respiratoire insufficientie Flashcards

1
Q

respiratoire insufficientie

A

falen van gasuitwisseling tgv ontbreken of onvoldoende functie van het ademhalingsysteem
leidt tot onvoldoende oxygenatie van weefsels en falen van de CO2 homeostase

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

epidemiologie

A

Op Ic hebben 137/100.000

mortaliteit(hangt af onderliggende oorzaak) loopt op tot 36%

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

3 systemen die ademhaling beinvloeden

A

chemisch: chemoreceptoren (centraal en perifeer)

neurogeen: pulmonaire receptoren–> geven bij benauwdheid/longontsteking een signaal voor sneller en dieper ademen
juxtacapillaire receptoren: zitten bij alveolaire capillaire stimuleren bij oedeem bij astma/hartfalen

spier- en gewrichtsreceptoren: bij activiteit extra ademhalingsprikkel

vrijwillig: bij angst of hysterie

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

2 types respiratoire insufficientie

A

type 1: longfalen (pO2 daalt) = partieel

type 2: pompfalen (pO2 daalt en pCO2 stijgt) = compleet

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

type 1 respiratoire insufficientie

A

meest voorkomende vorm
komt voor bij longziekte

als pO2 = 60 mm Hg (8kPa)
pCO2= normaal, dus ventilatie niet/nauwelijks aangedaan

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

type 1 respiratoire insufficientie oorzaken= pathologische veranderingen

A
  • lage pO2 van omgeving: vliegtuig/hoog in bergen
    -(milde) hypoventilatie: bv bij obstructief slaapapneu syndroom of bij milde spierzwakte van ademhalingsspieren
    -ventilatie-perfusie stoornis:
    shunt(perfusie zonder ventiliatie)= links-rechts shunt in long, longoedeem, occlusie luchtweg(pneumonie, astma, bronchitis), atelectase(deel van long wordt niet gevuld, vocht, emfyseem, bloeding

dode ruimte(ventilatie zonder/minder perfusie): door longembolie, hartfalen, ongelijkmatige ventilatie (COPD)

-diffusie stoornis: door verdikking alveolaire membraan =longoedeem, virale pneumonie, alveolitis, pneumoconiose, lymfangitis carcinomatosa
of door verkleining diffusieopp= resectie van longdelen, emfyseem, fibrose

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

gevolg daling van pO2

A

ademhaling= grotere ademteugen en hogere ademfrequentie

HMV: bij ernstige hypoxie/inspanning 5x rustwaarde

redistributie bloedstroom: naar vitale organen

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
8
Q

type 2 respiratoire insufficientie

A

stoornis in luchtverversing waarbij ademexcursies altijd zijn verstoord dit leidt tot alveolaire hypoventilatie

PaCO2> 50 mm Hg (6,5 kPa)
hypoxemie is altijd aanwezig
pH is afhankelijk van HCO3
H+ + CO2  HCO3-
HCO3 evenredig met duur van hypercapnie
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
9
Q

type 2 respiratoire insufficientie oorzaken

A

toegenomen CO2 productie
hypoventilatie (slaapapneu)
toegenomen doderuimte ventilatie

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
10
Q

onderverdeling oorzaken type 2 insufficientie

A

neurogeen:
sedative/narcotica(drugs/verdoving), hersentumor in buurt ademhalingscentrum, poliomyelitis( innervatiestoornis diafrafma), dwarslesie en CVA

myogeen: myasthenie en andere spierziekte belammeren het heffen van thorax en afplatten diafragma
diafragma: paralyse van n. phrenicus (na hart/longoperatie)
thoraxwand: kyfoscoliose(door ribfracturen worden thorax en longen klein gecomprimeerd)

pleura: pleuritis= heel veel vocht
pneumothorax= heel veel lucht
(meestal is dit type 1, maar als heel ernstig kan het type 2 worden)

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
11
Q

gevolgen stijging pCO2 (HCO3)

A

lichaam gaat overschot HCO3- neutraliseren: long past ventilatie een en nier gaat bicarbonaat reabsorberen en uitscheiden
ook Na terugresorbtie–> vochtretentie

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
12
Q

gevolgen stijging pCO2

A

bijnier: toename adrenaline–> HF omhoog
orthosympaticus: toename noradrenaline–> hypertensie, rode huidskleur, zweten
parasympathicus: toename maagzuur en speeksel
cerebraal: sufheid, slaperig
verhoging pulmonale vaatweerstand

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
13
Q

wat doet lichaam respiratoire insufficientie

A

hypercapnie leidt vnl tot vochtretentie en acidose
hypoxie leidt tot hogere HF en polyglobulie(meer erytrocyten)

dit leidt beide tot toename pulmonale vaatweerstand

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
14
Q

toename pulmonale vaatweerstand

A

door anatomisch vaatbed verlies: emfyseem, fibrose, resectie, embolie
vasoconstrictie in kleinere arteriolen: minder bloedcellen kunnen langskomen
polyglobulie: viscositeit neemt toe

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
15
Q

cor pulmonale verschijnselen

A

overbelasting van rechter harthelft ten gevolge van longafwijkingen

verhoogde centraal veneuze druk
hepotomegalie(vergrootte lever)
enkeloedeem en ascites(vocht in peritoneale ruimte)

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
16
Q

factoren die ernst van decompensatie bepalen (cor pulmonale)

A

snelheid van onstaan
aanwezigheid anatomische afwijkingen (emfyseem/longembolie)
grootte HMV (door hypoxaemie
toestand van hartspier

17
Q

behandeling respiratoire insufiecientie en cor pulmonale

A
behandeling onderliggend lijden
behandeling van uitlokkend moment
O2 therapie (bij hypoxaenemie
18
Q

O2 therapie bij hypercapnie

A

Omdat CO2 chronisch te hoog is, reageert het ademcentrum daar niet meer op

dan wordt een lage pO2 de prikkel tot ademhaling

wanneer O2 wordt toegedient wordt de enige ademhalingsprikkel weggehaald. Toch heeft patient dit nodig, daarom aanvullende maatregelen treffen