Eva 11.07 hete 1 Flashcards
(112 cards)
1
Q
good guys
A
deugen
2
Q
next Friday
A
aanstaande vrijdag
3
Q
upcoming / közelgő
A
aanstaand
4
Q
to cancel
A
opheffen
5
Q
report
A
verslag
6
Q
change (2)
A
wijziging, verandering
7
Q
policy
A
polis
8
Q
fury, rage / düh
A
woede (2)
9
Q
to insist
A
dringen
10
Q
again (3)
A
weer, alweer, opnieuw
11
Q
nice to meet you, pleasant
A
aangenaam (2)
12
Q
pleasant atmosphere
A
aangename sfeer
13
Q
the same
A
dezelfde
14
Q
annoying
A
vervelend
15
Q
to hug, to embrace (2)
A
omhelzen, omarmen (2)
16
Q
to set up, to draw up / felállít, felrajzol
A
opstellen (2)
17
Q
all kinds of
A
allerlei
18
Q
occasion (2)
A
aanleiding, gelegenheid
19
Q
to perform (3)
A
presteren, uitvoeren, verrichten
20
Q
to achieve
A
bereiken
21
Q
to show
A
vertonen
22
Q
observation
A
waarneming
23
Q
to perceive / észlelni
A
waarnemen
24
Q
once again
A
nogmaals
25
valuation
waardering
26
to experience (2)
meemaken, ervaren
27
in terms / értelmében
in termen
28
setup / beállítás, igazítás
opstelling
29
favorable
gunstig
30
dismissal
ontslag
31
errand
boodschap
32
moreover
overigens
33
given the facts
gezien de feiten
34
justified concern / indokolt aggodalom
terechte bezorgheid
35
damn
verdom
36
the whine / a nyafogás
het janken
37
newcomer
nieuweling
38
padlock / lakat
hangslot
39
chain
ketting
40
wrist
pols
41
confiscated / elkobozták
in beslag
42
to confiscate
in beslag nemen
43
for a long time
ellenlang
44
window
raam
45
sorry
kwalijk
46
guilty
schuldig
47
unless
tenzij
48
hill (2)
heuvel, berg
49
drizzle / szitálás
miezeren
50
plumber
loodgieter
51
to munch on / rágcsálni
peuzelen
52
headlight
koplamp
53
steel grid / acélrács
stalen rooster
54
quintessentially
typisch
55
figure
cijfer
56
shift / váltás
verschuiving
57
deugen
good guys
58
aanstaande vrijdag
next Friday
59
aanstaand
upcoming / közelgő
60
opheffen
to cancel
61
verslag
report
62
wijziging, verandering
change (2)
63
polis
policy
64
woede (2)
fury, rage / düh
65
dringen
to insist
66
weer, alweer, opnieuw
again (3)
67
aangenaam (2)
nice to meet you, pleasant
68
aangename sfeer
pleasant atmosphere
69
dezelfde
the same
70
vervelend
annoying
71
omhelzen, omarmen (2)
to hug, to embrace (2)
72
opstellen (2)
to set up, to draw up / felállít, felrajzol
73
allerlei
all kinds of
74
aanleiding, gelegenheid
occasion (2)
75
presteren, uitvoeren, verrichten
to perform (3)
76
bereiken
to achieve
77
vertonen
to show
78
waarneming
observation
79
waarnemen
to perceive / észlelni
80
nogmaals
once again
81
waardering
valuation
82
meemaken, ervaren
to experience (2)
83
in termen
in terms / értelmében
84
opstelling
setup / beállítás, igazítás
85
gunstig
favorable
86
ontslag
dismissal
87
boodschap
errand
88
overigens
moreover
89
gezien de feiten
given the facts
90
terechte bezorgheid
justified concern / indokolt aggodalom
91
verdom
damn
92
het janken
the whine / a nyafogás
93
nieuweling
newcomer
94
hangslot
padlock / lakat
95
ketting
chain
96
pols
wrist
97
in beslag
confiscated / elkobozták
98
in beslag nemen
to confiscate
99
ellenlang
for a long time
100
raam
window
101
kwalijk
sorry
102
schuldig
guilty
103
tenzij
unless
104
heuvel, berg
hill (2)
105
miezeren
drizzle / szitálás
106
loodgieter
plumber
107
peuzelen
to munch on / rágcsálni
108
koplamp
headlight
109
stalen rooster
steel grid / acélrács
110
typisch
quintessentially
111
cijfer
figure
112
verschuiving
shift / váltás
