innocentius III, armoedig gerdag en later een orde van geleerde theologen, hebben een eigen regel
50
Apostolische leven van de vrouw
eerste kloostergemeenschappen zijn vrouwelijk reclusen: vrouwen die zich opsluiten en leven op giften Begijnhoven of in dubbelkloosters
51
Clarissen
naar clara van assisi, sluiten izch later aan bij de franciscanen
52
Cura monialium
als mannen zich spiritueel verantwoordelijk voelen voor vrouwen
53
Militaire ordes
ordes die hielpen de politieke grenzen van het Christendom te verleggen: Tempeliers, Hospitatles en Teutoniërs mochten als monnik wapens hebben om zo pelgrims te beschermen, maar groeide uit tot de bankiers van Europa
54
Reconquista
het veroveren van de Christenen het Iberisch schiereiland op de moslims, in 1085 werd Toledo veroverd, en in 1212 toen Innocentius III een kruistocht hiertegen opriep werden de moslims verslagen in de slag bij Las navas de tolosa
55
Normandiërs in Sicilië
in 1047 komt Robert Guiscard in Sicilië aan als huursoldaat, maar wordt in 1059 middels het verdrag van Melfi hertog en vazal van de paus, in 1060 gaat hij dan ook echt gebied veroveren samen met zijn broer Roger, uieindelijk wordt Roger II in 1130 gekroond tot koning van Sicilië
56
Hendrik II (EN)
Engelse koning (r. 1154-1189) die Ierland binnen viel
57
1e Kruistocht
1096-1099: Startte toen Alexios Comnenos Urbanus II (p. 1088-1099) om hulp vroeg, bestond uit gewone stroom en professionele stroom, onstaan na speech op het concilie van clermont (1095), weten uiteindelijk Jeruzalem te veroveren waarna er verschillende kruisvaardersstaten ontstaan
58
Deus Lo Vult
god wil het
59
2e Kruistocht
1147-1149: toen Edessa viel in 1144 riep Eugenius II weer op tot een kruistocht met als tegenstander Saladin, hierbij hielpen ook de preken van Bernard van Clairveaux en de militaire ordes
60
3e Kruistocht
1189-1192: als bij de slag bij Hattin Saladin Jeruzalem innneemt is het weer zo ver, deze keer met een dreamteam van Richard I van Engeland, Filips Augustus van Frankrijk en Frederik Barbarossa, andere route via zee, maar mislukt volledig
61
4e Kruistocht
1202-1204: weer poging om Jeruzalem in te nemen, opgeroepen door Innocentius III, maar plunderen Constantinopel
62
Latere kruistochten
5e kruistocht: 1213-1221 6e kruistocht: 1228 7e kruistocht: 1248-1254 8e kruistocht: 1270
63
Kinderkruistocht
tragische kruistocht in 1212 met alleen maar kinderen
64
Albigeneesze kruistocht
kruistocht tegen de Katharen in zuid Frankrijk (1209-1229)
65
Wendische kruistoch
kruistocht van Duitsers en de Teutoniërs tegen heidense Slavische volkeren
66
verschillende kijken op wat een kruistocht is
traditionalisten: kruistocht moet Jeruzalem als einddoel hebben Pluralisten; elk initiatief met pauselijke autorisatie is een kruistocht spiritueel: alles met een spirituele impuls is een kruistocht generalisten: alles met een vorm van heilige oorlog is een kruistocht
67
Keizer
oorspronkelijk legeraanvoerder, universele machtsaanspraak
68
Koning
erfelijk leider van een land, positie in principe voor altijd, godelijke link enafhankelijk van prestige
69
Hertog
legeraanvoerder namens koning/keizer die bestuurder werd in een veroverd gebied
70
Graaf
functionaris die namens de koning toezicht houdt op een bepaald gebied of activiteit
71
Lothar III
keizer van het HRR (r. 1125-1137) gekozen omdat hij niet zo machtig was
72
Conrad III
keizer van het HRR (r. 1138-1152), vooral gekozen omdat hij niet zo machtig was
73
Frederik Barbarossa
Keizer van het HRR van 1152 tot 1190, gelimiteerd feodalisme, ruzie met Italiaanse steden maar verloor de slag bij legnano in 1176 waarna zijn aandacht naar het zuiden ging en zijn zoon daarin trouwde
