Les 30 - Las lanzas Flashcards
(46 cards)
1
Q
de schilderkunst
A
la pintura
2
Q
geboren worden
A
nacer
3
Q
sterven
A
morir
4
Q
het schilderij
A
el cuadro
5
Q
de afmeting
A
el tamaño
6
Q
waar, werkelijk
A
real
7
Q
bewonderen
A
admirar
8
Q
schilderen
A
pintar
9
Q
herdenken
A
conmemorar
10
Q
de overwinning
A
la victoria
11
Q
het leger
A
el ejército
12
Q
plaatsvinden
A
ocurrir
13
Q
overhandigen
A
entregar
14
Q
beroemd
A
célebre, famoso/-a
15
Q
het gebaar
A
el gesto
16
Q
uitdrukken
A
expresar
17
Q
overwinnen
A
vencer
18
Q
de hoofdpersoon
A
el protagonista
19
Q
beide
A
ambos/ambas
20
Q
zich bevinden
A
situarse
21
Q
de kante, de zijde
A
el lado
22
Q
weerskanten
A
ambos lados
23
Q
loodrecht / verticaal
A
verticalmente
24
Q
schuin
A
el diagonal
25
eenvoudig
sencillo/a
26
de groep
el grupo
27
beginnen bij
partir de
28
eindigen
cerrarse
29
van de rechter kant
el de la derecha
30
rechtstreeks
directamente
31
de toeschouwer
el espectador
32
het midden
el centro
33
de opening
la apertura
34
laten, toestaan
permitir
35
het landschap
el paisaje
36
de achtergrond
el fondo
37
de wolk
la nube
38
de rook
el humo
39
Vlaanderen
Flandes
40
de ets
el grabado
41
het werk, het oeuvre
la obra
42
de schilder
el pintor
43
Vlaams
flamenco
44
beschrijven
describir
45
de topografie
la topografía
46
het terrein
el terreno
