HC15.1: Parasitaire worminfecties Flashcards

(23 cards)

1
Q

Parasitaire wormen zijn helminthen

A
  • Rondwormen (nematodes)
  • Platwormen (platyhelminthes): lintwormen (cestode) en zuigwormen (trematoda)
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

Epidemiologie

A
  • Parasitaire wormen komen vaak voor onder bevolking
  • 1/3 intestinale rondwormen
  • Hoge prevalentie vooral in Afrika, Zuid-Amerika en Aziatische landen, omdat specifieke ontwikkelingscyclus en wijze van transmissie
  • Neglected tropical diseases
  • Mortaliteit laag, morbiditeit hoog
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

Enterobius vermicularis (aarsmade)

A
  • In NL
  • 1cm lang
  • Geïnfecteerde eitjes parasiet komen oraal binnen
  • In darmen komt parasiet uit eitjes en bevruchting
  • Vrouwelijke aarsmade via anus naar buiten en nieuwe eitjes op perianale huid leggen
  • Witte wormpjes in ontlasting en perianale jeuk
  • Door jeuk krabben, eitjes op hand, orale inname
  • Kinderen, slechte handhygiëne
  • Aarsmade geen complicatie, want migratie door weefsels
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

Diagnostiek enterobius vermicularis (aarsmade)

A
  • Determinatie wormen in ontlasting
  • Plakbandpreparaat, microscopisch
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

Behandeling enterobius vermicularis (aarsmade)

A
  • Mebendazol 100 mg eenmalig, herhaling na 14 dagen
  • Herhaling nodig, omdat de larvale stadia niet goed reageren op het middel
  • Geen resistentie
  • Recidief door herinfectie
  • Gezinsleden meebehandelen
  • Niet tijdens zwangerschap
  • Drogist, geen recept nodig
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

Ascaris lumbricoides (spoelworm)

A
  • Grote spoelworm
  • In feces, eerst ontwikkelen
  • Eitjes in ontlasting via orale route in lichaam
  • In darm treedt larve uit ei en penetreert mucosa
  • Migreert naar bloedvaten en loopt vast in capillairen van alveoli
  • Penetreert long in en opgehoest om daarna weer doorgeslikt te worden
  • In darm groeit het uit tot volwassen larve en seksuele voortplanting
  • Nieuwe eitjes gevormd die weer via feces verspreid kunnen worden
  • Totale cyclus duurt ongeveer 60 dagen
  • Transmissie via feco-oraal
  • Afhankelijk van hygiëne en sanitatie
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

Symptomen ascaris lumbricoides (spoelworm)

A
  • Tijdens migratiefase kan Löffler syndroom ontstaan: koorts, hoesten, eosinofilie, pulmonair infiltraat
  • Als de worm volwassen is, lengte van 15-20 cm
  • Bij een kleine hoeveelheid wormen ontstaan geen symptomen
  • Meer wormen in dar, klachten zoals buikpijn, obstructie, ondervoeding (20 wormen consumeren 4 gram eiwit per dag)
  • Wormen zijn groot en krachtig en kunnen daarmee gangen afsluiten zoals galgang
  • Verhoogde IgE waarden en eosinofilie
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
8
Q

Diagnostiek en behandeling ascaris lumbricoides (spoelworm)

A
  • Diagnostiek: microscopisch bekijken en wormeieren in feces of determinatie van volwassen wormen in feces
  • Behandeling: eenmalige dosis van 400 mg albendazol
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
9
Q

Strongyloides stercoralis

A
  • Larve die op een vochtige ondergrond zit en via huid lichaam binnenkomt
  • Penetreert het weefsels en komt het in bloedvaten
  • Dezelfde route als ascaris lumbricoides (spoelworm) waarbij via longen, capillairen, ophoesten, doorslikken in maag/darmen terechtkomt
  • Larve -> volwassen worm, seksuele bevruchting
  • Nieuwe larven zijn terug te vinden in ontlasting en kunnen door penetratie op perianale huid weer opnieuw lichaam in (auto-infectie)
  • Eigenschap om binnen dezelfde infectie de gastheer vaker te infecteren
  • Vrij in natuur reproduceren waardoor kans op besmetting blijft bestaan
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
10
Q

Symptomen strongyloides stercoralis

A
  • Verspreidingsgebied is vochtige gebieden
  • Infectieduur: jaren-decennia, omdat ze continu kunnen voortplanten en herinfecteren
  • Diarree, buikpijn, Löffner syndroom, pneumonie, koorts, jeuk
  • Asymptomatisch beloop bij immuun competente patiënten
  • Bij immuun gecompromitteerd kan er verspreiding plaatsvinden naar alle organen waaronder CZS, abcessen, ernstig beloop met hyperinfectie of dood
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
11
Q

Diagnostiek strongyloides stercoralis

A
  • Eosinofilie
  • Larven in feces kijken
  • Serologie naar specifieke antilichamen kijken
  • Bij disseminatie kan ook een BAL of liquor test gedaan worden
  • Larven hebben prepatente periode van een maand, waardoor ze pas daarna aantoonbaar zijn in feces
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
12
Q

Behandeling strongyloides stercoralis

A
  • Oraal ivermectine (0.2 mg/kg/dag)
  • Duur is afhankelijk van immuun status
  • Bij transplantatie patiënten, hoge dosis immunosuppressiva of hematologische patiënten screenen op strongyloidiasis
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
13
Q