74
Alexander III
paus van 1159-1181 die steun verleende aan de steden in Lombardije
75
Henrik VI
keizer van het HRR van 1190-1197, ook koning van Sicilië in 1194
76
Slag bij Bouvines
1214: slag waarin uiteindelijk de opvolging van Hendrik VI beslist werd, Frederik II wist te winnen en werd keizer van 1215-1250
77
Frederik II
keizer van 1215-1250, anti-klerikaal en had vooral aandacht voor Sicilië dat hij uiteindelijk door belastingen verarmde en zo in zijn latere regering veel opstanden te verduren kreeg
78
Innocentius IV
paus van 1243-1254 die Frederik II excommuniceerde
79
Interregnum
1254-1273: tijd dat het HRR geen keizer had, eindigde toen Rudolph van Habsburg (r. 1273-1291) de kroon pakte
80
Driedeling van Italië na 1250
Semizelfstandige stadstaten in het noorden Pauselijk staat in het midden Koninkrijk Sicilië in het zuiden
81
Begin van de Anglo-Normandische staat
Rollo krijgt van Karel de Eenvoudige Normandië in 911 Richard I huwt dochter Emma uit aan Etheld de Onklare in 1002 die samen Edward en Alfred krijgen Als Sven Gaffelbaard in 1014 aankomt in Engeland vluchten ze naar Normandië, na zijn dood weten Emma en Ethelred Engeland weer te veroveren Na zijn dood in 1016 komt Knoet aan, Emma stuurt zoons naar Normandië en trouwt met Knoet, zij krijgen zonen Harthacnut en Gunnhild Knoet sterft rond 1030, Hartacnut weet de troon te winnen maar wordt ziek en zo wordt Edward (de Belijder) zijn cokoning en later koning Edward wordt gedwongen om zoon van hertog, Harold, als opvolger aan te wijzen, Willem de Veroveraar is hier niet blij mee en valt in 1066 binnen waarna hij koning wordt
82
Massacre of St. Brices Day
1002: als deense huursoldaten door Emma vermoord worden in Engeland
83
Doomsday Book
1086: uitgebreid administratief werk
84
Engeland na Willem de Veroveraar
Willem II (r. 1087-1100) en Henrik I (r. 1100-1135) volgen hem op, die laatste liet Matilda achter die streed met Stephan van Blois in 1153 wordt haar zoon, Henrik II, geaccepteerd als koning door Stephan
85
Henrik II
Engels koning van 1154-1189, was ook hertog van Normandië, Anjou en Aquitanië waardoor hij een Angevijns rijk had, berustte echter alleen op het gebied
86
Jan zonder Land
Engels koning van 1199-1216, opvolger van Richard I (r. 1189-1199) die veel gebied in Frankrijk verloor waardoor de adel in opstand kwam en hij uiteindelijk de Magna Carta moest tekenen
87
Parlement
Institutie die opkwam onder Edward I dat uitgroeide tot een belangrijk politiek orgaan
88
Richard I Leeuwenhart
Engelse koning van 1189-1199 die vooral zijn Franse bezittingen probeerde te beschermen
89
Hendrik III (EN)
Engelse koning van 1216-1272 die gedwongen werd om intensief met zijn baronnen samen te werken
90
Edward I
Engelse koning van 1272-1307 die zorgde voor de vormgeving van Parlement, zijn macht berustte op: kanselarij, penningmeester, raad en het huishouden, had territoriale ambities
91
Capetingsche macht vergroten
Baas zijn over Ile de France Vergroten van politieke en economische basis door meer gebied onder koninklijke macht te krijgen Koninklijke claims maken op feodaal gebied
92
Filips I
Franse koning van 1060-1108 die begon met het consolideren van de macht in Ile de France
93
Lodewijk VI
Franse koning van 1108-1137 die de politiek van Filips I voortzette
94
Lodewijk VII
Franse koning van 1137 tot 1180 die zich actief ging bemoeien met het beperken van de Engelse macht in Frankrijk
95
Filips II Augustus
Franse koning van 1180-1223 die het Avengenijnse rijk wist te vernietigen en de macht verder uitbreidde
96
Lodewijk VIII
Franse koning van 1223-1226 die de Albigenezische kruistocht begon
