Boek 2 Hoofdstuk 11 Flashcards
(72 cards)
1
Q
Aflopen
A
To end
To finish
2
Q
De postbode
A
The postman
3
Q
Aanbellen
A
To ring the doorbell
4
Q
Althans
A
Anyway, at least
5
Q
Knus
A
Cosy
6
Q
Een poosje
A
A while
7
Q
Het nieuwtje
A
Piece of news
8
Q
De blurt zijn (aan)
A
It is (your) turn
9
Q
In je nopjes zijn
A
To be happy
10
Q
Slagen
A
To succeed
11
Q
Het misverstand
A
The misunderstanding
12
Q
Appen
A
To send a whatsapp message
13
Q
Met z’n tweetjes
A
With the two (of us/them)
14
Q
Protesteren (tegen)
A
To protest
15
Q
Iets (niet) ziens zitten
A
To think it is (not) a good idea
16
Q
Stamelen
A
To stammer
17
Q
In huis hebben
A
To have at home
18
Q
Handig
A
Convenient
Handy
19
Q
Veranderen (in)
A
To turn (into)
20
Q
Heus
A
Real, really
21
Q
Vanwege
A
Because of
22
Q
Vanwege
A
Because of
23
Q
In eerste instantie
A
In the first place
24
Q
Eenmal
A
Once
25
Daarnaast
Furthermore
26
Lachen (om)
To laugh (at)
27
Verouderd
Outdated
28
De reisgids
The travel guide
29
Gek
Crazy
30
Over het algemeen
In general
31
Praktisch
Practical, useful
32
De gemeente
The municipality
33
In ieder geval
In any case
34
Voorzichtig zijn (met)
To be careful (with)
35
De winst
The profit
36
Het speelgoed
The toys
37
De belasting
The tax
38
Blasting betalen
To pay tax
39
Belachelijk
Ridiculous
40
Officieel
Official
41
Omdraaien
To turn around
42
Terecht
Fair
Found
43
Het volk
The population
The people
44
Het volkfeest
The national feest
45
De waanzin
The madness
46
Toeslaan
To strike
47
De orangjegekte
Dutch craziness
48
De nuchterheid
The consiceness
49
Nuchter
Sober
50
Het feestbeest
The party animal
51
Het patriottisme
The patriotism
52
Verkocht zijn
To like it (a lot)
53
De integratie
The integration
54
Zich uitdossen
To dress up
55
Iets hebben met
To like
56
Iets goed trekken
To handle
57
Iets slecht trekken
To cope with
58
Fan zijn van
To be a fan of
59
Het fenomeen
The phenomenon
60
Dol zijn op
To adore
61
Losgaan
To go crazy
62
Traditiegetrouw
Traditional
63
De koninklijke familie
The Royal Family
64
Trots zijn op
To be proud of
65
Iets van de daken schreeuwen
To shout it from the rooftops
66
De vrijheid
The freedom
67
Vanzelfspreken
Obviously
68
Het besef
The awareness
69
Essentieel
Essential, crucial
70
Koningsgezind
Monarchist
71
Het koningshuis
The Royal House
72
Ik kan mijn open niet geloven
I can't believe what I hear
