H1.6: Schouderanatomie Flashcards

(34 cards)

1
Q

3 bewegingen schouder

A
  • ab/ad: frontale vlak, sagittale as
  • ante/retro: sagittale vlak, transversale as
  • exo/endo: transversale vlak, longitudinale as
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

art. acromioclaviculare

A

acromion - clavicula

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

schouderdak

A
  • acromion
  • proc. coracoideus
  • glenoid
  • clavicula
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

scapula anatomie uitzoeken eerste jaar

A
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

biceps: 2 origo’s

A
  • korte kop: proc. coracoideus
  • lange kop: loopt door het gewricht heen door de sulcus intertubercularis, onder het schouderdak door en hecht vast aan een kraakbeen ring rondom je glenoid
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

biceps insertie

A

radius

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

rondom je glenoid heb je een kraakbeenring zitten;

A

labrum glenoidale

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
8
Q

labrum glenoidale nadeel

A

geeft nog steeds niet zo heel veel stabiliteit

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
9
Q

peesschede lange kop biceps

A

tussen tuberculum major en minor

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
10
Q

lange kop vd biceps hecht aan

A

labrum glenoidale

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
11
Q

korte kop biceps hecht vast aan

A

proc. coracoideus

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
12
Q

romp - schouder

A
  • m. trapezius
  • m. serratus anterior
  • m. rhomboideus & levator scapulae
  • m. pectoralis minor (major gaat naar arm, minor naar schouder)
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
13
Q

schouder-arm

A
  • rotator cuff
  • ## m. deltoideus (acriomialis, clavicularis, spinalis)
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
14
Q

origo rotator cuff spieren (supra, infra en teres) en insertie

A

scapula
tuberculum majus

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
15
Q

m. subscapularis origo en insertie

A

scapula
tuberculum minus

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
16
Q

waarom is het een nadeel dat bijna alle stabiliteit komt van actieve?

A

je moet reageren en spieren aanspannen; afankelijk van je zenuwstelsel

17
Q

insertie m. deltoideus

A

tuberositas deltoidea van de humerus

18
Q

romp-arm

A
  • m. latissimus dorsi
  • m. pectoralis major
19
Q

volgorde plexus brachialis

A
  1. plexus brachialis
  2. radices
  3. trunci
  4. divisiones
  5. fasciculi
  6. nervi
20
Q

nervi arm

A
  • n. axillaris
  • n. musculocutaneus
  • n. radialis
  • n. medialis
  • n. ulnaris
21
Q

fasciculi

A
  • lateralis
  • medialis
  • posterior

tov a. axillaris

22
Q

fasciculi posterior splitst in

A

radialis
axillaris (blijft in oksel naar deltoideus)

23
Q

m. deltoideus innervatie

24
Q

radialis beloop

A

blijft dorsaal (dan een heel klein beetje ventraal en dan weer dorsaal)

25
triceps innervatie
radialis
26
musculocutaneus komt van
fasciculus lateralis
27
fasciculus lateralis beloop
geeft eerst takje musculo cutaneus af
28
musculocutaneus inntevatie
bovenarm: spier onderarm: huid
29
muculocutaneus beloop
ventraal: innerveert alle bovenarmspieren ventraal
30
n. medianus beloop
mediale zijde van biceps
31
n. medianus innerveert
gaat door pronator teres; innerveert spieren van duim wijs en middel
32
ulnaris beloop
tussen fossa ulnaris; mediaal en loopt naar pink en ring doet motorisch
33
als je radialis uitvalt kan je
je hand niet meer optillen (innerveert strekkers
34