1B3 Laatste dingen VO's, ZO's, samenvatting en fouten tentamen Flashcards

(126 cards)

1
Q

Vergrote dode ruimte maakt de ademhaling …

A

Zwaarder en minder efficiënt

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

Primaire hemostase bestaat uit …

A

Adhesie en trombocytenaggregatie onder invloed van de von Willebrand Factor

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

PT

A

Tijd om plasma te laten stollen na toevoegen thromboplastine

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

aPTT

A

Tijd om plasma te laten stollen na toevoegen van fosfolipide

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

Sinusritme op ECG

A

P-top positief in afleiding I, II en aVF

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

Normale hartas ECG

A

Positief QRS-complex in afleiding II

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

Normale hartas graden

A

-30 tot 90 graden

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
8
Q

Linker hartas ECG

A

Negatief QRS-complex in afleiding II

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
9
Q

Atriumflutter

A

Zaagtand, veel onduidelijke P-toppen en weinig/minder QRS-complexen

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
10
Q

Ablatie

A

Litteken maken in hartspier voor stoppen geleiding

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
11
Q

Spike

A

Scherp puntje op ECG dat puls van pacemaker is

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
12
Q

Fasen Stages of Change model

A

Precontemplatiefase, contemplatiefase, preparatiefase, actiefase, volhouden

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
13
Q

Hartfrequentie stijgt … dan slagvolume bij inspanning

A

Meer

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
14
Q

Dyspneu index formule

A

AMV/FEV1

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
15
Q

Dode ruimte ventilatie formule

A

Vdfys/Vt

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
16
Q

DD dyspneu

A

Hartfalen, ritmestoornissen, kleplijden, pericarditis, shunting

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
17
Q

Nycturie

A

’s Nachts plassen

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
18
Q

Orthopneu

A

Benauwdheid bij platliggen

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
19
Q

Derde harttoon duidt op ..

