HNH20306 - HC 6 Flashcards

1
Q

• Nature-nurture: bijdragen van genen en omgeving?
• Familie- en tweelingstudies:
- Welk percentage genen wordt gedeeld?
- Gedeelde omgevingsinvloeden (op)voeding, leefstijl, gezin.
- Unieke omgevingsinvloeden: ziektes, uniek eetgedrag (vegetarisch), vrienden, unieke ervaringen.
• Onderzoek naar invloed van genen en omgeving op lijngericht eetgedrag: … kan verklaard worden door erfelijke factoren. … werd verklaard door gedeelde omgevingsfactoren. … werd verklaard door unieke omgevingsfactoren. Gekeken naar gender en BMI (want vrouwen zijn meer bezig met lijngericht eetgedrag dan mannen, mensen met een hoger BMI zijn sterker lijngericht).

A

43%
0%
57%

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q
  • “Obesogene” omgeving: …

* Persoonskenmerken: …

A

beschikbaarheid voedsel, leefomgeving, sociale en culturele omgeving

type eetgedrag

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

Eetstijlen ter verklaring van overgewicht

A
  1. Emotioneel psychosomatisch
  2. Extern
  3. Lijngerichtheid
  4. Beloningsgevoeligheid (reward sensitivity)
  5. Impulsiviteit/impulscontrole
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

Emotioneel psychosomatisch:

  • Normale fysiologie: …
  • Emotionele eters: …
  • Mogelijke oorzaak: …
A

stress leidt tot verlies eetlust

geen onderscheid fysiologische, emotieprikkels en honger-prikkels. Vooral negatieve gevoelens leiden tot eten

als kind niet geleerd in te gaan op eigen impulsen/gevoelens

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

• Extern:

  • Extra gevoelig voor externe prikkels zoals …
  • Externe stimulus dominant over …
  • Resultaat van … als persoonlijkheidstrek.
  • Obesen zouden extra gevoelig zijn voor prikkels van buitenaf.
A

uiterlijk en geur van voedsel

het interne honger- of verzadigingsgevoel

externaliteit

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

Lijngerichtheid (bewust een laag of gezond gewicht nastreven):

  • Verklaring 1 (set-point theorie): …
  • Verklaring 2 (disinhibitie): …
A

bij verlaging gewicht door lijnen > rustmetabolisme omlaag > efficiëntere benutting voedsel

bij doorbreken lijngedrag counterregulatie (overeten)

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

Restraint (positief) versus disinhibitie (negatief):
• Dietary restraint: …
• Dietary disinhibition: …

A

bewuste beperking van hoeveelheden of soorten voedingsmiddelen met het doel om het gewicht te handhaven of gewicht te verliezen

neiging tot het overeten van bepaalde voedingsmiddelen vanwege de aantrekkelijkheid of als reactie op bepaalde stimuli (buffet, emotie, alcohol consumptie). Bij sterk extern en emotioneel eetgedrag.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
8
Q

Bij emotioneel psychosomatisch + externe eetstijlen = …

Bij lijngericht ‘restraint’ eetstijl = …

A

teveel eten de oorzaak van overgewicht

lijnen (restrictie) de oorzaak van overgewicht

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
9
Q

Lijngericht zijn leidt niet altijd tot overgewicht:
• Succesvol:
… en …
• Risico afhankelijk van balans tussen restraint en disinhibitie > gerelateerd aan o.a. beloningsgevoeligheid en impulsiviteit. Bijv. …
• Verandering in gewicht vrouwen: alle vrouwen kwamen aan gedurende de jaren, maar het was afhankelijk van de mate van disinhibitie en restraint hoeveel vrouwen aankwamen. De vrouwen die sterk …, kwamen het meeste aan. De vrouwen met een lage lijngerichtheid en een hoge disinhibitie, het allermeeste.

A
  • Bewust op gewicht blijven (restraint)
  • Geen disinhibitie

mensen kunnen eerst restraint zijn en veel afvallen, maar komen daarna twee keer zoveel aan door disinhibitie

disinhiberen

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
10
Q

Onderzoek naar psychosomatische theorie Schachter:
Resultaat:
• Normaal gewicht: meer crackers zonder preload en stress.
• Obese mannen: geen verschillen tussen condities.
- Geen … van preload.
- Maar: stressprikkel leidde …

A

remmende werking

niet tot meer consumptie

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
11
Q

Resultaten Van Strien:
• Gehele groep: wel of geen milkshake > …
• Bij emotionele eters: …
- Ontbreken …
- Disinhibitie? Vrouwen die aan het lijnen zijn denken dat het voor vandaag toch al mislukt is, dus dan eten ze na de milkshake nog meer.

