1B2 week 6 college 8 Flashcards
(17 cards)
1
Q
V
A
Gasvolume
2
Q
Q
A
Bloedvolume
3
Q
V’
A
Gasvolume/tijd
4
Q
Q’
A
Bloedvolume/tijd
5
Q
V’E
A
Totale expiratoire volume
6
Q
VA
A
Alveolair volume
7
Q
AMV
A
Ademminuutvolume
8
Q
VT
A
Teugvolume
9
Q
VDR
A
Volume dode ruimte
10
Q
VT formule
A
VDR + VA
11
Q
V’DR formule
A
f*VDR
12
Q
Fysiologische dode ruimte
A
De standaard dode ruimte plus eventueel pathologische alveolaire dode ruimte zoals bij slechte doorbloeding van de longen
13
Q
Shunt
A
Ventilatie is 0, perfusie is heel groot. Bloed komt er wel langs, maar vindt geen ventilatie plaats
14
Q
Grote variatie in V’/Q’ verhoudingen
A
Sommige takjes kleine verstoppingen,
15
Q
Alveoli zijn in de top … dan in de basis
A
Groter, daarom onderin ventilatie en perfusie groter
16
Q
Ventilatie en perfusie in gebied met een V’/Q’ van oneindig
A
Wel ventilatie, geen perfusie
17
Q
Beademing
A
Diafragma verdoofd –> inademing positieve druk
