Multiple choice: H4, H5 & H6 Flashcards

1
Q
  1. Hoeveel knoppen blijven er over bij korte snoei?
    a) 2 - 3
    b) 4 - 7
    c) 8 – 20
A

a) 2 - 3

Lange snoei: 8 - 20

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q
  1. Wat is een kloon?
    a) Kruising van 2 Vitis vinifera-druiven
    b) Genetische mutatie van een ouderdruif
    c) Kruising van een Vitis vinifera-druif en een andere Vitis-druivensoort
A

b) Genetische mutatie van een ouderdruif

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q
  1. Welk deel van de wijnstok is een cordon?
    a) Nieuwe scheuten
    b) Arm van permanent hout
    c) De knoppen
A

b) Arm van permanent hout

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q
  1. Wat is de traditionele behandeling voor valse meeldauw?
    a) Spray op zwavelbasis
    b) Spray op koperbasis (Bordeaux-mengsel)
    c) Wijnstokken moeten worden gerooid
A

b) Spray op koperbasis (Bordeaux-mengsel)

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q
  1. Wat zijn nematoden?
    a) Een schimmelziekte die houdt van vochtige omstandigheden
    b) Microscopische wormen die de wortels van een wijnstok vastmaken
    c) Een wortelluis met een zeer complexe levenscyclus die de wijnstok kan vernietigen
A

b) Microscopische wormen die de wortels van een wijnstok vastmaken

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q
  1. Wat is de definitie van een land/continentaal klimaat?
    a) Koele tot gematigde temperaturen met een laag jaarlijks verschil
    b) Grootste verschil tussen de warmste en koudste maanden
    c) Laag temperatuurverschil tussen seizoenen met warme, droge zomers
A

b) Grootste verschil tussen de warmste en koudste maanden

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q
  1. Wat wordt veroorzaakt door dezelfde schimmel als Grijze Rot
    a) Valse meeldauw
    b) Echte meeldauw
    c) Noble Rot
A

c) Noble Rot

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
8
Q
  1. Welke is de meest effectieve oplossing om druiven tegen vogels te beschermen?
    a) Vogelverschrikkers
    b) Netten
    c) Hekwerk
A

b) Netten

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
9
Q
  1. Hoe kan een druiventeler tussen de seizoenen het beste overschakelen naar een andere variëteit?
    a) Positionering van verticale opnamen
    b) Omenten
    c) Vervangend snoeien van riet
A

b) Omenten

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
10
Q
  1. Wanneer vindt bloei en vruchtzetting plaats op het noordelijk halfrond?
    a) maart - april
    b) mei - juni
    c) juli - september
A

b) mei - juni

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
11
Q
  1. Wat is er nodig om fotosynthese te laten plaatsvinden?
    a) Zuurstof en glucose
    b) Zonlicht gecombineerd met CO2 en water
    c) Zonlicht gecombineerd met zuurstof en glucose
A

b) Zonlicht gecombineerd met CO2 en water

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
12
Q
  1. Welke van de volgende zaken helpt niet om vorst te bestrijden?
    a) Druppelirrigatie
    b) Sprinklers
    c) Windmachines
A

a) Druppelirrigatie

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
13
Q
  1. Een warm klimaat heeft een temperatuurbereik van:
    a) 16,5 ° C - 18,5 ° C
    b) 18,5 ° C - 21 ° C
    c) Hoger dan 21 ° C
A

b) 18,5 ° C - 21 ° C

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
14
Q
  1. De filosofie dat de wijngaardcyclus verbonden is met de lucht en andere planeten maakt deel uit van:
    a) Duurzame landbouw
    b) Biologische landbouw
    c) Biodynamische landbouw
A

c) Biodynamische landbouw

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
15
Q
  1. Watergevaren in een wijngaard omvatten niet:
    a) een droogte
    b) Overmatig water
    c) Bewolking
A

c) Bewolking

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly