Week 10 Flashcards

(109 cards)

1
Q

het was heel raar

A

c’était chelou

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

vreemd (adj)

A

chelou

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

loodrecht

A

perpendiculair(e)

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

opbouwen

A

bâtir

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

officieel openen (van een middelbare school)

A

inaugurer (un lycée)

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

de populier

A

le peuplier

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

waakzaam (adj)

A

vigilant(e)

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
8
Q

het mechanisme/ de inrichting

A

le dispositif

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
9
Q

strijden (tegen)/ worstelen

A

lutter (contre)

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
10
Q

de verklikking

A

la délation

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
11
Q

(zijn buurman) aangeven

A

dénoncer (son voisin)

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
12
Q

getintel in zijn benen voelen / slapende benen hebben

A

avoir des fourmis dans les jambes

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
13
Q

kooplustig/verkwistend zijn

A

être dépensier/cigale

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
14
Q

gierig zijn

A

être économise/fourmi

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
15
Q

uitlenen

A

prêter

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
16
Q

lenen (van iemand)

A

emprunter

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
17
Q

een veiling

A

une vente aux enchères

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
18
Q

een fooi

A

un pourboire

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
19
Q

de gewoonte

A

la coutume

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
20
Q

contant betalen

A

payer en espèces

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
21
Q

Big spender

A

madame/monsieur le dépensier

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
22
Q

is dat de gewoonte bij jullie?

A

est-ce la coutume chez vous?

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
23
Q

onzinnige/dwaze dingen zeggen

A

dire des inepties

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
24
Q

kinderachtig

A

puérile

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
25
een levensvatbaar project/kind
un projet/enfant viable
26
afbreken
démolir
27
de rijweg/wegdek
une chaussée
28
(huis) inrichten/meubileren/indelen
aménager
29
herstellen/vaststellen
rétablir
30
zijn werktijden beter indelen
aménager ses horaires de travail
31
de agglomeratie, stedengroep, bebouwdekom
l'agglomération
32
een nonsens/dwaasheid
une ineptie
33
de smerigheid
la saleté
34
verwaarloosd zijn
être négligé
35
de schuifdeuren
des portes coulissantes
36
elegant/behaagziek
coquet(te)
37
een klein appartement
un appartement coquet
38
een badkamer met douche
une salle de douche (sdd)
39
een badkamer
une salle de bain (sdb)
40
Ik ga geen politieman nemen! (Seks) (Familier)
Je vais pas me taper un flic
41
een one-nightstand
un coup d'un soir
42
een joint
un bédo/un pétard
43
ze heeft het heel goed naar haar zin.
elle s'éclate
44
opvorderen/opeisen/"afpakken"
réquisitionner
45
de geclaimde huisvestigingen
des réquisitions de logements
46
Voltooien/finishen
Achever
47
uitzinnig/hysterisch
frénétique
48
blijven / wonen
demeurer
49
ongerust blijven
demeurer inquiet
50
hij heeft in Lyon gewoond
Il a demeuré à Lyon
51
Iemand waarschuwen voor gevaar
avertir ··· d'un danger
52
Iemand meedelen dat er iets gebeurd is
avertir ··· que ··· s'est passé
53
de afwijking
la anomalie
54
de zwaluw
la hirondelle
55
(rond)fladderen/dwarrelen
voltiger
56
de sneeuwvlokken dwarrelen
les flocons de neige voltigent
57
bij tanken (auto)
faire le plein
58
een zware vrachtwagen
un poids-lourd
59
pijnloos
indolore
60
reukloos/geurloos
inodore
61
woestijnvorming/leegloop/ontvolking
la désertification
62
(een) slecht (resultaat)
(un résultat) médiocre
63
betreuren/bekeuren
déplorer
64
een omvang
une envergure
65
de drogisterij
la droguerie
66
een ijzerwinkel/gereedschapswinkel (objecten voor het huis en doe het zelf)
un quincaillerie
67
klein boodschappen doen (3stuks) of shoppen
faire des emplettes
68
toewijden
consacrer
69
tijd wijden aan
consacrer du temps à
70
heet
brûlant(e)
71
luidruchtig
bruyant(e)
72
samenvallend/overeenstemmende (ideeën)
(des idées) coïncidentes
73
het bord is gloeiend heet
l'assiette est brûlante
74
de weiland/het weiden
le prés
75
een open vacature
un poste vacant
76
een obstakel
une embûche
77
omvang/wijdte van
l'ampleur de
78
(een wet) invoeren/grondvesten
instaurer (une loi)
79
Het is ingevoerd door de wet van
c'est instauré par une loi
80
de omvang van een demonstratie
l'ampleur d'une manifestation
81
de wijdte van een kledingstuk
l'ampleur d'un vêtement
82
denkbaar/optie zijn
Être envisageable
83
uitdrukking voor dat de kansen gaan keren
la roue tourne
84
het pleidooi
plaidoyer
85
afschuwelijk/verschrikkelijk (misdaad/geur)
(un crime/une odeur) abominable
86
een kasteeltoren
un donjon
87
verjongen
rajeunir
88
maagd
un puceau/une pucelle
89
moedig/dapper
vaillant
90
ballen
des couilles/testicules
91
seniel zijn
être gâteux
92
het spijt me
je suis navré/ désolé
93
trut
pétasse
94
waarschuwen/verwittigen/inlichten
avertir
95
niet
ne...pas/ ne...point
96
zot (5manieren)
ouf/zinzin/taré/cinglé/dingue
97
een zaklamp
une torche
98
een lelijkerd (vrouw)
un laideron
99
het regent dat het giet
il pleut comme vache qui pisse
100
een auto
une bagnole
101
vergeten ( gebruikt in formele brief)
omettre
102
c'est pas commode
het is niet makkelijk
103
de vrees/grote angst
l'effroi
104
angstwekkend/vreeswekkend
effroyablement
105
het lawaai/de herrie
le vacarme
106
olala wat een lawaai...
olala quel vacarme
107
een voorvader
un aïeul=un ancêtre
108
hartverscheurend/aangerijpend
déchirant(e)
109
wat is dit voor rotzooi?
qu'est-ce que c'est que ce binz