HC.10.5 - Monoamines en depressie Flashcards
(19 cards)
hoeveel mensen gebruik antidepressiva in NL?
1,1 miljoen gebruikers in 2016 en nu is het ongeveer 1/5 van de populatie
wat zijn de indicaties voor antidepressiva?
- ong 50% voor depressie
- rest voor angst of andere klachten
- 60-70% door HA (goede diagnose?), 30% psychiater door lange wachtlijst
- ernstige depressie vs milde depressie
- werkzaamheid: ong 55% placebo effect, ong 35 procent daadwerkelijke bijdrage aan werkzaamheid bovenop overige therapie moeilijk inschatbaar (<10%)
- therapietrouw: zeer laag vanwege bijwerkingen
Wat zijn monoamines?
Neurotransmitter met 1 amine-groep (NH) eraan.
Wat is de monoamine theorie?
Associaties tussen werking van farmaca die op NA (noradrenaline) en 5-HT (serotonine) werken en kenmerken van depressie.
- Reserpine (NA en 5-HT depletie) kan depressie veroorzaken
- 5-HT concentratie is verlaagd bij depressieve patiënten
- Polymorfisme in gen dat codeert voor 5-HT re-uptake eiwit associeert met depressie
- Intussen genuanceerd
wat is een grote overeenkomst tussen NA en 5-HT?
Er is een grote overeenkomst tussen de projectie van adrenerge en serotonerge banen. Dit sluit aan bij de theorie dat noradrenaline en 5-HT bijdragen aan een depressie. Bij mensen met depressie en angststoornis wordt er gedacht dat de amygdala niet meer goed geremd kan worden door de prefrontale cortex. Dit zou dan komen doordat de zenuwbaan niet voldoende 5-HT of NA zal overbrengen. Er zijn nog wel meerdere gebieden betrokken bij een depressie of angststoornis.
welk gevoel wekt dopamine op?
beloning
Welke drugs hebben effect op het dopamine?
Cocaïne (snel verhogend effect, dit omdat je het snuift), methylfenidaat (ritalin). Methylfenidaat geeft geen beloningseffect omdat het niet zorgt voor een snelle verhoging.
Wat zijn de belangrijkste drugtargets voor depressie op basis van de betrokkenheid van serotonine?
Belangrijkste drug targets:
1. Reuptake pomp
2. Afbraak monoamines door enzymen (monoamine-oxidase breekt serotonine af in de cel, ook adrenaline en dopamine wordt hierdoor afgebroken)
3. Postsynaptisch receptoren stimuleren óf remmen
4. Presynaptisch receptoren die 5-HT én NA afgifte remmen/inhiberen (bijv. adrenerge alfa-2-receptor en 5-HT1B/D receptor)
Hierdoor komt er meer serotonine in de synapspleet waardoor de serotonine receptoren harder worden gestimuleerd en een antidepressieve werking hebben. Hetzelfde geldt voor noradrenaline.
Wat zijn de kenmerken van noradrenaline?
- synthese: uit tyrosine
- receptortypen: alfa en bèta
o Alfa-2 is een negatieve terugkoppeling receptor, Alfa-1 is een receptor die bijdraagt aan de gemoedstoestand. - verwijdering uit synapsspleet door re-uptake, afbraak (MAO-A en COMT) en receptorbinding.
Welke farmacologische interventies zijn gericht op noradrenaline?
- receptor (ant)agonisten
- re-uptake blokkers
o Cocaïne zorgt naast voor dopamine verhoging ook voor adrenerge werking. Op deze manier zou het acuut depressieve klachten kunnen verbeteren. Cocaïne wordt in de praktijk niet gebruikt omdat het alleen pieken geeft, het heel verslavend is en vanwege de bijwerkingen. - MAO-A remmers
- depletie NA-bevattende granules: reserpine zorgt voor het weghalen van adrenaline uit de zenuwuiteinden –> zorgt juist voor depressie.
Wat zijn de kenmerken van serotonine?
- synthese: uit tryptofaan
- afbraak door MAO-A
- receptortypen: 5-HT1 t/m 5-HT7 (en verdere onderverdeling in a, b, …): niemand weet precies hoe deze receptoren inwerken op depressie.
Welke farmacologische interventies zijn gericht op serotonine?
- 5-HT1a receptor agonisten (anxiolytica): werken tegen angst
- 5-HT2 receptor antagonisten (antipsychotica, antihypertensiva)
- 5-HT3 receptor antagonisten (anti-braakmiddelen)
- MAO-A remmers (antidepressiva)
- re-uptake blokkers (antidepressiva): dit zijn de SSRI’s
welke soorten antidepressieva hebben we?
- klassieke (tricyclische) antidepressiva (TCAs)
- selectieve serotonine re-uptake inhibitors
- serotonine-noradrenaline re-uptake inhibitors (SNRI’s)
- (presynaptische) alfa2 receptor antagonisten
- MAO-A remmers
- overige antidepressiva
waar is de volgorde van de antidipressiva op gebaseerd?
SSRI en SNRI hebben minste bijwerkingen daarna komen klassieke en MAO-A remmers. MAO is vooral probleem door tyramine houdend eten (kaas, rode wijn) want dan krijg je hele hoge BD
wat is het werkingsmechanisme van anti-depressiva?
- blokkade van re-uptake, presynaptische receptoren of afbraak treedt ACUUT op
- gevolg: mono-amine conc. stijgen direct
- echter: antidepressieve effect is pas na 4 weken zichtbaar
hoe kan het dat het pas na 4 weken merkbaar is?
- geen serotonine tekort maar verstoorde balans: betere overdracht van signalen door verlaging van postsynaptische noradrenerge en serotonerge receptoren, en mogelijk ook presynaptische serotonerge receptoren
- andere rol 5-HT: indirect i.p.v. direct bij klachten van depressiviteit betrokken.
- SSRIs induceren neurogenese in hippocampus en in prefrontale cortex
- 5 HT helpt mee om positief te leren reageren op stress: brain-derived neurotrofic factor omhoog (BDNF, leerproces + lange termijn gedrag)
wat is de mening over stoppen of doorgaan met anti-depressiva?
- geen eenduidige mening over
- 40% van de patiënten met een ernstige depressie wordt binnen een jaar na stoppen weer depressief, t.o.v. 20% bij diegenen die doorslikken
- denk bij stoppen aan langzaam afbouwen of niet (onttrekkingsverschijnselen: waarom?). er zijn geen voordelen aantoonbaar van langzaam afbouwen op populatieniveau
wat is een nieuwe strategie om depressie te bestrijden?
- ketamine dit wordt bij suïcide gebruikt.
- je kan inflammatie ook remmen dit geeft ook depressieve klachten
- neurovaculaire dysfunctie dus je wil doorbloeding verbeteren in de hersenen want dit heeft ook associatie
- magnetische stimulatie maar dit is vooral bij amerika gedaan
Wat is de glutamaat (non-monoamine) theorie?
- Glutamaat is een NMDA receptor antagonist, ketamine werkt acuut anti-suicidaal
- Glutamaat in bloed hoger bij depressie
- Verstoorde glutamaat metabolisme in cortex in depressiemodellen
- Antidepressiva verlagen glutamaat