97
Lodewijk IX
Franse koning van 1226-1270, startte onder regentschap van Blanche van Castillië die heilig werd verklaard
98
Filips III
Franse koning van 1270-1285 die de bureaucratie verder uitbreidde
99
Filips IV
Franse koning van 1285-1314 die de bureaucratie verder uitbreidde
100
Alfonso X
van 1251-1284 koning van Portugal
101
Representatieve instellingen
representatieve lichamen komen steeds meer op die zeggen voor de bonum commune op te komen, koningen kunnen daardoor ook beter regeren, regionaal maar ook voor het hele koninkrijk en er ontstaat dus zo een systeem van afvaardiging
102
bronnen van filosofie/theologie
- Klassieke wereld: vooral Plato en Aristoteles waarvan nieuwe vertalingen in Europa kwamen - Islamitische wijsbegeerte: via de Islamitische wereld veel nieuwe traktaten schreven - Joodse wijsbegeerte: vooral Moses Maimonides - Vroege Christelijke theologen: autoriteit van kerkvaders - Vroege Middeleeuwse geleerden - Geschriften zoals de Bijbel
103
Relatie tussen het geloof en de logica
Peter Abelard: geloof vormen via rede Peter Damian en Bernard van Clairveaux: god niet begrijpen via rede Thomas van Aquino: rede een goede hulp van geloof en kunnen tegengesteld zijn
104
het debat over universalia
Universalia: is het universele idee van een wereldlijk ding Nomalisten: universalia geen betekenis naast hun naam Conseptualisten: universalia alleen voor specifieke dingen Realisten: universalia bestaan
105
John van Salisbury
zette in werk policraticus (1159) uiteen dat je een koning moet gehoorzamen maar een tiran mag doden
106
Hildegard van Bingen
vrouwelijke componist die de ordo virtutum schreef
107
Heloise van Paraclete
vrouwelijk intellectueel, relatie met Peter Abelard
108
Thomas van Aquino
intellectueel die de Summa Theologica schreef, het ultieme logische werk, was een coneptualist
109
Het epos
liederen van grote daden: Beolwulf en Chanson du Roland
110
De lyriek
liederen over liefde: hoofse liefde
111
De roman
ridderromans met lange narratieven over emotie en liefde: verhalen over koning Arthur
112
Fablieuax
korte satirische poëzie uit de stedelijke traditie
113
Fabels
verhaal waar karakters vermomd waren als dieren, vooral in stedelijke context
114
Mysteriespelen
spelen gebaseerd op heiligen, zat humor en een Christelijke les in
115
Dante Alighieri
schrijver van La vita Nuova: mystieke en ideale liefde on vernacular eloquence: Toscaanse volkstaal The divine comedy: reis door verschillende hellen
116
Kathedraal
centrum van het sociale leven, in Romaanse of Gotische stijl gebouwd
117
1300 als kantelpunt
1277: werken Thomas á Kempis als ketterij 1300: Ottomanen in Byzantium 1309: Clemens V in Avignon 1315: slechte oogst als voorbode hongersnood 1337: begin 100jarige oorlog
118
Demografische veranderingen in Europa
9e en 10e eeuw: bevolkingskrimp door invallen 2e helft 11e eeuw: bevolkingsgroei vroege 14e eeuw: demografisch maximum van Europa
119
Veranderingen in landbouw
nieuwe landbouwtechnieken: windmolen, nieuwe ploeg en drieslagstelsel => meer land gecultiveerd
120
Steden in de Middeleeuwen
weinig steden overleven na val Romeinse Rijk, maar daarna verdwijnen de nieuwe steden niet meer Vrij klein en grote impact op omringend platteland jonge bevolking basale vorm van hygiëne geen stadsplanning nodig of anders wel gedaan veel interne factiestrijd, soms zelfs nodig om voor een bepaalde tijd een dictator/podesta aan te stellen
121
Pest
1347 eerste keer, veel doden, daarna komt hij vaker terug zorgt voor een beschikbaarheid van land en groeiende vraag naar arbeid waardoor men ook mobieler wordt
122
Periode van religieuze crisis?