A

geen effect op hoeveelheid koekjes

meer koekjes na milkshake

‘interoceptive awareness’ (interne verzadigingssignalen)

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
12
Q

Toename gewicht bij eerstejaars studenten: lijngedrag lijkt bepalender dan eetgedrag:
• Nauwelijks effect: restraint of emotioneel eetgedrag.
• Wel effect (meer toename), onafhankelijk:

Bijv. mensen die eerder al diëten hebben gevolgd in hun leven kwamen meer aan dan andere mensen.

A
  • Vaker lijnen en overeten in het verleden.
  • Huidig lijngedrag.
  • Groter gewichtsverlies verleden.
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
13
Q

De Nederlandse Vragenlijst voor Eetgedrag (NVE) bestaat uit 33 items:
• Onderzoekt de …
• NVE heeft verschillende schalen voor:
- Emotioneel/psychosomatisch eten.
- Extern eten.
- Lijngericht eten.
• Emotioneel eten heeft 2 subschalen: …
• Er zijn verschillende normgroepen (mannen, vrouwen, leeftijdscategorieën, studenten).

A

individuele structuur van het eetgedrag en de aard van het over-eetgedrag

eten bij duidelijke en onduidelijke emoties

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
14
Q

Beloningsgevoeligheid (‘reward sensitivity’) – 2 theorieën die tegenover elkaar staan:
• ‘Reward deficiency syndrome’: …
- Genetische of neuroimaging studies > …
• ‘Hypersensitive reward syndrome’: …
- Beloningsgevoeligheid positief geassocieerd met …

A

individuen met een ongevoelig beloningssysteem hebben meer stimulatie nodig om dezelfde mate van beloning te ervaren > leidt tot overeten van lekker calorierijk voedsel

associaties tussen vermindering dopamine functie in de ‘belonings’ gebieden in de hersenen bij obesen

individuen met een overgevoelig beloningssysteem ervaren een sterker beloningsgevoel van lekker calorierijk voedsel, wat hen motiveert daar meer van te eten

overeten, voorkeur voor suiker- en vetrijke producten en hoger BMI

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
15
Q

• Oorzaak van twee tegenstrijdige theorieën: mogelijk gerelateerd aan …
- Uit onderzoek gebleken: Hoe beloningsgevoelig mensen zijn, hoe hoger het BMI. Op het gegeven moment … Onder invloed van het ontstaan van overgewicht, ontstaan er bepaalde fysiologische veranderingen in het brein. De responsiviteit van bepaalde dingen in de hersenen, verandert van … naar …

A

verschillende subtypes van obesitas

draait de relatie om, hoe lager de beloningsgevoeligheid is, hoe hoger het BMI

overgevoelig naar ongevoelig

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
16
Q

Meten van (componenten) van beloningsgevoeligheid:
• Zelfrapportage-vragenlijsten
• Gedragsobservatie
• Experimentele taken/tests, bijv.
- Cue-related attention/motivation tests.
- Relative reinforcement value tests: …

A

vergelijken van de tijd/effort besteed aan ‘voedsel’ en andere (non-food) belonende opties. Bijv. kun je sneller klikken op plaatje van lekker eten dan op kantoorartikelen

17
Q

Impulsiviteit/impuls controle:
Tenminste twee verschillende aspecten:
• Disinhibitie: …
• Sterk beloningsgericht zijn (‘reward-based impulsivity’): …

A

verlaagde impuls controle > problemen met het stoppen van responses, terwijl dat in een gegeven situatie wel het beste zou zijn (‘kort lontje’)

neiging tot risicovol gedrag, fun/sensation-seeking, onmiddelijke bevrediging van wensen/behoeftes

