HSO20306 - HC 5 Flashcards

1
Q

3 klimaatgerelateerde infectieziekten

A
  • Wateroverdraagbare infectieziekten, bijv. Legionella.
  • Voedseloverdraagbare infectieziekten, bijv. Salmonella.
  • Zoönosen (tussen gewervelde dieren en mensen overdraagbare infectieziekten), bijv. Q koorts.
  • Vector overdraagbare infectieziekten.
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

Vector-borne diseases = …

A
  • = ziekten bij de mens die worden veroorzaakt door parasieten, virussen en bacteriën die door vectoren worden overgedragen.
  • Zijn gevolg van infecties die op mensen en andere dieren worden overgedragen door bloedvoedende geleedpotigen, zoals muggen, teken en vlooien.
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

Vectoren = …

A

• Levende organismen die ziekten (pathogenen) overdragen.

  • Mens > mens. Dier > mens.
  • Vectoren ondervinden zelf geen/weinig hinder van de ziekte.

levende organismen die besmettelijke ziekteverwekkers kunnen overbrengen tussen mensen, of van dieren op mensen, die de ziekte dragen zonder het zelf te krijgen.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

Agent = …
Er zijn verschillende factoren die van invloed zijn of de vraag of blootstelling aan een organisme zal leiden tot ziekte, waaronder de … (het vermogen om ziekten te veroorzaken) en … Je hebt het over agents als men praat over … (virussen, pathogenen, microorganismen).

A
  • = infectieus micro-organisme of pathogeen.
  • Agent is nodig om de ziekte te krijgen, maar meer factoren spelen een rol.

pathogeniteit

de dosis van het organisme

overdraagbare ziekte

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

Host = …
Reservoir = …
Incidental host = …

A
  • = het levende wezen waarin de parasieten, virussen, bacteriën of andere ziekteverwekkende micro-organismen zich gewoonlijk bevinden.
  • Veel door vectoren overgedragen ziekten zijn zoönosen die worden veroorzaakt door pathogenen die niet-menselijke dieren als natuurlijke host hebben.
  • Een of meer epidemiologisch samenhangende populaties of omgevingen waarin de ziekteverwekker permanent kan worden gehandhaafd en van waaruit infectie wordt overgedragen naar de gedefinieerde doelpopulatie.

• Een poel waarin de ziekte kan circuleren/overleven en overdraagbaar is op bijv. de vector.

de ziekte is niet overdraagbaar van bijv. mens naar mug

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q
  • Interacties vector > … , … , …
  • Gedrag mens > … en …
  • Klimaatverandering > …
A

host, agent and environment

broedplaatsen en blootstelling aan vectoren. Bijv. waterpoeltjes achterlaten

(verschuiving) habitat van vectoren en/of host. Bijv. waterpoeltjes door meer regen.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

Verandering in temperatuur, neerslag en vochtigheid > …

Andere seizoenen, andere intensiteit van het doorgeven van ziektes, andere verdeling (over landen) > …

A

heeft invloed op hoe de vector zich gaat ontwikkelen en de ziekte in de vector, habitat, aantal vectors

leidt tot een hoger/lager risico

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
8
Q

Resultaten:
• … is een belangrijke (meest) genoemde factor in de literatuur. … zorgt voor een …
• … speelt ook een rol bij de ontwikkeling van pathogenen in vectoren.
• Noord-Europa wordt steeds geschikter voor vectoren om zich te vestigen door de … en …
• Spanje en Sardinië worden daarentegen minder geschikt door …

A

Temperatuur
Hogere temperatuur
snellere ontwikkeling van vectoren (bijv. larv tot mug)

Temperatuur

hogere temperaturen en meer neerslag tijdens de wintermaanden

droogte

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
9
Q

Expert opinion:
• Benadrukt voor de combinatie van … en …
• … e.d. (moderating influences) spelen een rol bij de verplaatsing van vectoren.
• Deze vectoren kunnen zich makkelijker vestigen.

A

Handel
klimaatverandering

‘moderating factors’

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
10
Q

Wat is er nodig voor een muggenziekte:
Pathogeen, … die pathogeen oppakt en doorgeeft, als dat vaak genoeg gebeurt kan je een uitbraak krijgen/ziektelast.

… , … , waar we lopen en zwemmen, heen gaan op vakantie, het weer spelen allemaal een rol.