sommige historici vinden dat na de Pest er een periode van religieuze crisis is, maar dramatische beeldvorming is te groot en te aantrekkelijk: - Westers Schisma - conciliëre beweging - fossilisering van intellectueel klimaat - veel traktaten tegen de religieuze macht maar er zijn juist ook: - technologische en sociale ontwikkelingen - intensivering en verdieping van religieus leven - heeft te maken met hogere verwachtingen => emancipatie van het lekenpubleik
123
Religieuze reacties op epidemologische en demografische crisis
Eerst een paniekreactie zoals bij de Flabberganten beweging, maar op lange termijn juist een doel om zichzelf beter te gaan verdedigen in bewegingen en organisaties => religieuze innovaties
124
Moderne Devotie
religieuze beweging door clerici en leken om tot een meer evangelisch leven te komen, inspiratie uit Geert Groote, hij sticht in 1340 de zusters van het gemene leven hebben de nadruk op de verinnerlijking van het geloof, ieder mens is zelf verantwoordelijk voor zijn zielenheil, richten scholen op gedeeltelijke monastisering en die sluiten zich aan bij de congegratie van Windesheim => scholen en productie van religeus-literarie klassiekers
125
Observantiebeweging
een grootschalige complexe vernieuwingsbeweging in de ordes, men vond dat die niet meer leefden zoals ze zouden moeten en er moet vernieuwing plaats vinden, doen ze door een zuivere observantie van de regels => nieuwe kloosterstichtingen en nieuwe ordes, niet alleen intern gericht, maar ook nieuwe preekcampagnes en productie van homiletische literatuur te maken met een normatieve chirtianisering: vanaf het wieg tot het graf moet in het teken staan van het Christendom
126
Gregorius XI
paus van 1370-1378 die besloot de pauselijke zetel terug te verhuizen naar Rome
127
Westers Schisma
Toen Gregorius XI stierf werden er in Rome en Avignon allebei een paus gekozen: Urbanus VI en Clemens VII, pas na het concilie van Kontstanz werd Martinus V (p. 1417-1431) tot nieuwe paus gekozen
128
Martinus V
paus van 1417-1431, gekozen na het Westers Schisma
129
Conciliëre beweging
beweging die probeerde de pauselijke macht te beperken en die bij concilies neer te leggen: -1409: Pisa -1414-1418: Kontstanz -1431-1449: Basel/Ferrara/Florence gangbaar punt is dat die mislukt is, maar toch een drijvende kracht achter de observantiebeweging, ontwikkelingen in politiek theoretisch perspectief en invloed op de huidige kerk
130
Bonifatius VIII
paus van 1294 tot 1303 die ruzie had met Filips IV en zelfs gevangen wordt genomen, waardoor de zetel naar Frnakrijk wordt verhuisd
131
Lollarden
volgelingen van John Wycliff die kritiek had op de kerk en eucharastie, werd uiteindelijk op de brandstapel gegooid iedereen moet Bijbel in volkstaal lezen universeel priesterscha voor alle mannelijke gelovigen
132
Hussieten
volgelingen van Jan Hus die ook een etnische Boheemse factie steunde, subgroepen: Ulraquisten, Taborieten en Orebieten, ook Hus werd op de brandstapel gegooid kritiek op de Sacramenten leer
133
Malleus Maleficarum
werd uit 1486 dat over heksenvervolgingen ging
134
Eckhart
intellectuuel die ascetisme wist te linken met mysticisme
135
100jarige oorlog
1337-1453: Engelsen wisten te winnen in Crecy (1346) en Poitiers (1356), verloren enthousiasme onder Richard II (r. 1377-1399), vonden dat weer onder Hendrik V (r. 1413-1422) Jean de Arc wist het Franse tij te keren door Karel VII (r. 1422-1461) te redden waarna de oorlog in 1453 afgelopen was
136
Rozenoorlog
oorlog door aristocratisch factionalisme in Engeland (1455-1485) waar de Tudors met Edward IV en Henrik VII (r.1485-1509) als winnaars uitkwamen
137
Karel V
Franse koning van 1364-1380 die financieel onafhankelijk werd van andere instituties en zorgde voor militaire successen
138
Karel de Gekke
Franse koning van 1380-1422 die zorgde voor burgeroorlog waarbij Bourgondië zelfs de Engelse kant ging steunen
139
Karel VII
Franse koning van 1422-1461 die de monarchie weer wist uit te breiden
140
Lodewijk XI
Franse koning van 1461-1483 die de macht van de adel wist in te tammen door strategische huwelijken en moorden
141
Inquisitie
spaanse rechtbank die moest controleren of men wel echt Christen was
142
unie van Kalmar
1397: zorgde voor een groot Deens rijk
143
Moskou en de Mongolen
in de 12e eeuw moest men tribuut gaan betalen aan de Gouden Horde Alexander Nevsky werkte met ze samen en werd zo groothertog van Moskou Ivan III (r. 1462-1505) werd zo machtig dat hij die tribuut kon gaan weigeren
144
Gouden Bul
1356: keurvorsten mochten keizer HRR kiezen, vanaf 1404 altijd een Habsburger: Albert II (r. 1404-1439), Frederik III (r. 1440-1493) en Maximiliaan (r. 1486-1516)
145
Slag bij Tannenberg
1410: als Jagiello van Litouwen, na zijn huewelijk in 1386 met Jadwiga van Polen de Teutonische ridders verslaat
146
volkstalen
door de dominantie van Latijn waren de meeste volkstalen geen schrifttalen en hebben we alleen sporadische teksten: Serments de Staasbourg, Caedmon's Hymm en Wachtendonksche Psalmen
147
Hagiografieën
in de 10e en 11e eeuwen gaan deze voor het eerst geschreven worden in volkstalen: la vie de saint leger en la vie de saint alexis
148
orale literaire uitingen
ook waren er troubadours, troibaritzen en trouveres actief, met namen zoals: Willem van Poitiers, Bernard de Ventadour en Jaufre Rudel die vaak van een hoge aristocratische status kwamen
149
Nieuwe liedvormen
Albas/aubades: morgenlied Dansa/balada: terugkerend refrijn Pastorela: hitsige ridders Planh/plainte/lamento: klaagzangen over liefde
150
hoofse liefde
concept, geen kuise liefde maar wel gevoelens van emotie en verlangen erin behelsde de bewondering van een ridder voor een onbereikbare vrouw
151
Auteurs in de 12e eeuwse hofcultuur context
Marie de France: korte belerende verhalen Chretien de Troyes: Eric et Enide Benoit de Saint-More: Roman de Troie Renaud de Beaujour: Le bel inconnu Hartmann van Aue: hoofse minneliederen Wolfram van Eschenbach: Parzival Gottfried van Strasburg: Tristan
152
Auteurs in de stedelijke context
Jean Bodel: Chanson des Saisnes, Fablieuax, Le jeu de saint nicolas Adam de la Halle: poëzie en gedichten op muziek, le jeu de la feuillee en le jeu de robin et marion Rutebeuf: harde satirische gedichten, vie de sainte helysabel en renart le bestourne
153
geestelijk toneel
in de 13e eeuw ontsnapt religieus toneel uit de kerk en komt het op de markt terecht, passiespelen
154
wereldlijk toneel
vaak ridderromans opgevoerd of van zottengezelschappen met zotheidsliteratuur
155
didactische literatuur
didactische literatuur in volkstaal zoals van Jacob van Maerlant
156
vrouwen in de literatuur
bekendste is Christine de Pisan, maar ook meer mystica die in de literatuur actief zijn zoals Hadewich, Angela van Foligno en Marguerite Porete
157
Doodspoëzie
les vert de la mort van helinant de foridmont les cognes de jean bodel en le dit des troit morts et des trois vifs en la ballade des penus van Francois Villon danse macabre
158
wereld achter Europa
verhalen van Marco Polo en over Jan de priester zorgde ervoor dat Europa in contact kwam met de wereld buiten Europa, maar er gingen ook missionarissen etc. naar de Mongolen toe
159
Filosofie in de 14e en 15e eeuw
trends richting Plato of Thomas van Aquino, twijfel over dre ratio auteurs zoals Marisilio Ficino, Nicolaas van Cusa, John Duns Scotus en William van Ockham
160
politiek in de 14e en 15e eeuw
vaak een tussenpositie in hoeverre de koning/keizer macht had over religieuze zaken
161
Seltsjoeken
turksprekende volkeren die vanaf de 11e eeuw zich gaan verspreiden in het Perzische gebied: 1040: slag bij Dandanaqan (binnendringen in Armenië) 1048: slag bij Kapetron (onbeslist tegen Byzantijnen en Georgiërs) 1071: slag bij manzikert (binnendringen van Anatolië) => Anatolië ligt vor ze open
162
Sultanaat van Rum
een deel van de Seltsjoeken splitst zich af en vestigen in Anatolië het sultanaat van Rum (1077-1308)
163
Mongolen
