1.5 Farmacotherapie bij de Ziekte van Parkinson Flashcards

(10 cards)

1
Q

Wat zijn de oorzaken van Parkinson?

A
  • Idiopathisch/iatrogeen
  • Verlies dopaminerge neuronen in nigrostriatale zenuwbanen (Substantia nigra -> Corpus striatus)
  • Symptomen als 7-80% van de neuronen kapot is (Meestal rond de 60ste levensjaar)
  • Verstoring balans dopamine/acetylcholine
  • Behandeling -> Symptomatisch
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

Wat is het effect van anticholinergica bij patiënten met Parkinson?

A
  • Vooral gunstig effect op de tremor
  • Oud -> Ankaloïden
    -> Veel bijwerkingen (Obstipatie, droge mond, mydriasis, verslapping blaassphincter)
  • Nieuw -> Synthetisch (Orfenadrine, trihexyfenidyl)
    -> Voornamelijk centraal werkzaam, dus minder perifere bijwerkingen
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

Hoe zit het met amantadine bij Parkinson?

A

Amantadine is synthetisch
- Antiviraal middel dat tevens als glutamaat (NDMA) receptor antagonist fungeert
- Voordeel -> Snel effect, vooral op rigiditeit en akinesie

Nadeel:
- Na 8-9 maanden utigewerkt
- Misselijkheid
- Anticholinergische + Centrale effecten
- Veroorzaakt livedo reticularis (Vlekkerig uitslag op de benen)

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

Wat is L-dopa en de voor- en nadelen hiervan?

A

Levodopa
- Precursor van dopamine
- Combinatie met decarboxylare remmer

Bijwerkingen perifeer:
- Misselijkheid
- Anorexie
- Hypotensie
- Hartritmestoornissen

Bijwerkingen centraal:
- Dyskinesie
- On-off fenomeen
- Hallucinaties
- Opwinding
- Nachtmerries

Probeer het plasmaspiegel zo constant mogelijk te houden

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

Wat zijn de kenmerken van apomorfine?

A
  • D2-receptor agonist
  • Braakmiddel (Combineer met motilium)
  • Werkt zeer snel (<15 minuten) bij off-periode
  • Verbetert vooral rigiditeit en tremor
  • Eventueel nasale of subcutane toediening
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

Wat zijn de bijwerkingen van D2 agonisten?

A
  • Misselijkheid en braken
  • Hypotensie
  • Centraal -> Verwardheid, hallucinaties
  • Retroperitoneale fibrose bij chronische toepassing (Zeldzaam)
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

Wat zijn de kenmerken van een MAO-remmer (Selegiline)?

A
  • Verhoogd dopamine concentratie
  • Effectief bij MPTP geïnduceerde Parkinson
  • Bijwerkingen -> Hallucinaties, slapeloosheid, misselijkheid en bloeddrukschommelingen
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
8
Q

Wat zijn de voordelen van een D2-agoniste ten opzichte van levodopa?

A
  • Langere halfwaardetijd
  • Minder fluctuaties in de bloedspiegels
  • Minder last van on-off fenomeen en dyskinesie
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
9
Q

Wat zijn de nadelen van een D2-agonist ten opzichte van levodopa?

A

Minder effectief betreffende de rigiditeit en hypokinesie

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
10
Q

Wat zijn de kenmerken van een COMT-remmer?

A

Entacapone remt omzetting van L-dopa in 3-methody-4-hydroxy-L-fenylalanine waardoor halfwaardetijd van L-dopa omhoog gaat

Combineer met een decarboxylaseremmer

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly