2.8 Longembolie Flashcards

1
Q

Wat is een longembolie?

A

Een stolsel(vorming) in de takken van de longslagader. Ze zijn daar gevormd of ze komen vanuit de benen

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

Wat zijn de risicofactoren van een longembolie?

A

Er zijn sterkere en minder sterkere risicofactoren
Sterk:
- Myocardinfarct (<3 maanden)
- Eerdere VTE
- Geopereerde knie of heup (immobilisatie)
- Fractuur onderste extremiteit

Matig:
- Pneumonie/infectie
- Maligniteit
- Postpartum (bevalling)

Zwak:
- Obesitas
- Diabetes Mellitus/Hypertensie
- Bedrust >3 dagen

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

Wat zijn de klachten van een longembolie?

A

Het is aspecifiek
- Kortademigheid
- Pijn bij het ademen
- Koorts
- Beetje bloed ophoesten

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

Hoe wordt de diagnose voor een longembolie vastgesteld?

A
  • WELLS score
  • YEARS beslis regel
  • Leeftijd-afhankelijke D-dimeer -> Moet binnen 24 uur besteld worden
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

Wanneer is volgens de WELLS scoren een longembolie waarschijnlijk?

A

Boven de 4 gekeken naar:
- Hoge HF
- Klinische tekenen van DVT
- Immobilisatie/chirurgie recent
- Hemoptoë
- Maligniteit
- Eerdere longembolie of DVT
- Alternatieve diagnose onwaarschijnlijk

Er wordt nu een CT-scan gemaakt (om het aan te tonen door contrast wat gegeven wordt)

Als de 4 punten niet worden behaald wordt er een D-dimeer test gedaan waarbij boven 0,5 ook een CT-scan wordt gemaakt

Verdenking LE -> Klinische beslisregel >4 -> CT
Verdenking LE -> Klinische beslisregel <4 -> D-dimeer >0.5 -> CT
Verdenking LE -> Klinische beslisregel <4 -> D-dimeer <0.5 -> Naar huis

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

Van welke 3 factoren gaat de YEARS beslisregel uit?

A
  • Hemoptoe
  • Klinische tekenen van DVT
  • Longembolie meest waarschijnlijke diagnose

Als er sprake is van 1 van deze factoren wordt er een D-dimeer bepaling gedaan. Als deze >0,5 is wordt er een CT-scan gemaakt

Zijn deze factoren niet aanwezig wordt er alsnog een D-dimeer test gedaan. Als deze >1 is, wordt er een CT-scan gemaakt

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

Wat is het grootste verschil tussen de WELLS score en de YEARS beslisregel?

A

Bij de YEARS beslisregel wordt er altijd een D-dimeer bepaald

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
8
Q

Hoe wordt een longembolie in de acute situatie gediagnosticeerd?

A

Door een Echo

Er wordt gekeken of de rechter harthelft is getroffen door de Pulmonale Hypertensie (PH)

Als het niet kritiek of acuut is wordt er naar de CT-score gekeken

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
9
Q

Wat is de leeftijd afhankelijke D-dimeer?

A

0,01 * leeftijd (Wanneer de leeftijd boven de 50 is)

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
10
Q

Hoe lang duurt een behandeling?

A
  • Idiopathische longembolie: Onbepaalde tijd (>3 maanden)
  • Embolie met voorbijgaand risicofactoren: 3 maanden
  • Eerdere longembolie of levensbedreigende situatie: Voor altijd
  • Longembolie met maligniteit: 6 maanden LMWH of DOAC
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
11
Q

Wat is de standaard antistolling voor een longembolie?

A

DOAC’s:
- Apixaban (Factor Xa remmer)
- Rivaroxaban (Factor Xa remmer)
- Edoxaban (Factor Xa remmer)
- Dabigatran (Factor II remmer)

Halfwaardetijd is afhankelijk van de nierfunctie

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
12
Q

Met wat mag DOAC worden gecombineerd?

A

Met Heparine

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
13
Q

Hoelang voor een operatie mag er geen antistolling meer gegeven worden?

A

24 uur bij een kleine operatie
Minimaal 24 uur bij een grote operatie

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
14
Q

Wat is de antidota en waar dient het voor?

A

Het is de idarucizumab
Heel duur middel

Kunnen de werking van DOAC (dabigatran) tegengaan. Wordt alleen met nood ingezet

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
15
Q

Wat laat de HESTIA studie zien?

A

Of mensen binnen 24 uur na het krijgen van een longembolie naar huis konden. Mensen met hemodynamische instabiliteit mochten dit niet

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
16
Q

Hoe kan een longembolie leiden tot een shock?

A

Longembolie kan leiden tot een shock doordat de druk in de rechter harthelft zal toenemen vanwege een toegenomen afterload.