Djenghiz Khan verinigd de nomadische stamen en veroverd grote delen, na de slag van Kose Dag (1243) word Rum een vazalstaat en valt het Seltsjoekse rijk uiteen, val van Bagdad in 1258, maar daarna opdeling onder Ilkhanieden
164
Beyliks
Anatolië wordt in brokjes achter gelaten en die kleine bestuurlijke eenheden noemen we beyliks
165
Osman I
leider van een Beylik (1299-1323)
166
Baldwin van Vlaanderen/Henegouwen
wordt na plundering van Constaninopel gekozen tot keizer Boudewijn IX, IV en I
167
Murad II
leider van de Ottomanen van 1421-1444 en 1446-1451, meer gematigde houding tov Constantinopel
168
Mehmed II
leider van de Ottomanen van 1444-1446 en 1451-1481, had een meer agressieve houding tov Constantinopel
169
Constantinopel na val
gebied wordt opgedeeld in verschillende delen (Athene, Acheae etc.) maar ook delen nog in de handen van Griekse elite die een band hadden met de keizer: Contstantinopel, Trebizond, Epirus, Nicaeae, Na Boudewijn komen Johannes VIII en Constantijn IX nog tot de val in 1453
170
Renaissance
wedergeboorte die later door de humanisten gaat worden opgepakt en zo echt een breuk met de Middeleeuwen gaan zien, iets waar veel kritiek op is gekomen van historici, kritiek van: Charles Homes Haskins: Klassieke erfenis in de 12e eeuw Richard Southern: sinds de 12e eeuw is er een Renaissance bezig, te zien in scholen Collin Morris: in de 11e en 12e eeuw is er al een ontwikkeling van het individu
171
Erasmus
grootste Nederlandse humanist, opgeleid in theologie, vertaald in 1516 een nieuwe bijbeltekst (novum instrumentum), schrijft ook opvoedingstraktaten en de Lof der Zotheid
172
Wederzijdse ondersteuning investituur
Keizer krijgt: - bondgenoten en loyaliteit - plek om te overnachten - herdenking en propaganda Kerk krijgt: - land en macht - rechten - bescherming
173
waarom was investituursstrijd voor men belangrijk
Kerk en keizer: bisschop had veel land en geld en zo dus veel macht Gewone mens: ging over zielenheil, een slechte priester kan niet voor een sacrament zorgen
174
waarom kwamen Saksische edelen tegen Hendrik IV in opstand
- Salische huis was van Franse afkomst en dus verschuift het machtscentrum van Saksen af - Hendrik nam veel landgoederen die geen erfgenaam hadden in beslag
175
Conclusie van investituursstrijd
- keizer zweert investituur af - keizer mag seculiere rechten (regalia) toekennen - keizer geeft paus controle terug over de pauselijke staat => geen grootschalige veranderingen maar wel een afspraak waar men zich tijdens een conflict op kon beroepen
176
Het pausdom na 1250
- gingen meer mengen in wereldlijke politiek waardoor ze hun spirituele en morele functie langzaam gingen verliezen - wereldlijke machten werden steeds groter wat gaat zorgen voor nieuwe conflicten (Filips IV tegen Bonifatius VIII)
177
succes van de Cluny-formule
- bescherming van Rome - presentatie als dat er voortdurend gebeden wordt en dat als mensen aansluiten ze een grotere kans op redding hebben - eerste abten hebben een goede persoonlijkheid en blijven lang leven
178
Drie mogelijkheden voor een nieuwe eenvoudigere manier van leven
- Eenvoudigere vorm van kloosterleven, meer handarbeid - apostolisch leven, radicaler, rondtrekkende priesters die vaak weer kloosters stichten - kluizenaars
179
Derde ordes
leken die een actiever religieus leven willen gaan leiden, maar niet het klooster in kunnen, affilieren zich aan een orde, maar leven in een eigen huis
180
Kruistocht
Denken meteen aan een heilige oorlog: probleem als je Christen bent, in principe tegen geweld, dus theorie van rechtvaardige oorlog gerechtvaardigd als: goed doel, goede intentie en gepaste autoriteit
181
Doelen van eerste kruistocht
- zonden kwijtgescholden - barbaren die Christendom aanvallen (othering) - Byzantijnse Christenen als vrienden - God wil het - bevrijding van Jeruzalem
182
Kruistocht als deel hervormingsmentaliteit
pauselijke autoriteit vergroten, deze legitimatie en vergroting van autoriteit zien we nog steeds
183
Waarom ging men mee op kruistocht?
