Week 5 HC.2 Congenitale Afwijkingen Van De Tractus Urogenitalis Flashcards

1
Q

Pylorushypertrofie

A
  • geen gallig braksel
  • meestal pas na enkele weken & niet direct na de geboorte
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

Waar is de double bubble sign typerend voor?

A
  • duodenumatresie
  • malrotatie
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

Duodenumobstructie

A
  • gallig braken
  • complete atrosie, stenose, web (trechtervorm waar zeer weinig doorheen kan) of pancreas annulare (pancreas ligt om duodenum heen -> afknelling)
  • obstructie operatief opgeheven -> anastomose gemaakt tussen de 2 darmdelen
  • na operatie parenterale voeding (via infuus) 6 w
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

Jejunum/ileum atresie

A
  • behandeling: maken van anastomose tussen deverschillende delen van de dunne darm
  • verdere diagnostiek verricht naar cystic fibrosis (CF) -> 6-13%, bij CF ook risico meconiumileus -> colon spoelen
  • aanwezigheid darmlis
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

Anorectale malformatie

A
  • gallig braken & bolle buik typerend
  • verschillende vorming: geen uitmonding van de darm, uitmonding te ver naar ventraal (niet op locatie van de anorectale sfinters), darm aangesloten op vagina, urethra of blaas
    -behandeling: bij aanwezigheid fistel -> anusplastiek, geen fistel -> tijdelijk colostoma -> overbrugging naar operatie
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

Malrotatie (met of zonder volvulus)

A
  • duodenum loopt rechtdoor naar beneden ipv van achter de maag naar achteren
  • behandeling: spoedoperatie -> Ladd’s procedure -> derotatie van volvulus -> zo nodig resectie necrotische darmdelen
  • Laddse banden (houden duodenum in plaats) worden gekliefd, mesenterium verbreed, darmen in non-rotatie gelegd
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

Morbus Hirschsprung

A
  • distale deel van dikke darm heeft geen ganglioncellen in de plexussen -> dit deel kan niet relaxeren -> ontstaan functionele obstructie
  • behandeling acute fase: rectale spoeling
  • definitieve behandeling: resectie van aganglionaire deel -> laparoscopische pull-through -> leeftijd 2-3 maanden
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
8
Q

3 meest voorkomende congenitale urogenitale afwijkingen

A
  • UPJ-stenose (uretero pelvic junction)
  • vesico-ureterale reflux
  • obstructieve mega-ureter
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
9
Q

UPJ-stenose/UPJ-obstructie

A

Afvloedbelemmering op de overgang van het pyelum naar de ureter
- sprake van intrinsieke of extrinsieke stenose (overkruisende vaten die afvoer afknellen)

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
10
Q

Gevolgen UPJ-stenose

A

Urine niet goed naar beneden -> stapelt op in nier -> stase -> dilatatie pyelum en calyces
- stuwing -> parenchymschade & achteruitgang nierfunctie

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
11
Q

Symptomen UPJ-stenose

A
  • buikpijn
  • flankpijn
  • braken
  • misselijkheid
  • hematurie, nierstenen, UWI met koorts, nierfunctieverlies, hypertensie
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
12
Q

Diagnostiek UPJ-stenose

A

Echografie of nierscan (99mTc MAG3 scan) met furosemide (renogram)
- renogram: geeft indruk van relatieve functie en afvloed (goude standaard)

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
13
Q

Indicatie operatie UPJ-stenose

A
  • klachten (pijn, UWI)
  • hypertensie
  • nierstenen
  • pyelum dm > 40 mm
  • toename pyelum diameter
  • verminderde nierfunctie
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
14
Q

Behandeling UPJ-stenose

A

Pyelumplastiek
- deel van het pyelum & deel van proximale ureter weggehaald -> deze delen worden weer aan elkaar gehecht
- na operatie een nefrodrain zodat de hechtingen tijd hebben om te genezen

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
15
Q

Vesiculo-ureterale reflux

A

Insufficiënte ureter-blaas overgang
- ureter staat recht ipv schuin op de blaaswand -> wordt dus niet dichtgedrukt bij hoge druk in de blaas

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
16
Q

Klachten vesiculo-ureterale reflux

A
  • pyelonefritis & cystitis
  • bij ernstige vorm achteruitgang nierfunctie -> reflux nefropathie -> littekens in nierweefsel achtergebleven die op latere leeftijd tot problemen leiden zoals hypertensie
17
Q

Diagnostiek vesiculo-ureterale reflux

A

Mictiecystogram (MCU) via een blaaskatheter -> mate van reflux te zien
- blaas gevuld met contrasvloeistof -> via beeldvorming te volgen

DMSA-scan -> kijken naar functie en eventuele littekens van nierschade

18
Q

Operatie indicatie vesiculo-ureterale reflux

A
  • doorbraakinfecties
  • persisterende reflux
  • toenemende nierschade
19
Q

Behandeling vesiculo-ureterale reflux

A

endoscopisch door subostiale deflux-injectie
- kit wordt op deficiënte overgang gespoten -> weerstand voor reflux neemt toe

operatief met uterer-reïmplantatie
- buik geopend -> ostia en ureters vrijgeprepareerd -> ureter teruggeplaatst in een tunnel onder het slijmvlies -> door de schuinere ligging van de ureters worden deze dichtgeduwd bij aanspannen van blaas

20
Q

Obstructieve mega-ureter

A

Obstructie blaas -> dilatatie ureter -> mega-ureter
- pyelonefritis en later nierschade
- diagnose: echo & nucleaire nierscan
- behandeling: preventie UWI & aandacht voor optimalisatie van plas- en ontlastingspatroon

21
Q

Indicatie operatie obstructieve mega-ureter

A
  • doorbraak UWI’s
  • toename van echografische dilatatie
  • afname van nierfunctie
22
Q

Operatie obstructieve mega-ureter

A

Ureters gereïmplanteerd -> eventuele wijde wand van ureters wordt weggenomen (reven)

23
Q

Duplicatuur

A

Meer nierweefsel gevormd -> nier bestaat uit 2 delen -> met 2 ureters
- ureters lopen samen in 1 schede richting de blaas, waarbij de bovenpool ureter vaak het meest caudaal op de blaas uitkomt

24
Q

Ureterocele

A

Dilatatie in de blaas
- kan optreden bij stenose van de distale ureter in de blaas -> pyelonefritis & nierschade

25
Q

Behandeling van de ureterocele

A
  • puncties van ureterocele
  • excisie van ureterocele met dubbele reïmplantatie
26
Q

Duplicatuur ureter-ectopie

A

Ureter-ectopie: 1 van de ureters mondt van de duplicatuur uit op een andere structuur dan de blaas
- vb: ureter mondt uit in de vagina -> druppelincontinentie bij verder normaal plaspatroon
- diagnose via MRI of DMSA-scan
- behandeling: bovenpool resectie