Boek 2 Hoofdstuk 1 Flashcards
(83 cards)
1
Q
positief
A
positive
2
Q
trots
A
proud
3
Q
voorzichtig
A
careful
4
Q
ongerust
A
anxious
5
Q
het zonnetje
A
the (lovely) sun
6
Q
boos worden
A
to get angry
7
Q
de zorgen
A
the worries
8
Q
zich zorgen maken (over)
A
to worry (about)
9
Q
de gezondheid
A
the health
10
Q
Maak je geen zorgen!
A
Don’t worry!
11
Q
Schaam je!
A
Shame on you!
12
Q
tv kijken
A
to watch television
13
Q
het scherm
A
the screen
14
Q
a.u.b.
A
please (not always a ‘kind’ request)
15
Q
nou
A
- now
- (as explained in the lesson)
16
Q
dom
A
stupid
17
Q
beste mensen
A
ladies and gentlemen
18
Q
op zoek zijn (naar)
A
to look (for)
19
Q
verbaasd zijn
A
to be surprised
20
Q
iets met iemand hebben
A
to be in a relationship with someone
21
Q
de onzin
A
the nonsense
22
Q
Hoe kom je daarbij?
A
What makes you think that?
23
Q
Doe mij maar…
A
For me… please
24
Q
een op de vijf
A
one out of five
25
ruim
1. more than
2. wide
26
het procent
the percent
27
de schaal
the scale
28
het geluk
the happiness
29
de minderheid
the minority
30
ongelukkig
unhappy
31
het cijfer
the number
32
stabiel
stable
33
dat blijkt uit
according to
34
het onderzoek
the research
35
de statistiek
the statistics
36
sociaal
social
37
de factor
the factor
38
bovendien
moreover
39
hoogopgeleid
highly educated
40
laagopgeleid
less well educated
41
de jongere
the adolescent
42
de oudere
the elderly person
43
contact hebben (met)
to be in touch (with)
44
de bevolking
the population
45
de vrijwilliger
the volunteer
46
het vertouwen
the trust, faith
47
vertrouwen hebben (in)
to trust, to have confidence (in)
48
Hoe voel je je?
How do you feel?
49
Ik voel me
I feel (like)
50
Relaxed
Relaxed
51
Op je gemak zijn
To be at ease, relaxed
52
Ik voel me op m'n gemak
I feel comfortable
53
Sterk
Strong
54
Veilig
Safe
55
Aantrekkelijk
Appealing
Attractive
56
Opgelucht
Relieved
57
Thuis
At home
58
Ik voel me thuis in Nederland
I feel at home in the Netherlands
59
Kwaad
Outraged
60
Verbaased
Surprised
61
Zenuwachtig
Nervous
62
Verlegen
Shy
63
Ontroerd
Moved
Touched
64
Verveeld
Bored
65
Gestrest
Stressed
66
Ongemakkelijk
Uncomfortable
67
Alleen
Alone
68
De schoonmaakster
The cleaning lady
69
Zwart geld
Dirt money
70
Het goud
The gold
71
Het karton
The cardboard
72
Het karton
The cardboard
73
Het fluweel
The velvet
74
Het zilver
The silver
75
De wol
The wool
76
De steen
The stone
77
De vaas
The vase
78
Het pakje
The package
79
Het ijzer
The iron
80
Het hek
The fence
81
Het horloge
The watch
82
De omelet
The omelette
83
De vrachtwagen
The truck
