07-1 Flashcards

(82 cards)

1
Q

het loket

A

the counter

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

de lokettist

A

the ticket office

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

ik ga naar

A

I’m going to

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

even kijken hoor

A

let’s see

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

er is geen directe verbinding

A

there is no direct connection

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

tot

A

as far as

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

de sneltrein

A

the express train

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
8
Q

daar

A

there

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
9
Q

de stoptrein

A

the stopping train

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
10
Q

overstappen

A

to change (train/bus)

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
11
Q

hoe laat vertrekt de trein?

A

what time does the train leave?

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
12
Q

er gaat

A

there goes

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
13
Q

over 10 minuten

A

in 10 minutes

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
14
Q

het spoor

A

THE PLATFORM

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
15
Q

proberen

A

to try

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
16
Q

te halen

A

to catch

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
17
Q

als het goed is

A

if it is good

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
18
Q

wachten

A

to wait

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
19
Q

het retourtje

A

the return ticket

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
20
Q

de strippenkaart

A

the strip card

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
21
Q

hij hoeft niet lang te wachten

A

he does not have to wait long

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
22
Q

de bus staat klaar

A

the bus is ready

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
23
Q

lijn 6 komt langs

A

line 6 comes along

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
24
Q

de buschauffeur

A

the Busdriver

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
25
afstempelen
stamp
26
dat hangt ervan af
it depends on
27
waar wilt u naartoe
where do you want to go
28
waarschuwen
warn
29
naar de Marwedestraat
to the Marwedestraat
30
van welk station vertrekt David?
from which station does David leave?
31
waar gaat hij naartoe?
where is he going?
32
wat kost het kaartje?
what does the ticket cost?
33
is het enkeltje of een retourtje?
is it a single ticket or a return ticket?
34
David vertrekt van station Haarlem
David leaves from Haarlem station
35
Hij gaat naar Amsterdam CS
He is going to Amsterdam CS
36
het kaartje kost 8.50
the ticket costs 8.50
37
het is een retourtje
it's a return
38
u moet de trein tot Utrecht nemen
you must take the train to Utrecht
39
hoeveel strippen moet ik afstempelen
how many strips do I have to stamp
40
een enkeltje Alkmaar graag
a one-way ticket from Alkmaar
41
mag ik een enkele reis naar Alkmaar?
can I travel to Alkmaar for a single trip?
42
Een retourtje Groningen graag
A return trip from Groningen
43
Mag ik een retour naar Groningen?
Can I return to Groningen?
44
hoe laat is het?
what time is it?
45
het is tien voor een
it is ten for one
46
hoe laat vertrekt de trein?
what time does the train leave?
47
om vijf over acht
at five past eight
48
hoeveel zones moet ik afstempelen
how many zones do I have to stamp
49
dat hangt ervan af
it depends on
50
kwart voor zes
quarter to six
51
tien voor zes
ten for six
52
vijf voor zes
five for six
53
zes uur
six o'clock
54
vijf over zes
five past six
55
tien over zes
ten past six
56
kwart over zes
quarter past six
57
tien voor half zeven
ten to half before seven
58
vijf voor half zeven
five to half before seven
59
half zeven
half before seven
60
vijf over half zeven
five past half before seven
61
tien over half zeven
ten past half before seven
62
een uur's nachts
one o'clock at night
63
zes uur's morgens
six o'clock inn the morning
64
twaalf uur's middags
twelve noon
65
zeven uur's avonds
seven o'clock in the evening
66
ik moet de trein van vijf over tien nemen
I have to take the train from five to ten
67
om half negen ga ik naar mijn werk
I go to work at half past eight
68
Hoe laat vertrekt de volgende trein naar Den Haag HS (Holland Spoor)?
What time does the next train leave for The Hague HS (Holland Spoor)?
69
Hoe laat is de trein daar?
What time is the train there?
70
Ik moet om kwart over zes in Leiden zijn. Welke trein moet ik dan nemen?
I have to be in Leiden at a quarter past six. Which train should I take?
71
Hoe laat vertrekt de trein naar Voorschoten?
What time does the train leave for Voorschoten?
72
kunt u mij vertellen welke trein ik moet nemen naar Schiphol?
can you tell me which train to take to Schiphol?
73
gaat er een trein van Haarlem naar Schiphol?
is there a train from Haarlem to Schiphol?
74
van welk station in Amsterdam gaat er een trein naar Den Haag CS?
from which station in Amsterdam is a train going to The Hague Central Station?
75
Hoe laat vertrekt de volgende stoptrein van Leiden naar Den Haag CS?
What time does the next slow train depart from Leiden to The Hague Central Station?
76
De trein naar Den Haag HS vertrekt om 17.26
The train to The Hague HS leaves at 17.26
77
De trein is om 18.11 in Den Haag
The train is at 18.11 in The Hague
78
u moet de trein van 17.40 nemen
you must take the train from 17.40
79
De trein naar voorschoten vertrekt om 17.29
The train for aprons leaves at 17.29
80
nee,er gaat geen trein van Haarlem naar Schiphol
no, there is no train from Haarlem to Schiphol
81
van station Amsterdam RAI
from Amsterdam RAI station
82
de volgende stoptrein van Leiden naar den haag cs vertrekt om 18.02
the next slow train from Leiden to the hag cs leaves at 18.02