De wanden gaan hypertroferen en dilateren. De wandspanning zal toenemen waardoor ook de zuurstofconsumptie toeneemt

De contractiliteit van het RV zal afnemen, eveneens de output van het RV. Hierdoor krijgt de LV natuurlijk te weinig bloed (verlaagde preload) waardoor de CO zal dalen. De organen worden nu minder goed doorbloed en dit kan leiden tot een cardiogene shock en overlijden

17
Q

Wanneer hebben mensen een hoog mortaliteitsrisico door een longembolie?

A
  • Disfunctie rechter harthelft (8%)
  • Lage Bloeddruk (15%)
  • Shock (25%)
  • Reanimatie (65%)
18
Q

Wat wordt er bij mensen gedaan met een hoog risico op mortaliteit?

A

Trombolyse geven: alleen als patiënt hemodynamisch instabiel is (Lage BD of in shock)

Niet geven als de patiënten een gedilateerde rechter ventrikel hebben -> Hogere kans op bloedingen

Kans op massale bloeding dus alleen bij (ernstig) lage BD of mensen in shock

Alternatief van trombolyse (Bijv. als patiënt net is geopereerd) dan kan er ook een chirurgisch ingreep of een katheter embolectomie gedaan

19
Q

In welke 3 risicogroepen worden mensen met een longembolie verdeeld?

A

Hoog risico: Shock (hemodynamisch instabiel)

Intermediate groep:
- Intermediate High Risk: Rijke rechter ventrikel en gestegen hartenzymen
- Intermediate Low Risk: Wijde rechter ventrikel Of gestegen hartenzymen

Laag risico: Volgens HESTIA naar huis

20
Q

Wanneer wordt een katheterfragmentatie gedaan?

A

Stolsels worden nu weggehaald

Wordt gedaan als:
- Trombolyse geen effect had
- Iemand geen trombolyse mag gebruiken (ondanks hoog risico groep)
- Geen tijd voor trombolyse

21
Q

Wanneer wordt een embolectomie uitgevoerd?

A

Als er geen trombolyse gebruikt kan worden of als hier geen tijd meer voor hier

Brengt veel risico’s met zich mee en wordt dus afgeraden

22
Q

Wanneer is er last van bij een chronische longembolie?

A

Longembolie > 3 maanden
- Gedilateerde rechterventrikel
- Toegenomen dode-ruimte ventilatie

23
Q

Wat is de pulmonale hypertensie en wat is CTEPH?

A

Te hoge druk in de longslagader waardoor de rechterventrikel gaat hypertroferen. Kan komen door 5 verschillende groepen

Groep 4 is CTEPH. Volgens de Pulmonale Hypertensie classificatie komt het dan door de chronische longembolie

24
Q

Hoe wordt een CTEPH behandeld?

A
  • Pulmonale (Trombo)Endartectomie (PTE): Stolsel wordt met binnenwand verwijderd
  • Bronchopulmonale angioplastiek (BPA): Dotteroperatie
  • Longtransplantatie
  • Er wordt trombolyse gegeven! -> De stolsels zijn niet meer op te lossen
25
Q

Wat is CTEPH?

A

Pulmonale Hypertensie door chronische longembolie

Na >3 maanden antistolling

26
Q

Hoe wordt een Pulmonale Hypertensie gediagnosticeerd?

A

Er wordt eerst een perfusiescan gemaakt
Als deze afwijkend is wordt er een CT of Pulmonalisangiografie gedaan

Perfusiescan is meest makkelijke en gevoelige onderzoeksvorm voor LE (Happen in perfusiescan bewijzen LE)

Hierna wordt het nog besproken in een multidisciplinair team inclusief ervaren chirurgen (om chirurgisch ingreep te kunnen doen)

27
Q

Wat is PESI?

A

Een score om mee uit te rekenen of er een verhoogd risico is op mortaliteit/complicaties

28
Q

Wat toont de PEITHO trail aan?

A

Dat trombolyse geven aan de intermediate high risk groep geen verbetering oplevert. Het zorgt wel voor sneller opnamen, maar mensen krijgen ook sneller bloedingen dus dit compenseert wel

29
Q

Welke medicaties worden bij Pulmonale Hypertensie gegeven?

A

Er wordt medicatie gegeven als:
- Overbrugging is naar PTE
- Bij inoperabele CTEPH
- Bij residuele Pulmonale hypertensie na PTE

Chirurgie blijft wel de eerste keuze
Onduidelijke plaats en er zijn nog wel studies nodig

30
Q

Wat is Corpulmonale?

A

Longaandoening (emfyseem of COPD)

Hierdoor ontstaat er pulmonale hypertensie en longproblemen door hartfalen

31
Q

Wat is BPA?

A
  • Nieuwe ontwikkeling (dezelfde centra als PTE)
  • Geen genezing -> Beeld wordt verbeterd
  • Diverse sessies nodig
  • Selectie van patiënten is belangrijk (Technisch inoperabele patiënten)