boekhoofdstuk 2 Flashcards
(7 cards)
1
Q
de actualiserende neiging
A
organismen willen voortdurend hun potentieel actualiseren, zelfs onder ongunstige omstandigheden
2
Q
kernomstandigheden
A
- congruentie
- onvoorwaardelijke positieve waardering
- empatisch begrip voor het referentie kader van de cliënt
3
Q
congruentie
A
- staat van heelheid en integratie binnen de therapeut
- aangenomen dat congruentie voortkomt uit zelfacceptatie en positieve zelfbeeld van therapeut
- geeft de cliënt de kwaliteiten van echtheid en transparantie
4
Q
onvoorwaardelijke positieve waardering
A
- gevoelens van warme zorg en acceptatie van de cliënt
- je moet als therapeut je eigen denkwijze achter je laten bij de ontmoeting met een cliënt en zijn belevingswereld
5
Q
empatisch begrip voor het referentie kader van de cliënt
A
gevoelig zijn voor de veranderende gevoelens en emoties die de ander ervaart
6
Q
non-directieve houding
A
- respect en persoonlijke openheid naar cliënt toe
- hij doet zijn uiterste best om in de huid te kruipen van de cliënt, therapeut geen tijd om te diagnosticieren
7
Q
3 categoriën werden niet sterker aangepakt of versterkt door huiswerk
A
- seksueel misbruik
- leerstoornissen
- wanen en hallicunaties