H7 Flashcards

1
Q

Wateropname is afhankelijk van?

A

Afhankelijk van de diersoort en omstandigheden

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

Wat zijn de belangrijke functies van water?

A

1) Osmotisch evenwicht in cellen handhaven
2) Bloedvolume op peil houden
3) Transportmiddel, bv speeksel vervoert voeding door het spijsverteringskanaal
4) Temperatuur regulatie
5) Nodig voor: urine, speeksel, maagsap, melk lacatie, hersenvloeistof, gewrichtsvloeistof
6) Noodzakelijk voro enzym activiteit etc

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

Wat is de volgorde van uitdroging?

A
  1. Dorsten
  2. Uitdroging
  3. Mogelijke dood
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

Hoe bemerk je de signalen en gevaren bij uitdroging?

A

Problemen ontstaan bij 2% vochtverlies van het lichaamsgewicht ( LG)
- Controle via :
o mondslijmvlies ( plakkerigheid)
o turgor ( huidploot test)
- 12% lichaamsgewicht is levensbedreigend

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

Wat zijn de gradaties van uitdroging?

A
  • Plakkerig mondslijmvlies
    o Dier is minimaal 2% van LG aan vocht kwijt
    o Vb hond weegt 20 kg, weegt nog 19.6 kg = 400 ml vochtverlies
  • Huidplooi verstrijkt langzamer dan normaal
    o Dier is minimaal 5% van LG aan vocht kwijt
    o Vb hond, 20 kg, weegt nog 19 kg
    o Dier is minimaal 1 liter aan vocht kwijt
  • Huidplooi verstrijkt niet meer
    o Dier is 10% van LG aan vocht kwijt
    o Dier weegt 20kg, nu nog 18kg
    o Er is 2 liter vochttekort
  • Ernstige uitdroging
    o Bij 12% van lg aan vocht, kans op overlijden
    Behandeling noodzakelijk, dmv:
  • Toediening vocht via
    o Subcutaan infuus ( onder de huid)
    o Intraveneus infuus ( rechtstreeks in de ader)
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

Wateropname kan op 2 manieren:

A

Exogeen, van buitenaf, dmv drinken of via voeding
Endogeen, inwendig, dmv metabool water. Dit komt vrij bij de verbranding van nutrienten zoals bv vetten en koolhydraten

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

Waterverlies kan via:

A
  • Urine
  • Ontlasting
  • Zweet
  • Verdamping ( ademhaling)
  • Melk ( lacterende dieren)
  • Speeksel
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
8
Q

Hoe gaat de werking van de nieren ( renale secretie)

A
  • Water wordt teruggehaald
    o Essentieel voor het behouden van de vochtbalans
  • Afvalstoffen worden uitgescheiden
    o Via urine: o.a. ureum, creatinine, gifstoffen
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
9
Q

Waarom drinken dieren?

A
  • Dieren drinken om verlies aan te vullen, niet andersom, compensatie pas als er verlies is.
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
10
Q

Benoem de aandachtspunten wateropname

A
  1. Drinken niet beperken, is niet goed voor het dier
  2. Schoon water, niet te koud
  3. Het is belangrijk om te weten hoeveel het dier drinkt, bij twijfel laten meten
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
11
Q

Wat is psychogeen drinken

A
  • Overmatig drinken door psychische oorzaak, zoals verveling, stress, gedragsprobleem
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
12
Q

Waar is de waterbehoefte van afhankelijk?

A
  1. Vocht en zout gehalte in het voer
  2. Omgevingstemperatuur
  3. Relatieve luchtvochtigheid
  4. Inspanning
  5. Fysiologische toestand ( dracht, lactatie, ziekte)
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
13
Q

Wat is PU

A

Polyurie -> veel plassen

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
14
Q

Wat is PD

A

Polydipsie -> veel drinken

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
15
Q

PU en PD komt veel voor bij?

A
  • Suikerziekte
  • Cushing
  • Nier problemen
  • Leverproblemen
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
16
Q

Wat zegt het soortelijk gewicht van urine?

A

Geeft info over het concentrerend vermogen van de nieren.

17
Q

De normaalwaarden van urine zijn?

A

De normaalwaarden van urine zijn 1.015-1.045 Soortelijk gewicht van water is 1.000

18
Q

Betekenis afwijkingen in het SG ( soortelijk gewicht)

A
  • Verlaagd sg kan wijzen op nierproblemen ( te waterige urine)
  • Verhoogd SG komt voor
    o bij suikerziekte ( glucose in urine verhoogt SG)
    o Blaasgruis, opgeloste stoffen verhogen SG
19
Q

Wat is de turgor

A

Dit meet de elasticiteit van de huid- maat voor hydratatie en doorbloeding. Testlocaties zijn: ribwand, hals ( vlakte) en hand ( mens)