H2.4: Onstekingsreactie in de 21ste eeuw Flashcards
(48 cards)
klinische symptomen ontsteking
- rubor (rood)
- calor (warm)
- dolor (pijn)
- tumor (zwelling)
- functio laesa (functieverlies)
ontstekingsreactie definitie
reactie van gevasculariseerd weefsel op beschadiging met als doel jhet elimineren van de schadelijke agens en het in gang zetten van het herstel van de schade
belangrijkste kenmerken onstekingsreactie
- onderverdeeld in acute/actieve en chronische fase
- bestaat uit een vasculaire en cellulaire reactie
- gemedieerd door ontstekingsmediatoren (cytokinen en chemokinen)
- reactie op of geactiveerd door (schadelijke) agens
- eindigt als de schadelijke agens weg is en de ontstekingsmediatoren weg zijn
- hangst nauw samen met weefselherstel
- kan schadelijk zijn (auto-immuun, atherosclerose, contracturen)
overzicht acute ontsteking en herstel
- schade
- vasculaire veranderingen
3a. adhesie &transmigratie
3b. chemotaxis & fagocytose - herstel
oorzaken ontstekingsreacties
- infecties
- weefselnecrose
- immunologische reacties
- genetische afwijkingen
weefselnecrose
door celbeschadiging en celdood komen uit cellen stoppen (atp, dna, urinezuur) die de ontsteking in gang zetten:
=ischemie (bv hartinfarct)
=fysieke prikkels (trauma, straling, verbranding)
=chemische prikkels (toxisch, medicatie)
=lichaamsvreemde stoffen (splinter, hectdraad, stof, vuil)
infecties
detectie (via oa Toll-like R) van bacterien, virussen, schimmels en parasieten
immunologische reactie
bij oa auto-immuunziekten door antigen-antilichaamcomplexen, cytotoxische T-cel reacties, complementactivatie wordt de ontstekingsreactie in gang gezet
genetische afwijkingen
bv mutaties in genen die geassocieerd zijn met MDS en auto-inflammatie
vasculaire reactie
veranderingen in de circulatie bij ontsteking:
- verwijding vd vaten
- vetraging vd bloedstroom
- uittreden van eiwitten en ontstekingscellen
exsudaat
veel eiwitten treden uit, samen met het vocht dat ook uittreedt. \
bij ontsteking
transudaat
eiwitarmvocht treedt het bloedvat uit. er is niet genoeg eiwit in het bloedvat, dus niet genoeg osmotische druk, om het terug te trekken. bv bij hongersnood
verschil transudaat en exsudaat (!)
kijk andere flashcards
waarom is het belangrijk aspect dat bloedstrom vetraagt bij onsteking?
geeft cellen de gelegenheid om uit te zakken van het midden vd bloedstroom naar de wand . de cellen die hierbij een rol spelen, neutrofiele granulocyten, monocyt, en lymfocyt
rol monocyt
als hij uittreedt wordt hij macrofaag
rol lymfocyt
stuurt het geheel aan
cellulaire reactie bij onsteking 3 onderdelen
- leukocyt adhesie, transmigratie en chemotaxis
- leukocyt activatie
- fagocytose en afbreken van de schadelijke agens
leukocyt adhesie, transmigratie en chemotaxis hoe?
omdat de bloedstroom vetraagt, zakken ze naar de wand en gaan eerst een beetje rollen, dan plakken ze aan de wand, dan gaan ze er doorheen. dan gaan ze op zoek naar de schadelijke agens
fagocytose en afbreken van schadelijke agens
waardoor wordt het uittreden van de leukocyt gemedieerd?
CD31; PECAM-1?
adhesie en transmigratie
docu
endotheel membraan eiwitten
- E-selectine: verindt met L-selectine
leukocyt membraan eiwitten
- L-selectine: verbindt met E-selectiine
- integrines
regulatie en activati van expressie adhesiemoleculen op endotheel en leukocyten door …
cytokinen en chemokinen