A

Linkszijdig hartfalen

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
20
Q

Backward faillure rechts leidt tot…

A

Vergrotte lever

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
21
Q

Backward faillure links leidt tot…

A

Longoedeem

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
22
Q

Effect diuretica

A

Verminderen preload

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
23
Q

Effect ACE-remmers

A

Verminderen afterload

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
24
Q

Effect bètablokkers

A

Verlagen hartfrequentie en sympathicus

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
25
Urine nefrotisch syndroom
IgG
26
Minimal change disease kenmerken
Kinderen, selectieve proteïnurie met vooral albumine
27
Membraneuze glomeropathie urine
igG tegen PLA2-receptor podocyt
28
Nefritisch syndroom urine
Erytrocytencilinders en hematurie
29
Voorkeur katheter
Vena jugularis
30
Nadeel peritoneale dialyse
Peritonitis
31
Hemodialyse via
Filatratie
32
Peritoneale dialyse via
Osmose
33
Kenmerken longparenchym
Diffusie van zuurstof van het alveolaire gas naar het capillaire bloed vertraagd
34
Kenmerken longfunctie longfibrose
Lage FEV1, kleine FVC en kleine TLC, afname TLCO
35
Diffusiecapaciteit bij roken overschat door ...
Verhoogd CoHb
36
Iatrogene pneumothorax
Pneumothorax ten gevolgen van een medische ingreep
37
Arteriële hypocapnie gevolg van ...
Reflexmatige hyperventilatie
38
Hypoxemie gevolg van ...
Gestoorde ventilatie-perfusie verhouding
39
Heparine werking
Activeert antitrombine III --> secundaire inactivatie geactiveerde stollingsfactoren, trombine en factor Xa --> remmen omzetting fibrinogeen in fibrine
40
Trombolytica of fibrinolytica functie
Oplossen stolsels
41
Sinusarrest
complexen vallen even uit
42
AV-nodaal
QRS-complexen smal
43
AV-dissociatie
Geen samenhang P-top en QRS-complex
44
Bundeltakblok
Blokkade prikkels links of rechts, vertraagde activatie van die kant wat zorgt voor een breed QRS-complex
45
Kenmerken Fallot
Ventrikelseptumdefect, pulonalisstenose, aorta overrijding
46
Gevolg Fallot
Rechterventrikel hypertrofie
47
Vasculitis
Ontsteking bloedplaatjes in de glomerulus
48
Kenmerken nefritisch syndroom
Proteïnurie, snelle achtergang nierfunctie, hematurie, oedeem, hypertensie
49
Immuuncomplex glomerulonefritis
Leukocyten en trombocyten
50
Werking diuretica
Remmen natriumreabsorptie in niertubuli --> daling HMV
51
ACE-remmers werking
Remming omzetting angiotensine I en II --> vaatverwijding
52
Bètablokkers werking
Vermindering inotropie en chronotropie en afname renale renineproductie --> afname HMV
53
Calciumantagonisten werking
Remmen calciuminstroom gladde spiercellen bloedvaten --> afname vaatweerstand --> lagere bloeddruk
54
Alfablokkers werking
Vaatverwijding
55
Centraal aangrijpende middelen werking
Invloed op centrale ZNS --> afname sympathicustonus --> arteriële en veneuze vaattonus omlaag en renale renineproductie omlaag
56
Directe vaatverwijders werking
Daling vaatweerstand --> vasodilatatie
57
Belangrijkste aanpassingen bij inspanning
Skeletspieren, ventilatie en circulatie
58
Oorzaken verlaagde VC
Door verlaagde TLC bij restrictie, door verhoogde TLC bij air trapping
59
Cor pulmonale
Een door longziekte in functie veranderde rechter ventrikel
60
Hypocapnie
Verlaagde CO2 in bloed
61
Hypercapnie
Verhoogde CO2 in bloed
62
Fibromusculaire dysplasie
Vorm van nierarteriestenose met kralensnoer aspect
63
Effect angiotensine II
vasoconstrictie en vrijmaken aldosteron door nieren
64
Effect aldosteron
Vasthouden natrium en water, verliezen kalium
65
Waar in de long IPF
Subpleuraal basaal
66
Diagnose EEA door
Lymfocyten in BAL test
67
Functie pleurodese met talk
Verminderd recidief pneumothorax doordat talk een water houdend mineraal is
68
Overerving trombose
25%
69
Vitamine K antagonist
Langzaam werkend, gevoelig voor andere medicijnen
70
Fusiform aneurysma
Alle richtingen
71
Sacculair aneurysma
Één zwake kant wand
72
Soorten trombofilie
Factor F-leiden mutatie Proteine S deficiëntie Proteine C deficiëntie Anti-trombine deficiëntie protrombinegen variant/mutatie
73
Niet meer gebruikt bij acuut hartfalen
Dopamine
74
B-receptor carvedilol
Blokkeert ook a-adrenoceptoren
75
Dier klep voordelen
Geen antistolling nodig, lage weerstand, geen geluid
76
Systolische souffle bij ...
Aortaklepstenose en mitralisklepinsufficiëntie
77
Afwijking mitralisklepinsufficiëntie door...
Afwijking klepbladen, papilairen, annulus, chorda
78
Middel als diagnostiek door snelle halfwaarde
Adenosine
79
Ineens stop in ECG
Compensatoire pauze
80
Uitsluiten hypertensief noodgeval met
Fundoscopie: bloedvaten geknapt, witte plekjes, kronkels
81
Plek buik dialyse
Ruimte van Douglas
82
Waar mutatie bij syndroom van Alport
COL4A5: enige X-chromosomaal
83
Kenmerken IgA nefropathie
Sluipend verloop (eerst stabiel), hematurie, creatinine, proteïnurie
84
Antistoffen bij neergeslagen IgG in GLO basaal
Anti-PLA2R eiwitten
85
Veel eosinofiele granulocyten in nierbiopt na transplantatie duidt op ...
Allergische tubulo-interstitiele nefritis
86
Type 2 cel functie
Verantwoordelijk voor surfactant productie en herstel na schade in longen
87
Ontstaan niercysten
Door verlies aan polariteit en secretie van electrolieten passief watertransport naar de cysten
88
Keelinfectie
IgA negropathie
89
Bruine cilinders in urine bij ...
Geen interstitiële nefritis
90
Activatie vitamine D in ...
Proximale tubulus
91
IgG patroom in GBM geeft ... in bloed
Anti-GBM antistoffen
92
Hyperaldosteronisme gehaltes kalium en renine
Laag/normaal kaliumgehalte en laag reninegehalte
93
Digoxine functie op calcium
Verhoogt de beschikbaarheid van calcium in de cel
94
Receptor die het meest daalt bij hartfalen
B1-receptor
95
Behandeling medicatie bij flinke stenose
Start clopidogrel en statine
96
Stokes-adem aanval
Flauwvallen door tijdelijke hartpauze
97
Opties in gezondheidsdeterminantiemodel
Individuele leefstijl, sociale netwerken, leef- en arbeidsomstandigheden, persoonlijke karaktiristieken, algemene sociaal- economische, culturele en omgevingsfactoren
98
LMWH zorgt bij kanker voor
Minder recidieftrombose dan VKA
99
Symptomen acuut ketoacidose
Laag pCO2, lage pH, iets laag K+, vaak bij diabetes, laag bicarbonaat
100
Bijwerking tacrolimus
Nierschade
101
Bijwerking myofenolaat mofletil
Diarre
102
Bijwerking prednison
Osteoperose
103
Bijwerking azathioprine
Leverschade
104
ACE-remmers
Vasodilatatie efferente arteriolen
105
Nefrogene diabetes insipidus kan niet behandeld worden met ...
DDAVP
106
Kenmerken membraneuze glomerulopathie
Veel creatinine en albumine in serum, weinig albumine in urine
107
Belangrijkste rol bij natriumretentie bij membraneuze glomerulopathie
ENaC receptor
108
Depositie bij keelinfectie
Onder endotheelcel
109
Longfunctie bij kyphoscoliose
FVC lager dan LLN, TLCO lager dan LLN, KCO hoger dan LLN
110
Idopathische longfibrose kenmerk
Veel fibroblasten in de long
111
Werking dipyridamol
Remt fosfodiësterase
112
Niet gebruiken bij secundaire preventie HVZ
Nitratie
113
Atriumseptumdefect zorgt voor dilatatie ,..
Rechts
114
Pacemaker alleen bij
Bradycardie
115
Apixabon is geen ...
Trombocytaggregatieremmer
116
RAS blokkers bijwerking
Hyperkaliemie
117
Twee voorwaarden aanmerking CRT
Verbreed QRS-complesx. verminderde ejectiefractie
118
Ademhalingspatroon longfibrose
Hoge elastische arbeid en normale stromingsarbeid
119
Gevaar toedienen teveel zuurstof
toenemende hypercapnie
120
Eerste keus trombose been medicatie
DAOC'[s
121
Kenmerken bloed FVII deficiëntie
pt verlengd (hogere waarde) en aptt normaal
122
Vervanging aortaklep via
TAVI, homograft, kunstklep en biologische klep
123
AVNRT
Afhankelijk van 2 routes in de AV-knoop
124
Renineconcentratie ... bij hyperaldosteronisme
Laag
125
Patroon IgA neerslag
Vlekkerig in het mesangiom
126
Vitamine D gehydroxyleerd op plaats ..
1