H2.1: Anatomie van onderarm, pols en hand Flashcards
(51 cards)
extensoren zitten aan de … zijde van de hand
dorsale
flexoren in de hand zitten aan de … zijde
plantaire/ventrale
welke pees is die ene in het midden
pees van de spier m. palmaris longues
waar wordt de pees van palmaris longues voor gebruikt?
kruisband reconstructie
hoeveel carpalia hebben we?
8
1/2/3/4/5
1 humerus
2 ulna radius
3 carpalia (zonder os pisiforme)
4 carpalia
5 metacarpalia
vingers
hoe heten die laterale uiteinden van radius en ulna?
proc. styloideus radii en ulnae
als er iets mis is in de hand/pols, doet het ook echt daar op die plek pijn
bij schouder is minder specifiek
carpalia ezelsbruggetje
some lovers try positions that they can’t handle
vanaf proximaal aan radius kant
carpalia namen
- os scaphoideum
- os lunatum
- os triquetrum
- os pisiforme
- os trapezium
- os trapezoideum
- os capitatum
- os hamatum
…. vormen het gewricht met je onderarm
scaphoid, lunatum en triquetum
meest distale gewricht onderarm
radio-ulnaire gewricht
olecranon zit vast aan
ulna
radius vormt bij de pols een gewricht met
- os. scaphoideum
- os lunatum
als je de radius over de ulna draait,
neem je de twee carpalia mee (die vormen gewricht met radius). dus de carpalia draaien over de kop van de ulna
wat zit er tussen ulna en os lunatum/os triquetum?
een extra kraakbenige structuur: gespecialiseerd gecondenseerd mesenchym (kussentje). dit is een fibrocartilogeen complex in driehoek vorm:
cartilago intermedia triangularis
4 groepen ligamenten in hand/onderarm/pols
1) onderarm-carpus
2) ligamenta intercarpea
3) ligamenta carpometacarpea
4) ligamenta metacarpea
geen ‘eigen’spieren voor de pols. behalve misschien
m. pronator quadratus
2 groepen spieren pols
- onderarm (maar wel werkzaam op pols en vingers)
1a. ventraal (flexoren)
1b. dorsaal (extensoren) - intrinsieke (korte) handspieren
ventrale flexoren groepen
- 2 groepen lange die doorgaan tot in het puntje van de vingers en zorgen voor de flexie van de vingers
- 2 groepen korte flexoren, aan radiaire kant en ulnaire kant, die zorgen voor de buiging van de pols en eindigen op de carpalia
per vinger heb je … flexoren
2: oppervlakkig en diep (pronfundus en superficialis)
origo flexoren
niet leren, maar voelen als je je onderarm vastpakt net onder je elleboog
ulnair/mediaal bij flexie. dus aan de mediale epicondyl
origo extensoren
niet leren, maar voelen
lateraal/radiaal bij extensie. dus aan de laterale epicondyl
insertie van flexoren en extensoren bestuderen