2.5 Het Geheugen Flashcards
(6 cards)
Welke soorten geheugen zijn er?
Declaratief:
- Episodisch geheugen
- Feiten/semantish geheugen
- (Temporaalkwab/hippocampus)
Niet-declaratief:
- Procedureel (Striatum)
- Priming (In de neocortex)
- Associatief (Conditionering)
- Skeletspier (Cerebellum)
- Emotioneel (Amygdala)
Wat is het tijdspatroon bij het declaratief geheugen?
1) Inmediate geheugen -> Fractie-seconde
- Prefrontaal
2) Werkgeheugen: Seconde-minuten
- Prefrontaal
3) Intermediate geheugen: Minuten-uren
- Hippocampus
4) Langetermijngeheugen: Dagen
- Hippocampus
5) Remote geheugen: Weken, maanden, jaren
- Cortex
6) Forgetting
Al deze processen moeten worden afgelegd voordat er bij het remote geheugen wordt aangekomen
Wat doet de hippocampus?
Alle informatie (Visuele informatie, auditieve informatie, motorische informatie, reuk informatie etc.) komt binnen bij de hippocampus en deze koppelt de informatie aan elkaar
Wanneer iets herhaalt wordt, ‘Stapt de hippocampus weg’ en gaan de visuele/auditieve/reuk/motorische schors, niet meer met de hippocampus ‘praten’, maar met elkaar. Het gaat elkaar leren kennen en het wordt dan herkend
Het is belangrijk voor de overstap van werkgeheugen (Inmediate) naar remote geheugen
Wat zijn de verschillende stappen die doorlopen worden van het inmediate geheugen naar remote geheugen?
- Inmediate geheugen naar werkgeheugen -> Acquisitie
- Van werkgeheugen naar intermediate geheugen -> Encoding (Eiwitmodificatie)
- Van intermediatie geheugen naar langetermijngeheugen -> Consolidatie (Eiwitsynthese). Hiervoor is er slaap nodig
Hoe wordt het proces van ‘vergeten’ voorkomen?
Door te herhalen
Wat gebeurd er in de hippocampus (Lange termijn potentiatie)?
- Lange termijn potentiatie -> Basis voor leren in de hippocampus
- AMPA receptor -> Laat Na in de cel
- NMDA receptor -> Laat Ca in de cel
1) 2 cellen worden actief (Nieuwe informatie en informatie die de cel al kent)
2) Depolarisatie
3) NMDA gaat open - Het is een coincidentie receptor: Herkent als 2 cellen op hetzelfde moment actief zijn
4) Ca de cel in
5) Ca bindt CAMK2
6) CAMK2 activeert zichzelf door autofosforylering (Eiwitmodificatie)
7) Actief CAMK2 zorgt voor meer AMPA receptoren (Eiwitsynthese)
8) Volgende keer (Bij herhaling) komt er meer Na in de cel (Depolarisatie). Hierdoor worden dezelfde processen getriggerd
LTP -> Synaps wordt versterkt, vuurfrequentie wordt hoger