- wisten niet hoe het zal aflopen - je ging naar de Hemel - primogenituur - religieuze motivaties
184
Waarom was Byzantium tegen kruisvaardersstaten
staten in handen van Westelijke Christenen => blokkeren veel initiatieven van de kruisvaardersstaten
185
Engelse investituurstrijd
Willem II en Hendrik I hebben een conflict met St. Anselm, maar komen in 1107 tot een compromis Later komt Hendrik II in conflict met Thomas Becket, die vermoord wordt in 1170 door Hendrik's mannen, waarna hij een martelaar wordt en Hendrik boete moet doen
186
Breuken en continuïteiten met de val van Constantinopel
Breuken: - veranderd politiek landschap - veranderd religieus landschap - dreiging in Latijnse westen Continuïteiten: - val wordt voorbereid en verwacht - Griekse gemeenschappen blijven bestaan - Rome leeft voort in vele gedaanten
187
Feodalisme volgens handboek
- stelsel van de landbezittende elite - ontstaan door desintegratie Karolingische rijk - land voor militaire steun - publieke macht uitgeoefend door private partijen
188
opleving vanaf de 2e helft 11e eeuw
- tegenover feodale anarchie/ijzeren eeuw daarvor - agrarisch/demografisch/economisch - groeiende assertiviteit - religieuze ontwikkelingen - ideologische ontplooiing en machtsontplooiing geestelijke en wereldlijke macht - algehele mentale omslag, zichtbaar in kunst en cultuur: gotiek, emancipatie volkstalen en transformatie intellectueel leven
189
gevolgen filosofische en speculatieve speculaties
- wel grenzen, maar nooit volledig afgebakend => vervolgingen - nadenken over aard wetenschappelijke kennis - nadenken over concepten en werkelijkheid - inzichten over theorie over menselijke wil en economie - nadenken over politiek-theoretische vraagstukken
190
pausen van de Middeleeuwen
- Leo IX (1049-1054) - Gregorius VII (1073-1085) - Urbanus II (1088-1099) - Innocentius III (1198-1216) - Bonifatius VIII (1294-1303) - Martinus V (1417-1431)
191
Franse koningen
- Filips I (1059-1108) - Lodewijk VI (1108-1137) - Lodewijk VII (1137-1180) - Filips II (1180-1223) - Lodewijk VIII (1223-1226) - Lodewijk IX (1226-1270) - Filips III (1270-1285) - Filips IV (1285-1314) - Jan de Goede (1350-1364) - Karel V (1364-1380) - Karel de Gekke (1380-1422) - Karel VII (1422-1461) - Lodewijk XI (1461-1483)
192
Engelse koningen
- Ethelred de Onklare (978-1016) - Knoet (1016-1035) - Edward de Belijder (1042-1066) - Willem de Veroveraar (1066-1087) - Willem II (1087-1100) - Hendrik I (1100-1135) - Hendrik II (1154-1189) - Richard I (1189-1199) - Jan zonder Land (1199-1216) - Hendrik III (1216-1272) - Edward I (1272-1307) - Hendrik VII (1485-1509)
193
Duitse koningen
- Hendrik II (1002-1024) - Hendrik III (1039-1056) - Hendrik IV (1056-1105) - Hendrik V (1105-1125) - Frederik Barbarossa (1152-1190) - Hendrik VI (1190-1197) - Frederik II (1220-1250)
194
Kruistochten
1: 1096-1099 2: 1147-1149 3: 1189-1192 4: 1202-1204
195
Wat gebeurt er als Willem de Veroveraar koning van Engeland wordt
- landonteigening van Engelse aristocraten dat in stukjes aan Normandische ridders wordt geschonken - grootscheepse huwelijkspolitiek - harrying of the north: strafexpeditie naar York waar verzet zat - instelling van shires: sheriffs en rechtbanken' - instelling van belastingsysteem - grote koninklijke macht: al het land wordt leengoed van de koning
196
Westers Schisma