Afweer tegen invasieve wormen

A
  • Th2 cellen die worden geactiveerd door presentatie antigeen via APC
  • Th2 cel gaat cytokinen IL4, IL5, IL13 produceren
  • IL4 activeert B-cellen om IgG1, IgG4 en IgE te maken, IgE bindt aan mestcellen, als antigeen ook bindt wordt mestcel geactiveerd en degranuleert, histamine komt vrij
  • IL4 en IL13 zorgen voor verhoogde secretie mucus in darm
  • IL5 activeert eosinofiele granulocyten
  • IL4 en IL13 zorgen voor activatie alternatieve macrofagen
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
14
Q

Schistosomiasis

A
  • Door Schistosoma species
  • Importziekte
  • Komt endemisch in tropische gebieden voor
  • 200 miljoen mensen geïnfecteerd
  • Meest geïnfecteerde zijn asymptomatisch, maar 10% ernstig ziek
  • Verschillende soorten waarvan de volgende de mens infecteren: S. mansoni, S. japonicum, S. mekongi, S. intercalatum en S. haematobium
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
15
Q

Ontwikkelingscyclus schistosomiasis

A
  • Via urine of feces van geïnfecteerde persoon
  • Scheiden eieren uit in zoet oppervlaktewater
  • Eieren zwellen op, barsten open, worm naar buiten
  • Cilia waarmee kan bewegen in water en op zoek naar tussengastheer de zoetwaterslak
  • Na 4 weken scheidt slak verder ontwikkelde worm uit (cercariën) die op zoek gaat naar eindgastheer, mens
  • Larve kan intacte huid penetreren
  • In lichaam vindt penetratie door weefsels, transport via bloedvaten naar longen en uiteindelijk seksuele voortplanting in lever plaats
  • Naar portale stelsel van darmen of naar blaas
  • S. mansoni gaat naar venen van darm waardoor eieren door de vaat- en darmwand gaan
  • S. haematobium gaat naar venen rondom blaas waardoor eieren door vaat- en blaaswand gaan
  • Via zuignappen kunnen ze zich door bloedvatenstelsel verplaatsen
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
16
Q

Klachten schistosomiasis

A
  • Niet door wormen in bloedvaten, maar door uitgescheiden eieren die zorgen voor ontsteking en falen lever
  • Volwassen wormen in bloedvaten zorgen niet voor klachten of afweerrespons waardoor ze jaren kunnen overleven
  • Beschikken dus over unieke eigenschappen die het afweersysteem kunnen manipuleren
  • Afweer wordt eerst gewoon aangezet via Th1 cellen en daarna Th2
  • Th2 respons wordt na enkele weken geremd door Treg cellen
17
Q

Vier stadia schistosomiasis

A
  • Invasiestadium
  • Katayama syndroom (acute schistosomiasis)
  • Gevestigde infectie
  • Chronische schistosomiasis
18
Q

Invasiestadium

A
  • Penetratie van cercariën door huid
  • Veroorzaakt cercariën dermatitis
  • Kliniek: jeuk, papillaire uitslag, duurt 2-3 dagen
  • Preventief: niet zwemmen, goed afdrogen, eventueel water chloreren, joderen of verhitten
  • Therapie: antihistaminica, anti-pruritus middelen
19
Q

Katayama syndroom (acute schistosomiasis)

A
  • Migratie door weefsels
  • Klachten ongeveer 2 weken na infectie en duren 6-8 weken
  • Kliniek: koorts, oedeem, urticaria, eosinofilie, lethargie, spier-hoofd-gewrichtspijn, hoesten, diarree
  • Vooral bij niet-immune personen met eerste zware infectie
  • Diagnostiek: serologisch onderzoek
20
Q

Gevestigde infectie

A
  • Productie eieren op gang
  • S. mansoni (mesenteriale vaten): eieren zijn op weg naar buiten via colon en rectum, achterblijvende eieren geven ulceraties waardoor buikpijn en dysenterie, maar ook diarree/bloed bij ontlasting en vermoeidheid
  • S. haematobium (plexus blaas): eieren door naar blaaswand, veroorzaakt kleine laesies waardoor hematurie en zware infecties waardoor pijnlijk urineren
  • Diagnostiek: onderzoek van urine/feces onder microscoop of PCR, serologisch of urine antigeentest
21
Q

Chronische schistosomiasis

A
  • 50% van eieren blijft achter en geeft klachten
  • S. mansoni: portale hypertensie, hepatosplenomegalie, leverfibrose, ascites, decompensatie en pseudo-polyposis
  • S. haematobium: pseudopapillomas, tuberkels, obstructie ureter, slechte blaasfunctie, hydronephrosis, nierfunctiestoornissen, uremie, blaascarcinoom
  • Vergroting lever en milt met fibrosering en uiteindelijk leverfalen
22
Q

Advies schistosomiasis

A
  • Iedereen behandelen
  • Eenmalige dosering 40-60 mg/kg praziquantel
  • Alleen effectief tegen volwassen wormen, dus ongeveer 8 weken na infectie
23
Q

Hygiëne hypothese

A
  • Allergische reacties en worminfecties lokken dezelfde lichamelijke responsen uit, maar niet tegelijk voor
  • Allergieën goed hygiëne en riolering
  • Worminfecties niet
  • Verklaring: beïnvloeding van worminfectie met chronische onderdrukking Th2 cellen door Treg-cellen, minder snel allergische reactie
  • Afwezigheid worminfecties zorgt dus voor verhoogde gevoeligheid voor ontwikkelen allergische ziekten, komt doordat worminfecties de activatie en ontwikkeling immuunsysteem onderdrukken
  • Gebrek aan expositie aan infectieuze agentia verstoort de juiste inductie van immuuntolerantie