H5 - Bipolaire stoornissen

Question 1

hypervigiliteit

Answer 1

extreem vlug afgeleid, kleinste detail trekt zijn aandacht

Question 2

logorrhee

Answer 2

= spreekdwang

Question 3

racing thoughts

Answer 3

gedichtenvlucht of de subjectieve beleving dat de gedachten gejaagd zijn

Question 4

Hypomanie

Answer 4

= lichte manie (“hypo” betekent “minder”)

Question 5

gemengde episode

Answer 5

= episode waarin aan alle criteria van depressie én alle criteria van manie word voldaan binnen eenzelfde tijdsepisode
=> geschrapt in DSM V

Question 6

Cyclothymie

Answer 6

= landurig patroon van talrijke hypomanisch en depressieve episoden, die niet aan de volledige criteria van hypomanie of depressie voldoen
= bipolaire equivalent van dysthymie

Question 7

hyperthym temperament

Answer 7

= energiek temperament

Question 8

Rapid cycling

Answer 8

wanneer men 4 of meer stemmingswisselingen (episoden) heeft in één jaar

Question 9

Ultra-rapid cyclers

Answer 9

wanneer men 4 of meer stemmingswisselingen (episoden) heeft in één maand

Question 10

Ultradiane cyclers

Answer 10

wanneer men sterke stemmingswisselingen (episoden) heeft op eenzelfde dag

Question 11

posttraumatische stressstoornis

Answer 11

ook voorkomen van stemmingsschommelingen, maar hier hebben ze te maken met traumatische herinneringen

Question 12

Borderline persoonlijkheidsstoornis

Answer 12

uitgesproken stemmingsschommelingen zijn hier erg typisch voor
- patiënten kunnen zich soms erg depressief voelen op een interpersoonlijke stressfactor

Question 13

Postpartumpsychose (PPP)

Answer 13

ernstige psychische aandoening die kort na de bevalling ontstaat, met psychotische symptomen zoals wanen, hallucinaties en verwardheid.

Question 14

prevalentie

Answer 14

aantal gevallen van een aandoening in een bepaalde populatie op een bepaald moment.