- begint als conflict tussen Bonifatius VIII en Filips IV, uiteindelijk zet Filips de paus gevangen en sterft hij vlak daarna, waarna de pauselijke zetel in Avignon blijft - daar worden vaak fransgezinde pausen gekozen en het lijkt erop dat de paus onder strenge controle staat, in werkelijkheid valt dit best mee - in 1376 besluit Gregorius XI terug te verhuizen naar Rome en sterft dan snel, dan worden er zowel in Avignon als Rome een paus gekozen: Urbanus VI en Clemens VII - uiteindelijk wordt het beëindigd bij het concilie van Kontstanz waar Martinus V in 1417 tot nieuwe paus wordt gekozen
197
Wereldlijke literatuur
-spotdichten: gilde van de blauwe schuit/narrenspieghel, van oa Rutebeuf en Testament van Jean le Meung - Ridderromans over Karel de Grote, Arthur, Alexanderromans, Trojeromans - Fabliaeux, dierfabels en liederen over tal van onderwerpen (genbeperking) - diverse vormen van wereldlijk theater: kluchten, satires, moraliteiten en muziektheater
198
nieuwe genres
- chantefabels - allegorische romans: deugden en zonden gepersonificeerd - fabliauex: korte verhalende gedichten (probleem van genrebeperking) - dierfabels
199
Didactische literatuur
- grote omvang, waaronder werken van Hartmann Schedel - encyclopedische teksten in volkstalige versie
200
religieuze literatuur
- religieus drama: mysterie en mirakelspelen - volkstalige hagiografische bestsellers, ook nieuwe versies - religieus beschouwende literatuur en hardcore mystieke teksten, waaronder werken van Hadewijch en Jan Ruusbroec - religieuze traktaten van oa William Langlan of Raoul de Houdenc - religieuze instructieliteratuur
201
humanistische blik op geschiedenis
- ontkennen waarde Middeleeuwse erfenis - herontdekte klassieke beschaving tegenover Middeleeuwse barbaarsheid - negeren Middeleeuwse teksten - humanistische claim op originaliteit - zoektocht 'verloren' Klassieke manuscripten - opkomst humanistische filologie - veranderingen in onderwijspraktijken en curriculum
202
Humanistische geschiedscrijving
- Flavio Bondio: Historium a inclinatione Romanorum imperii decades - Matteo Palmieri: Libri de temporibus en della vitta civile - geschiedschrijving die aansluit bij Klassieke moddelen - nieuwe genres: stadsgeschiedenissen, eigentijdse wereldgeschiedenis en biografieën - geschiedschrijvers met goede patron als professionele historicus die belangrijk worden
202
gevolgen van humanistische blik op de Renaissance
- conflict tussen mediëvisten en renaissance specialisten - nieuwe benaderingen door buiten historische disciplines - connotaties met woorden middeleeuws en renaissance - organisatie materiaal in bepaalde hoofdstukken: alle crisissen bij Middeleeuwen en coole dingen bij Renaissance - wetenschappers geen oog voor het religieuze karakter van kunstwerken in de Renaissance, alleen oog voor de seculiere elementen erin
203
hervormingen van Gregorius VII
- verminderde invloed van leken in pausverkiezing - celibaat als regel - paus langzame controle over gehele kerkelijke hiërarchie
204
overzicht literatuur
- ridderroman: Tristan van Gottfried van Strasbourg - spotdicht: Lof der Zotheid van Erasmus - fablieaux: 3 gebochelde - wereldlijk toneel: Le Jeu de la Feuillee van Adam de la Halle - allegorische roman: Le Roman de la Rose van Guillame de Lorris - fabel: de vos Reinhaart - religieus toneel: Le Jeu de Saint Nicolas van Jehan Bodel - hagiografie: Leven van Lidwina van Schiedman van Jan Brugman - mystiek: Memoriale & Instructiones van Angela van Foligno - religieuze tractaten: Piers Plowman van William Langland - didactisch: De Spieghel Historiael van Jacob van Maerlant - doodspoëzie: Les Conges de Jean Bodel van Jehan Bodel