A

vector

Ruimtelijke inrichting
handel

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
11
Q

4 overwegingen specifiek voor de stad

A
  1. Hitte-eiland effect: meer vraag naar water? (ook meer risico op muggen)
  2. Aanvoer nutriëntrijk water bij laagwater: afstemming met buitengebied? (invloed op leefomgeving van beestjes die muggen opeten of juist niet opeten).
  3. Meer groen en blauw in stad, bijv. voor klimaatadaptatie: invloed nieuwe omgevingswet?
  4. Broedplaatsen rondom huis: betrekken burger essentieel? (kleine poeltjes water rondom huis zijn een plek voor muggen om te gaan wonen, hoe betrek je de burger daarbij).
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
12
Q
Strategic and institutional uncertainty:
•	Stakeholders have different:
- Problem perceptions
- Priorities and preferences
- Possible actions
- Knowlegde
- Language > ambiguity
A

Doordat veel mensen wat te zeggen hebben, wordt het ingewikkeld om beleid te maken.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
13
Q

4 redenen van fragmentatie van probleem over domeinen

A
  • Probleemeigenaar: Wie is de probleemeigenaar: NVWA, GGD, VDG, het rijk, gemeenten, waterschap?
  • Bevoegdheden: Onder welke wetten valt het? (natuurbehoud?)
  • Kennis en kunde: De verantwoordelijkheid en expertise gescheiden voor inheemse muggen (wettelijk is de gemeente verantwoordelijk voor muggenbestrijding, maar weten er niks vanaf).
  • Stakeholders: Niet iedereen spreekt met elkaar, wat wel belangrijk is.
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
14
Q

4 redenen voor geen urgentie

A
  • Andere prioriteiten: Mensen hadden andere prioriteiten dan muggenziekten.
  • Geen (bekend mandaat): Gemeenten weten niet dat ze het recht hebben om wat tegen muggenziekten te doen en weten niet hoe.
  • Geen kennis: Mensen weten niet dat muggenziekten in Nederland een gezondheidsrisico zijn.
  • Lage impact en proportionaliteit: Als muggenziekte een kleine ziektelast hebben dan zijn maatregelen snel niet proportioneel (kan je een hele waterpoel dichtgooien voor zoiets kleins?).
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
15
Q

Gevoel van urgentie en gewicht in bevoegdheid/geld netwerk:
Gemeenten en waterschappen doen weinig met muggenbestrijding wat het lastig maakt voor integraal beleid. Dit komt door … (wat houdt het in) en … (wat voor invloed kunnen zij uitoefenen, wat voor gevolg heeft dat voor muggen).

A

complexiteit

onduidelijkheid

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
16
Q

3 limitaties van onderzoek

A
  • We hebben gesproken met individuen bij veelal grote instituten (klein beeld)
  • We hebben niet iedereen kunnen spreken
  • Niet iedereen maakte onderscheid tussen inheemse en exotische muggen duidelijk, daardoor kunnen dingen door elkaar lopen.
17
Q

Voorlopige resultaten dus:
• We kunnen … gemist hebben
• Niet iedereen sprak altijd voor/over …, daardoor kunnen code aantallen over bijv. urgentie nog veranderen.
• Netwerkanalyse kan nog …
• Netwerkanalyse … bijv. autoriteit met betrekking tot wat?

A

thema’s

zichzelf

worden aangevuld met resultaten document analyse

reduceert dimensies

18
Q

5 dingen waarin complexiteit van beleid rondom muggenpreventie zit

A
  • Groot netwerk met veel interconnecties
  • Fragmentatie van probleem over domeinen
  • Onbekendheid probleem en andere percepties
  • Onduidelijkheid handelingsperspectief
  • Geen gevoel van urgentie
19
Q

Welke adaptatiemaatregelen kun je nemen om de gezondheidsimpact van de eikenprocessierups te voorkomen of te verkleinen?

A
  1. EPR beheersing: ecologische interventies om EPR te beheersen (extremen voorkomen).
  2. Maatregelen gericht op burgers om gezondheidsimpact te voorkomen/te verkleinen.
20
Q

3 netwerken

A
  • Kennisplatform
  • Kenniscentrum, bijv. de WUR.
  • Regionale en lokale samenwerkingen, bijv. gemeente werkt samen met bestrijdingsdienst
21
Q
  • Technische uitdagingen: …
  • Organisatorische uitdagingen: …
  • Normatieve uitdagingen: …
A

wat wel en niet werkt om te bestrijden

alle partijen laten samenwerken

aan de ene kant is gezondheid het belangrijkste, aan de andere kant is duurzaamheid belangrijk (bomen bespuiten met pesticiden > andere vlinders gaan ook dood > slecht voor het ecosysteem)

22
Q

Conclusie:
• Nu …
• Toekomst …
+ samenwerking en gezamenlijk leren.

A

ecologische oplossingen

betrekken burgers

23
Q

Ruimtelijke inrichting van NL door VBDs:

Meer groen en blauw in de stad?
• Samenwerking ziektepreventie/bestrijding GGD en …
• … voorlichting en passend gedrag t.o.v. de risico’s.

A

waterbeheer (waterschappen, Rijkswaterstaat)

Bewustwording burger

24
Q

2 onderwerpen van normatieve uitdagingen + waarden die daarbij horen

A
  1. Health: human health and safety, resilient ecosystem.

2. Sustainability: quick-fix/short-term strategies, sustainable solutions.