H2.5: Immunoglobulinen -2 Flashcards
(42 cards)
per Ig zijn er 2 bindingsplaatsen. per bindingsplaats zijn … contactpunten
6
pre-B cell R
zware keten al gevormd, maar met surrogate lichte keten
iedere nieuw-aangemaatk B-cel heeft een … isotype
IgM (en IgD)
lymfeklier anatomie
- opgebouwd uit een kapsel
- er zitten follikels in (primaire en secundaire)
memoraid
waar vindt verdere differentiatie van B-cellen plaats?
follikels lymfeklier
wat gebeurt er in lymfeklier?
aavoerenede lymfevaten nemen allerlei antigenen mee, maar bv ook APCs. via de hoog endothele venulen treden lymfocyten uit het bloedvat en gaan het weefsel in.
op het moment dat B-Tcellen hier een Ag herkennen dat via afferente vat is binnengekomen, worden ze geactiveerd. zonder antigeen verlaten ze via bloed of lymfe weer.
kiemcentrum reactie
reactei waarbij de B-cellen (mbv Th-cellen) op het moment dat ze een Ag herkennen in de lymfeklier (dus geactiveerd raken) een differentiatie doormaken in het kiemcentrum.
kiemcentrum opbouw
donkere zone en lichtere zone (obv dichtheid van de cellen)
wat gebeurt er bij de kiemcentrum reactie?
B-cellen raken geactiveerd > ze komen binnen bij dat kiemcentrum > ze gaan delen (dit is oa afhankelijk van Th)(donkere zone) > ze ondergaan andere processen (beetje bijd e overgang van lichte en donkere zone) > uiteindelijk ontstaan er netto 2 dingen: geheugen B-lymfocyt en een plasmacel.
resultaat van de activatie van een B-cel in kiemcentrum
cel die geheugen opbouwt voor het Ag waarmee hij geactiveerd is en doordifferentieert naar cellen die de antistoffen produceren (plasma)
cellen krijgen een andere R met een hogere affiniteit voor het Ag
wat gebeurt er met geheugen B-cellen?
blijven in circulatie
antistofproducerende plasmacellen wat gebeurt ermee?
zullen in het beenmerg komen en blijven daar long-lived plasmacellen worden
B-cellen hebben een tweede signaal
hebben CD4+ helpercellen nodig om voldoende geactiveerd te raken.
het eerste signaal = antigeenbinding aan haar R.
waarom geeft Th tweede signaal?
herkent hetzelfee Ag waartegen de Bcel gericht is. Bcel wordt door binding Ag zelf een APC voor Th-cel.
wat is dat tweede Th signaal
interactie tussen CD40 op de B-cel en CD40-L op Th.
Ag die door BCR herkend worden, worden …
geinternaliseerd, wordt afgebroken. daar worden kleine stukjes van geprocessed (peptiden). die worden aangeboden door MHC-moleculen die ervoor zorgen dat de Th-celR het kan herennen.
er zit dus ook echt specificiteit in die Th cel.
Bcel is ook een …
APC
welke 3 stappen houdt de B-cel differentiatie in?
- mRNA splicing zorgt ervoor dat Ig uitgescheiden wordt door plasmacellen
- op DNA niveau gebeuren 2 belangrijkste dingen:
1. kleine subtiele mutaties die optreden in de variabele domeinen die ervoor zorgen dat de binding met Ag evt verandert (somatische hypermutatie)
2. zware keten gaat andere contanste domeinen gebruiken; isotype switching
somatische hypermutatie
- willekeurige mutaties
- hierdoor ontstaan heel veel varianten
- het zijn altijd veranderingen icm selectieprocessen
- NIET GESTUURD!
hoe neemt die affiniteit dan toe?
er wordt gekeken; bij welke B-cel leidt dit tot een B-cel die een betere herknening heeft van dat Ag?
hoe verloopt die selectie?
door een ander type cellen dat voroal in de lichte zone zit: FDC: folliculair dendritische cellen
is in feite een selectie op overleving obve een signaal van FDC dat in het kiemcentrum komt
FDC
- heel veel uitlopers; moeten maximale mogelijkheid bieden aan B-cellen om interactie aan te gaan
- zijn bedoeld om B-cellen te selecteren
- presenteren Ag aan de B-cellen
hoe presenteren FDC Ag aan de B-cellen
- FDC biedt complexen waarbij een antistof het Ag bindt (dmv complement R C3b) aan op hun membraan . dit zijn FcR die het Fc gedeelte van het Ag herkennen. hier komen Bcellen voorbij. als B-cellen dat Ag kunnen binden, zullen ze daardoor geactiveerd raken
?