H2.8: Gewrichtsbeschadiging bij inflammatoire aandoeningen Flashcards

(31 cards)

1
Q

als iemand ziek is, koorts heeft, hoog CRP

A

=> septische inflammatie

(ontsteking door bacterie)

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

reumatoide artritis

A
  • systemische, inflammatoire polyarthritis
  • overreactie afweer
  • chronisch
  • langdurige ochtendstijfheid, langer dan je bij artrose of ouderdom zou verwachten
  • verhoogde BSE
  • reumafactoren soms
  • auto-immuunproces met IgG
  • pannus
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

wat gebeurt er in een gewricht bij reumatoide artritis?

A
  • synovitis met verdikking
  • pannusvorming: granulaat wat op den duur het kraakbeen gaat vervangen
  • dunner kraakbeen

docu (synovitis)

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

door artrose en reuma kan je

A

botdestructie en ligament-destructie krijgen rond de gewrichten. de pannus groeit namelijk dan over het boot heen, zorgt daar voor irritatie, osteoporose, erosies

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

wat zie je dan als conclusie bij RA

A
  • osteoporose botuiteinden
  • cystevorming
  • ossale collaps
  • luxaties
  • fibrose, contracturen, verstijving
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

verschil tussen RA en artrose?

A

locatie vnmlk
docu (1 en 2 en 3)

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

artose

A
  • uiteinden vingers
  • mucoid cysten; zit echt vast tegen het gewricht
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
8
Q

RA

A
  • niveau proximaler bij vingers, dus bij basis, rond MCP en centraal in gewrichten, duimbasis
  • harde noduli (granulaatdepositietes) rond aangedane gewrichten LOS
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
9
Q

artrose meer last bij

A

activiteit

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
10
Q

RA meer last bij

A

inactiviteit

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
11
Q

proces andersom

A

RA: ontsteking => gewrichtschade
artrose: gewrichtschade => ontstekng

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
12
Q

welke kenmerken van slijtage op de foto?

A

gebruik docu hierbij (zowel bij reuma als artrose)
1. osteofyten
2. gewrichtsspleetversmalling, kraakbeen weg
3. subchondrale sclerosering
4. cystevorming, opheldering

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
13
Q

behandeling RA of artrose

A
  • artrodese: vastzetten
  • resectie
  • osteotomie: verandert krachtverdeling als tussenoplossing
  • prothese: als hele gewricht is aangedaan
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
14
Q

fusiforme zwelling

A

spoelvormig

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
15
Q

buigers sterker dan strekkers

A

en als alle pezen enzo weker worden door ontsteking, winnen de buigers, dus ulnair deviatie

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
16
Q

strekpezen kunnen de binnenbocht gaat nemen

17
Q

volaire plaat wordt zacht SWANNECK

A

hierdoor komt je PIP in hyperextensie, door trekkrachten van buigpezen wordt het in zo’n zwanenhals deformiteit getrokken

18
Q

boutonniere deformiteit duim: knoop maker vinger

A

hyperextensie DIP en flexie in PIP door zwakte centrale slip

19
Q

wat ook kan gebeuren,

A

ruptuur extensorpezen omdat het continu in irritatieweefsel hangen

20
Q

Swan-neck

A
  • hyperextensie PIP
  • flexie DIP

heeft te maken met volaire plaat

21
Q

boutonniere

A
  • flexie PIP
  • hyperextensie DIP

centrale slip die PIP moet strekken, is zo zwak geworden dat hij scheurt

22
Q

silverring splints

A

om deformiteit te corrigeren

23
Q

RA/artrose voetdeformiteit

A
  • platvoet (mediale gewelf)
  • bunion
  • hamertenen/klauwtenen
  • noduli

dit is allemaal redelijk aspecifiek dus niet per se diagnostisch

24
Q

KENMERKEND RA ipv artrose voet

A
  • subluxatie in de MCP’s
  • erosies (in het gewricht zelf weinig tekenen van artrose)
25
schoenaanpassingen
dmv zooltjes om druk te verplaatsen
26
operatieve behandeling
clayton procedure: alle kopjes eruit en je laat een paar weken draadjes zitten zodat alles fixeert in de juiste stand
27
valgusstand knie
binnenkant zachter en zwakker dan buitenkant. buitenkant draagt alle last
28
algemene behandeling conservatief
- medicatie - cortico spuiten - spalken - silverringsplinten - schoenaaassingen - fysio
29
typische andere locatie reuma
instabiliteit in C2 en C1 wervel (pin en draaier) let dus op bij intuberen!
30
artritis psoriatica
31