Werkcollege 14 Flashcards
(20 cards)
agens psittacose
chlamydia psittacose (intracellulaire bacterie) > aanwezig in voorste en achterste luchtwegen; en darmkanaal.
verschijnselen psittacose
dier: sufheid, bolzitten, anorexie, gewichtsverlies en oog- en luchtweginfecties, mucopurulente neusuitvloeiing en niezen. Geelgroene verkleuring uraatfractie (lever/nierprobleem); diarree (darmprobleem). Ataxie, spasmen/epilepsie (probleem CZS). —> systemische infectie.
mens: griepachtige verschijnselen, koorts en longontsteking.
Welke procedures moeten worden gevolgd door resp. een humane arts en een dierenarts bij verdenking op, of bevestiging van psittacose?
zoönose en aangifteplicht.
Hierbij wordt de NVWA op de hoogte gebracht door de dierenarts en eventueel huisartsen in de omgeving. GGD en NVWA werken samen.
diagnostische onderzoeken psittacose
Dier =
1) Swab wordt genomen van neusuitvloeiing > sneltest, of PCR. (AG)
2) cytologisch preparaat - IFT. (AG)
2) Serologie onderzoek, wanneer vogel antibioticum heeft gehad. (AL; IgM (acuut) of IgG)
Mens = röntgenfoto
therapeutisch plan psittacose
Papegaaien:
Curatief bestrijding = injectie (IM) doxycycline (gedurende 6 weken). Verwijderen van alle calciumbronnen, omdat dit de opname van tetracycline blokkeert. Materialen en ruimte reinigen.
Symptoombestrijding = zuurstof geven of dwangvoeding, onderhuidsvloeistoftherapie, NSAID mogelijk.
Mens: antibioticum geven (tetracycline).
Preventieve maatregelen psittacose
- Mondmasker dragen bij intensief contact.
- Goed reinigen van materialen en omgeving.
- Quarantaine
welke 2 verschijnselen geven een goede indicatie voor papegaaienziekte?
- leverproblemen (geelgroene uraat)
- voorste luchtweginfectie
- contact met andere vogels (logeren, tentoonstelling).
2 criteria aangifteplicht
- heel erg infectieus
2. zoonotisch
waarom neus-/cloacaswap psittacose
Hoogste sensitiviteit > hier vind je de meeste bacteriën.
incubatietijd chlamydia psittacose
ongeveer 6 weken
avaire influenza tijdens trekseizoen
door wilde watervogels, zelf drager en geen lijder, maar scheiden/schijten wel overal virus uit.
Hoeveel virus uitscheiding ligt aan immuunstatus.
hoe kan het dat hetzelfde virus bij eenden/ganzen minder pathogeen zijn dan bij kippen, kwartels, zwanen?
Bij de ene vogel kan het virus makkelijker aanhechten op bepaalde receptoren (in verschillende locaties in het lichaam).
Waar is AI van afhankelijk?
- seizoen
- heel snel verloop
- meerdere dieren geïnfecteerd
Welke procedures moeten worden gevolgd door een dierenarts bij verdenking op of bevestiging van aviaire influenza?
Aviaire influenza is aangifteplichtig. Dus moet gemeld worden bij de NWVA. NVWA neemt anamnese af.
NVWA voert vervolgens verdere diagnostiek uit op bedrijf of praktijk.
diagnostiek AI
- Bloed = serologie (AL) via ELISA of Haemagglutinatie test of virusneutralisatietest.
- Cloaca-/keelswab = RT-PCR (op klievingsplaats van H of virus isolatie (op eieren; daarna verdere typering van virus)
therapie AI (mens)
Griepvaccinatie halen.
Antivirale middelen = oseltamivir (Tamiflu) en zanamivir (Relenza) beschikbaar in NL.
Welke andere diersoorten op de kinderboerderij zijn gevoelig voor deze vorm van vogelgriep?
Behalve mensen, ook (andere) vogels, varkens, paarden, fretten, katten, muizen en cavia’s kunnen besmet raken.
Welke preventieve maatregelen moeten worden genomen om transmissie van aviaire influenza van dier naar dier, maar ook van dier naar mens te voorkomen?
- Bedrijf moet geruimd worden, zodra aviaire influenza is geconstateerd.
- Ophokplicht
- DIVA marker vaccin
2 type AI
- Hoog pathogeen AI = veel sterfte; systemisch ernstige verschijnselen (diarree, luchtweg-/zenuwproblemen, ontstekingen).
- Laag pathogeen AI = milde verschijnselen; luchtwegproblemen
veranderingen virus AI
- antigene shift
- antigene drift