Eva 11.14 hete 6 Flashcards

(134 cards)

1
Q

distractor / zavaró tényező

A

afleider

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

rarely

A

zelden

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

average (2)

A

gemiddeld, doorsnee

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

wise (2)

A

verstandig, wijs

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

distrust

A

wantrouwen

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

to grow up like mushrooms

A

als paddenstoelen uit de grond schieten

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

to makie it green

A

vergroenen

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
8
Q

flammable

A

brandbaar

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
9
Q

yellowish

A

geelachtig

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
10
Q

take away food

A

afhaalmaaltijden

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
11
Q

news reporter

A

verslaggever

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
12
Q

cultivation plan

A

teeltplan

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
13
Q

to establish

A

vestigen

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
14
Q

a former marshalling yard / egy volt rendezőpályaudvar

A

een voormalig rangeerterrein

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
15
Q

in the shed / a fészerben

A

in de loods

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
16
Q

greenhouse plants

A

kasplanten

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
17
Q

to fertilize / termékenyít

A

bemesten

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
18
Q

laying hen / tojótyúk

A

legkip

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
19
Q

ripe

A

rijp

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
20
Q

derelict building lots / elhagyott építési telkek

A

braakliggende bouwkavels

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
21
Q

neighborhood vegetable garden

A

buurtmoestuin

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
22
Q

bee

A

bij

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
23
Q

to plant

A

poten

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
24
Q

at the same time

A

tegelijk

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
25
countryside (2)
ommeland, platteland
26
sale
verkoop
27
seed / elvet
zaaien
28
harvest / aratás
oogst
29
alderman / városatya
wethouder
30
durability / tartósság
duurzaamheid
31
to apply
aanvragen
32
eligible
in aanmerking
33
to grant / biztosít, megad
toekennen
34
institution
instelling
35
to contact
contact opnemen
36
to depend
afhangen
37
to register
inschrijven
38
modifying a text
het aanpassen van een tekst
39
table of contents / tartalomjegyzék
inhoudsopgave
40
the extended index
de uitgebreide index
41
work assignment
werkopdracht
42
to describe
omschrijven
43
the switch
de schakel
44
to administer, to manage
beheren (2)
45
complicated
ingewikkeld
46
good dose of perseverance / jó adag kitartás
flinke dosis doorzettingsvermogen
47
sense and talent
zin en talent
48
approach
aanpak
49
regarding (2)
ten aanzien, met betrekking tot
50
students are supervised
studenten worden begeleid
51
to eastablish
oprichten
52
to terminate
opzeggen
53
entrepreneur
ondernemer
54
administrative (2)
administratief, bestuurlijk
55
extent / mérték
mate
56
to hand in / beadni
inleveren
57
provision / rendelkezés
voorziening
58
the pleasant interaction with colleagues
de prettige omgang met collega's
59
the facts about violence on TV are often contradictory / a tévében megjelenő erőszakkal kapcsolatos tények gyakran ellentmondanak egymásnak
de feiten naar geweld op tv vaak tegenstrijdig zijn
60
contradictory
tegenstrijdig
61
the current research
het huidige onderzoek
62
accurate
nauwkeurig
63
discipline
vakrichting
64
violent
gewelddadig
65
creation
totstandkoming
66
association
vereniging
67
care leave / gondozási szabadság
zorgverlof
68
afleider
distractor / zavaró tényező
69
zelden
rarely
70
gemiddeld, doorsnee
average (2)
71
verstandig, wijs
wise (2)
72
wantrouwen
distrust
73
als paddenstoelen uit de grond schieten
to grow up like mushrooms
74
vergroenen
to makie it green
75
brandbaar
flammable
76
geelachtig
yellowish
77
afhaalmaaltijden
take away food
78
verslaggever
news reporter
79
teeltplan
cultivation plan
80
vestigen
to establish
81
een voormalig rangeerterrein
a former marshalling yard / egy volt rendezőpályaudvar
82
in de loods
in the shed / a fészerben
83
kasplanten
greenhouse plants
84
bemesten
to fertilize / termékenyít
85
legkip
laying hen / tojótyúk
86
rijp
ripe
87
braakliggende bouwkavels
derelict building lots / elhagyott építési telkek
88
buurtmoestuin
neighborhood vegetable garden
89
bij
bee
90
poten
to plant
91
tegelijk
at the same time
92
ommeland, platteland
countryside (2)
93
verkoop
sale
94
zaaien
seed / elvet
95
oogst
harvest / aratás
96
wethouder
alderman / városatya
97
duurzaamheid
durability / tartósság
98
aanvragen
to apply
99
in aanmerking
eligible
100
toekennen
to grant / biztosít, megad
101
instelling
institution
102
contact opnemen
to contact
103
afhangen
to depend
104
inschrijven
to register
105
het aanpassen van een tekst
modifying a text
106
inhoudsopgave
table of contents / tartalomjegyzék
107
de uitgebreide index
the extended index
108
werkopdracht
work assignment
109
omschrijven
to describe
110
de schakel
the switch
111
beheren (2)
to administer, to manage
112
ingewikkeld
complicated
113
flinke dosis doorzettingsvermogen
good dose of perseverance / jó adag kitartás
114
zin en talent
sense and talent
115
aanpak
approach
116
ten aanzien, met betrekking tot
regarding (2)
117
studenten worden begeleid
students are supervised
118
oprichten
to eastablish
119
opzeggen
to terminate
120
ondernemer
entrepreneur
121
administratief, bestuurlijk
administrative (2)
122
mate
extent / mérték
123
inleveren
to hand in / beadni
124
voorziening
provision / rendelkezés
125
de prettige omgang met collega's
the pleasant interaction with colleagues
126
de feiten naar geweld op tv vaak tegenstrijdig zijn
the facts about violence on TV are often contradictory / a tévében megjelenő erőszakkal kapcsolatos tények gyakran ellentmondanak egymásnak
127
tegenstrijdig
contradictory
128
het huidige onderzoek
the current research
129
nauwkeurig
accurate
130
vakrichting
discipline
131
gewelddadig
violent
132
totstandkoming
creation
133
vereniging
association
134
zorgverlof
care leave / gondozási szabadság