18
Q

Meten van disinhibitie, 3 opties

A
  • Zelfrapportage-vragenlijsten
  • Gedragsobservatie
  • Response inhibitie taken, bijv. go-nogo taak
19
Q
Meten van Reward-based impulsivity:
•	Zelfrapportage-vragenlijsten
•	Gedragsobservatie
•	Impulsieve keuze test, bijv. ...
•	Uitkomsten van de studie: elke minuut die het kind de beloning uit kon stellen, voorspelde op volwassen leeftijd een reductie van ... in volwassen BMI.
A

uitgestelde beloning-taak (delayed gratification)

0.2

20
Q

Dilemma in onderzoek naar obesitas en gedrag: vnl. observationele studies, 2 dingen

A
  • Oorzaak-gevolg relatie zwak (daarvoor moet je mensen langer volgen)
  • Meten van gedrag onbetrouwbaar
21
Q
Conclusie over eetgedrag en overgewicht:
•	Verschillende typen eetgedrag en persoonskenmerken domineren: 
- Emotioneel/psychosomatisch
- Extern
- Lijngericht
- Beloningsgevoeligheid
- Impulsiviteit/impuls controle
•	Combinaties mogelijk (individuele profielen) waardoor ...
A

effect op eetgedrag en gewicht erg variabel is

22
Q

Therapie voor emotionele eters:
• Een hoge score op emotioneel eetgedrag kan wijzen op laag zelfbeeld.
• De therapie moet zich daarom richten op: emotioneel zelfbewustzijn, laag zelfbeeld, gevoelens van inadequaatheid en andere psychologische problemen i.p.v. de focus op gewicht.
- Groot aanbod van cognitieve gedragstherapie.
- Voor kinderen: bijv. Dikke Vrienden Club.

A
23
Q

Behandeling van externe eters: prikkels leren herkennen en negeren:
• … vaak voldoende.
• Welke … leiden tot eten?
• Gedragstherapie
• Situaties leren vermijden of op een andere manier oplossen.

A

Kennis over voeding

situaties

24
Q
Therapie voor lijners: onderscheid tussen typen:
•	Wel restraint, maar disinhibitie:
...
•	Wel restraint, geen disinhibitie:
...
A
  • Oorzaken van eetbuien achterhalen
  • Gedragstherapie
  • Mogelijk onvoldoende kennis (bijv. frisdrank, vetgehalte voedingsmiddelen, energiewaarde alcohol).
  • Caloriebeperking aanvullen met lichamelijke activiteit.
  • Dagmenu’s (Sonja Bakker) succesvol.
25
Q

Beïnvloeden beloningsgevoeligheid en impulsiviteit:
• Interessante toepassingen bekend in de verslavingszorg > recente implementatie + onderzoek in eetgedrag.
• Principe = …
Approach – Avoidance Taak (AAT).

A

verander ‘automatisch’ gedrag + train impulse controle (bij alcohol moet je de joystick wegduwen, dat leert mensen om alcohol te weigeren)

26
Q

Conclusie over effectiviteit diëten (RCT):
• Alle (isocalorische = gelijk qua kcal) diëten na 1 jaar …
• Drop-out rates hoog, … laag
• Bij goede ‘compliers’ effecten groter (logisch)

A

even (weinig) effectief

compliance

27
Q

Implicaties:
• Voor snelle gewichtsreductie: …
• Welk dieet geeft best blijvende gedragsverandering?
• Langere (> 1 jaar) studies nodig + studies met harde eindpunten om effect op morbiditeit en mortaliteit vast te stellen.

A

kies het dieet wat je motiveert

28
Q

CBO-richtlijn 2008:
• Behandeling van obesitas: …
• Gewichtsreductie (diëtist, gewichtsconsulent):
- 5-15% gewichtsverlies, 10% vermindering middelomtrek.
- 300-500 g/wk gewichtsverlies.
• Meer … (sport, fysio, speciale cursussen).
- Minimaal 1 uur matig intensief/dag.
• … ter ondersteuning van gedragsverandering (psycholoog, orthopedagoog).

A

gecombineerde leefstijlinterventies

lichamelijke activiteit

Psychologische interventies

29
Q

Bij niet-morbide obesitas: acceptatie?
• Past bij het idee dat lijnen oorzaak is van overgewicht.
• Behandeldoel: … (niet verder aankomen).
• Als iemand altijd al overgewicht heeft gehad: misschien beter accepteren dan steeds opnieuw op dieet gaan.
• Een meer accepterende houding cultureel en sociaal ondervangt veel …

A

gewichtsbehoud

psychologische problemen