week 2 Epileptische aanvallen Flashcards

(6 cards)

1
Q

wat is de defenitie van een epileptische aanval?

A

het tijdelijk optreden van symptomen door synchrone of abnormale excesssieve neurale activiteit in de hersenen.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

wanneer is de diagnose epilepsie te stellen?

A
  • twee of meer niet geprovoceerde epileptische aanvallen met een interval van > 24 uur.
  • een niet geprovoceerde epileptische aanval met een hoog herhalingsrisico (>60% in 10 jaar)
  • er is een epilepsiesyndroom
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

wat zijn typische verschijnselen voor een epileptische aanval?

A
  • een aura
  • > 20 schokken in meerdere minuten
  • een hoofddraai
  • postictale klachten
  • verstijving
  • een laterale tongbeet
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

wat is een koortsstuip?

A

dit kan het beeld van epilepsie geven, maar het is geen epilepsie.

kinderen: 6 mnd - 6 jaar
koorts > 38 graden

noodmedicatie: diazepam rectaal of midazolam neusspray

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

Wat is een status epilepticus?

A

iemand blijft dan in een epileptische aanval gangen waarbij de ademhaling is verstoord.

iemand kan hypoxisch worden, aspireren en zuur worden.

daarnaast kan er SUDEP (Sudden Unexpected Death in Epilepsy) optreden.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

wat is de diagnostiek van epilepsie

A

EEG:
- helpt bij classificeeren van epilepsie syndroom
- bepalen of een aanval epileptisch is (indien de EEG tijdens een aanval is
- bepalen herhalingsrisico.

MRI

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly