Vocab - Hoofdstuk 14 Dialogue Flashcards
(77 cards)
1
Q
de sportschool
A
sports club
2
Q
de school
A
school
3
Q
zich inschrijven
A
to enrol/register
4
Q
de mens
A
person
5
Q
mensen
A
people
6
Q
in de rij staan
A
to queue (up)
7
Q
het lid
A
member
8
Q
het abonnement
A
subscription
9
Q
het verschil
A
difference
10
Q
elk
A
each
11
Q
opzeggen
A
to cancel
12
Q
het bedrag
A
amount
13
Q
beide
A
both
14
Q
onbeperkt
A
unlimited
15
Q
sporten
A
to play sports
16
Q
speciaal
A
special
17
Q
de aanbieding
A
offer
18
Q
het procent
A
per cent
19
Q
de korting
A
discount
20
Q
gratis
A
free
21
Q
zeker
A
sure/certain
22
Q
de conditie
A
physical condition/fitness
23
Q
verbeteren
A
to improve
24
Q
de spier
A
muscle
25
versterken
strengthen
26
het gewicht
weight
27
verliezen
to lose
28
het doel
goal/target
29
nogal
quite/rather
30
van plan zijn
to intend
31
trouwen
to marry
32
de liefde
love
33
het leven
life
34
fit
healthy
35
aantrekkelijk
attractive
36
de man
man
37
de krachttraining
weight training
38
de kracht
strength/power
39
de training
training
40
waarschijnlijk
probably
41
de cardio
cardio fitness
42
de groepsles
group lesson
43
de groep
group
44
meekijken
to watch
45
het rooster
schedule
46
aanbieden
to offer
47
virtueel
virtual
48
veranderen
to change
49
de manier
way/manner
50
op die manier
in that way
51
regelmatig
regularly
52
sturen
to send
53
de nieuwsbrief
newsletter
54
het nieuws
news
55
de brief
letter
56
klinken
to sound
57
de sportkleren
sports clothes
58
de kleren
clothes
59
ingaan
to become effective
60
het buikspierkwartier
abs workout
61
meteen
straightaway
62
meedoen
to join in
63
aandoen
to put on
64
klaarmaken
to prepare/get ready
65
het pasje
card
66
verkopen
to sell
67
het energiedrankje
energy drink
68
de energie
energy
69
het drankje
drink
70
de automaat
vending machine
71
het muntgeld
cash
72
het saldo
balance
73
laden
to charge
74
veel plezier
have fun
75
het plezier
fun
76
de spierpijn
muscular pain
77
bang
afraid