HC 2 --> ALLEEN DE THEORIEËN Flashcards
(25 cards)
Erikson’s Psychosociale Ontwikkelingstheorie
0-1 (babytijd)
vertrouwen vs wantrouwen –> hoop
Erikson’s Psychosociale Ontwikkelingstheorie
1-3 (vroege kindertijd)
autonomie vs schaamte –> wil
Erikson’s Psychosociale Ontwikkelingstheorie
3-6 (speeltijd)
initiatief vs schuld –> doel
Erikson’s Psychosociale Ontwikkelingstheorie
6-12 (schoolleeftijd)
vlijt vs minderwaardigheid –> competentie
Erikson’s Psychosociale Ontwikkelingstheorie
12-20 (adolescentie)
identiteit vs rolverwarring –> trouw
Erikson’s Psychosociale Ontwikkelingstheorie
20-40 (vroege volwassenheid)
intimiteit vs isolatie –> liefde
Erikson’s Psychosociale Ontwikkelingstheorie
40-65 (middelbare volwassenheid)
generativiteit vs stagnatie –> zorg
Erikson’s Psychosociale Ontwikkelingstheorie
65+ (late volwassenheid)
integriteit vs wanhoop –> wijsheid
Bronfenbrenner: ecologisch model
Microsysteem
directe omgeving
- Ouders, school, vriendjes
Bronfenbrenner: ecologisch model
Mesosysteem
relatie tussen micro-systemen
- Leraar praat met ouder
Bronfenbrenner: ecologisch model
Exosysteem
indirecte omgeving
- Werkuren van ouders
Bronfenbrenner: ecologisch model
Macrosysteem
bredere culturele context
- Opvoedingswaarden, wetten
Bronfenbrenner: ecologisch model
Chronosysteem
tijd-dimensie
- Verhuizing, maatschappelijke trends
Piaget: Fasen van ontwikkeling
sensomotorische fase
- (0-2)
- sensorische en motorische vaardigheden
Piaget: Fasen van ontwikkeling
pre-operationele fase
- (2-7)
- taal en mentale representaties
- egocentrisme
Piaget: Fasen van ontwikkeling
concreet operationele fase
- (7-12)
- logisch redeneren en categoriseren
- conservatie van getallen en massa
Piaget: Fasen van ontwikkeling
formeel operationele fase
- (12+)
- wetenschappelijk redeneren en hypothesen toetsen
Freud
Id
= instinct
Freud
ego
= rationeel, bemiddelaar
Freud
superego
= innerlijke normen
De psychoseksuele theorie van Freud
Orale fase
- (geboorte-1 jaar)
- Libido is gericht op de mond als bron van plezier. Het verkrijgen van orale bevrediging van een moederfiguur is cruciaal voor de latere ontwikkeling.
Erikson = vertrouwen vs. wantrouwen
De psychoseksuele theorie van Freud
Anale fase
Het libido is gericht op de anus en zindelijkheidstraining creëert conflicten tussen de biologische driften van het kind en de eisen van de maatschappij.
Erikson = Autonomie vs. schaamte
De psychoseksuele theorie van Freud
Phallic fase
Libido concentreert zich op de genitaliën. Oplossing van het Oedipus- of Elektracomplex, waarbij het verlangen naar de ouder van het andere geslacht, resulteert in identificatie met de ouder van hetzelfde ouder en de ontwikkeling van de superego.
Erikson = initiatief vs schuld
De psychoseksuele theorie van Freud
Latente fase
Het libido is rustig; psychische energie wordt geïnvesteerd in schoolwerk en spelen met vrienden van hetzelfde geslacht.
Erikson = vlijt vs minderwaardigheid