Day2Day Woorden - Uitdrukken Flashcards

(95 cards)

1
Q

….lijken in de goede richting te wijzen.

A

….seems to point in the right direction

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

afscheid te nemen

A

to say goodbye (formal)

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

bereikt zijn hoogtepunt

A

reaches its peak

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

dan ben je al klaar mee

A

they you are done with it

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

Dan kunnen we hem net zo goed achterlaten

We kunnen net zo goed!

A

Then we might as well leave him there

We might as well!

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

dat is iets waar ik me zorgen over maak

A

that’s something I worry about that’s something I’m worried about

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

dat scheelt…

A

that makes a difference in…

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
8
Q

dat zag ik niet aankomen

A

i didn’t see that coming

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
9
Q

de kogel is door de kerk

A

the decision is made

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
10
Q

duimen

A

Thumbs Up!

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
11
Q

een hart onder de riem te steken

A

to give people support / cheer them up

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
12
Q

eventjes nog e-e-e-eventjes proberen Nog heel eventjes bij

A

If I just try it one more time Still very briefly looked

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
13
Q

geeft geen gehoor

A

does not respond

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
14
Q

geen kwaad te proberen

A

doesn’t do any harm to try

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
15
Q

gelukkig ben ik erover begonnen

erover beginnen

A

luckily I brought it up

start talking about it

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
16
Q

gezelschap te houden

A

to keep someone company

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
17
Q

ging aan het slag

A

went to work // got started

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
18
Q

good find (n)

A

goede vondst

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
19
Q

gulden middenweg

A

happy medium

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
20
Q

he suddenly appeared out of nowhere

A

hij verscheen plotseling uit het niets

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
21
Q

heksenketel!

A

pandemonium

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
22
Q

het houdt warmte vast

A

it retains heat

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
23
Q

het is niet te doen

A

it’s impossible

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
24
Q

Je hoeft je geen zorgen te maken, het komt allemaal _ _

A

het komt allemaal aan bod

it’s all covered

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
25
Het slaat nergens op
It doesn't make sense
26
het zal uitkomen
it will come true
27
het ligt op het (zuiden, noorden)..
it faces south, north
28
hij geeft niet toe
he doesn't give in he doesn't admit
29
hij wil altijd zijn eigen zin krijgen
he always wants to get his own way
30
hij wist waar hij mee bezig was
he knew what he was doing
31
houden zo
just keep it like that
32
I abide by the rules They abided by the rules
zich aanhouden Ik houd me aan de regels Ze hielden zich aan de regels
33
Ik wil het op zijn plaats houden
i want to keep it in place
34
i went through it with the team
ik heb het met het team doorgenomen
35
iets in kaart brengen
to tackle something to map out
36
iets op gang brengen / gezet
launch / set something in motion
37
iets ter sprake brengen
to raise / bring up
38
iets voor lief nemen / iets als vanzelfsprekend beschouwen
to take something for granted
39
Ik ben bijna aan de beurt
it's almost my turn
40
ik ben er aan gewend ik ben er aan wennen we need to get used to eating prunes i needed to get used to speaking dutch they need to get used to keeping quiet she got used to cleaning she is used to talking a lot
I'm used to it I'm getting used to it we moeten wennen aan het eten van pruimen ik moest wennen aan Nederlands spreken ze moeten wennen aan het zwijgen ze was gewend aan schoonmaken ze is gewend veel te praten
41
Ik geef niet om..
I don't care..
42
ik hou van \<\<\>\> om me heen
I love \<\<\>\> around me
43
ik maakte gebruik van de situatie
I took advantage of the situation
44
ik voelt me aangevallen ik verdedigen zelf
i feel offended (attacked) I defend myself
45
how much do they charge? they charged us this amount they won't charge us for that they didn't charge us for it
hoeveel rekenen ze? zij brachten ons dit bedrag in rekening daar brengen ze ons niets voor in rekening ze hebben ons er niets voor in rekening gebracht
46
in te dammen
to contain (i.e. a virus)
47
it reminds me of
het doet me denken aan
48
it takes away from our progress
het neemt onze vooruitgang weg
49
kan alle kanten op
it can go either way
50
kijk uit (voor de...) \<\<\>\>
watch out (for the...) camera
51
kijkt uit op (het kijkt uit op het noorden)
it faces (it faces north)
52
Komt dat niet uit?
Is that not convient for you / good for you?
53
mensen weten niet waar ze aan toe zijn
people don't know where they stand
54
nevermind
laat maar laat staan
55
niet tegenhouden!
don't hold back!
56
niet uit de lucht zijn
not out of the blue
57
niet zo ver uit elkaar
not so far apart
58
op een lijn zitten
to be in line with each other to be on the same page
59
op en af
up and down
60
op het spel
to put something at stake
61
op peil te houden
to maintain / to remain
62
Sta nooit met een mond vol tanden laten verrassen overvallen (door een probleem)
to be caught off gaurd overvallen also means robberies / ambushed / attacks
63
Stel je niet zo aan.
Stop being a baby. / Don't be so dramatic.
64
ten koste van
at the expense of
65
ter plekke
on the spot on sight
66
things can go wrong
dingen fout kunnen gaan dingen kunnen er mis gaan kan er veel misgaan
67
tot nu toe
up to now
68
tot nu toe zo goed
so far so good
69
up and down back and forth
op en neer heen en weer
70
van pas komen
come in handy
71
verspilling van tijd
a waste of time
72
voordeel van de twijfel
benefit of the doubt
73
waar maar weinig vraag naar is
for which there is little demand
74
wat mensen drijft
what drives people
75
wat trek je aan
what are you gonna wear
76
we hebben veel gemeen (interests) vergelijkbaar we lijken zo veel op elkaar (looks) soortelijk (formeel)
we have a lot in common (interests) comparable we look so much alike (looks) specific (formal and uncommon)
77
We houden de __ van het virus tegen
verspreiding We're stopping the spread of the virus
78
we kwamen er net in
we were just getting into it
79
we waren het al eens
we already agreed
80
What if I / What if we
wat als ik / wat als we
81
Yeah I can approve that for you
ja die kan ik voor je goedkeuren
82
ze zijn bekend met het proces
they are familiar with the process
83
zo hoort het te ...
that's how it supposed to ... (rennen, lopen)
84
1) Mijn vader houdt zijn emoties altijd in \_\_ 2) Het lukte de politieagenten de verdachte te \_\_
1) bedwang My father always keeps his emotions under control. 2) bedwingen The cops managed to restrain the suspect.
85
Hij wist zijn woede te \_\_
beteugelen He managed to restrain his anger.
86
uit de hand gelopen
it got out hand / out of control
87
we made fun of it we made fun of him / her
we maakten er grappen over we lachten haar / hem uit
88
het hoort erbij
it's part of it i.e. Het hoort erbij, om de wereld een betere plek te maken.
89
Ik kon de **drang** niet **weerstaan**
I couldn't resist the urge
90
deze banden gaan lang mee
these tires last a long time
91
ik ben het uit het oog verloren
i lost track of it / sight of it
92
hij kwam er mee weg
he got away with it
93
Dat moest vroeg of laat gebeuren
It had to happen sooner or later
94
Je probeerde haar te **versieren** op een feest. lk kan haar **versieren** en jij niet.
You tried to hit on her at the party I can hit on her but you can't \*\*pouty face\*\*
95
aan de beterende hand
on the mend