HC 14.4: Hepatitis C: een behandelbare infectieziekte? Flashcards
(44 cards)
het hepatitis C virus is een klein virus, dat opgebouwd is uit RNA. zo is bijv. het hepatitis B virus een DNA virus. door dit verschil is het hepatitis B virus in staat om zich in te bouwen in het menselijke DNA.
het hepatitis C virus zwemt rond in het cytoplasma van de hepatocyt en als je die hepatocyt kapot maakt, of je blokkeert het virus, dan gaat de ziekte over.
in de loop van de jaren ‘80 is het hele genoom van het hepatitis C virus ontrafeld en werd bekend welke RNA fragmenten van belang zijn voor de productie van enzymen van eiwitten, die er voor zorgen dat het virus zich kan repliceren.
–> daar heeft de farmaceutische industrie zich op gestort en uiteindelijk was het mogelijk om iedere stap in dat replicatieproces te remmen en ontstond langzaam maar zeker een hele effectieve therapie
het hepatitis C virus kennen we nog niet heel lang. wanneer is het virus ontdekt?
- 1989
- de mensen die het ontdekt hebben, hebben daarvoor ook de Nobel prijs gekregen
- het virus was, voordat het ontdekt was, bekent als het ‘non-A non-B hepatitis’
- het virus is waarschijnlijk voor het eerst opgedoken rond 1900. en toen is er een enorme verspreiding geweest tijdens de eerste wereldoorlog
HCV wereldwijd:
- we denken dat wereldwijd ongeveer 71 miljoen mensen een HCV infectie hebben
- (hepatitis B komt ongeveer 10 keer zo veel voor)
- per jaar komen er ongeveer 1-2 miljoen nieuwe infecties bij
- er zijn gebieden waar het vrij veel voorkomt, zoals delen van Afrika en Azië en Zuid-Amerika
- in andere gebieden komt het heel weinig voor, zoals in Noord-Amerika, Europa en Rusland
–> vooral in armere landen komt het veel voor
–> de incidentie van Hepatitis C is erg afhankelijk van de rijkdom in een land en de kwaliteit van de gezondheidszorg
HCV in Europa:
- in Europa komt HCV wel voor, maar de incidentie ligt laag
- in Nl ligt de incidentie heel erg laag, misschien wel het land waar het het minst voor komt
- ca. 0,2% van de populatie in Nl heeft een HCV infectie
- dus ca. 36.000 patiënten in Nl
- in Italië is de incidentie dan weer vrij hoog binnen Europa
- maar ook in landen als Polen, Bulgarije, Roemenië, is er een incidentie die oploopt tot 10%
HCV is een virus dat zich heel snel repliceert. dat heeft er toe geleid dat overal ter wereld andere genotypes zijn ontstaan. dat betekent dat er essentiële verschillen zijn in de RNA opbouw tussen die virussen.
- in Nederland hebben we vooral genotype 1a en 1b en 3
- in Japan vooral genotype 1b
- in India hebben ze vooral genotype 3
het gebruiken van iv drugs is een belangrijke transimissie route van HCV.
voordat het virus was ontdekt, werd het ook overgedragen door bloedtransfusies, maar tegenwoordig dus niet meer omdat daar op gescreend word.
de etiologie = blood tot blood contact:
- iv drugs gebruik (en dan de naald meerdere keren gebruiken door verschillende mensen)
- bloed (product) transfusie
- naald/prik accident
- tattoo’s (maar in Nl hele kleine kans)
- verticale transmissie (4%) (van moeder naar kind bij de geboorte)
- sexuele transmissie (<1%) (alleen bij mannen die seks hebben met mannen en die vaak al een andere SOA hebben)
voor de jaren 1992 is meer dan de helft van de patiënten met hemofylie besmet geraakt met het HCV.
deze mensen hebben namelijk stollingsfactoren nodig en die worden gemaakt uit gekoeld donorbloed.
–> en omdat de overdracht van HIV hetzelfde is als HCV, heeft ook meer dan de helft van de hemofylie patiënten HIV gekregen door de bloedtransfusies
het hepatitis C virus deelt heel erg snel. binnen 1 dag worden 10^12 virusdeeltjes/virussen gevormd.
lab onderzoek bij verdenking op HCV infectie:
- ALAT en ASAT aanvragen –> is heel erg non-specifiek, maar het geeft wel een indicatie van of er een ontsteking aan de gang is in de lever
- je kan een titer van de antistoffen aanvragen, de anti-HCV IgG. vrijwel iedereen vormt IgG antistoffen, ook mensen met een chronische infectie. het geeft dus alleen aan of je ooit in contact bent gekomen met het virus. het geeft niet aan of je genezen bent.
- om te weten of iemand een actieve infectie heeft, moet je het HCV RNA bepalen
Hepatitis C is een leverontsteking net als andere leverontstekingen.
het geeft een hepatitis, een acute ontsteking die in 1 op de 5 gevallen spontaan geneest.
80% van de mensen houdt er een chronische infectie aan over.
- 80% van de mensen met een chronische infectie heeft een stabiele ziekte/hepatitis
- maar 20% van de mensen met een chronische infectie ontwikkelt een cirrose
- en die mensen met cirrose kunnen achteruit gaan
–> die kunnen decompensatie ontwikkelen, dus krijgen gedecompenseerde leverziekten
–> ze krijgen ook HCC, leverkanker
—> en die mensen overlijden uiteindelijk ongeveer 20 jaar na de infectie
mannen die een chronische HCV infectie hebben, doen het slechter dan vrouwen.
mannen ontwikkelen vaak 10-15 jaar eerder cirrose dan vrouwen.
genotype van HCV en prognose:
- genotype 3 doet het slechter dan de andere genotypes
- en dat heeft er mee te maken dat het HCV een wat diabetogeen effect heeft, waar je dus suikerziekte van krijgt
- en het effect van genotype 3 hierop is krachtiger dan de andere genotypen
risicofactoren voor snelle ontwikkeling van cirrose bij HCV infectie:
- man
- alcohol gebruik
- HCV genotype 3
- leververvetting
- obesitas
- op latere leeftijd de infectie krijgen
- een co-infectie met HIV of HBV
acute HCV infectie:
- als een normale lever geïnfecteerd wordt met het HCV virus, dan merk je daar meestal niks van
- een aantal mensen heeft wel wat vage klachten, zoals moeheid, malaise en soms zien mensen even kort geel (icterus)
- het is belangrijk als mensen vage klachten hebben, om uit te vragen wanneer de infectie waarschijnlijk heeft plaatsgevonden
- het HCV RNA is in het begin van de besmetting namelijk nog negatief
- pas vanaf dag 14 kan je op het HCV RNA testen
- het IgG zal altijd positief zijn, zowel bij mensen met een acute infectie als bij mensen die een chronische infectie hebben
–> maar over het algemeen merk je er dus niks van, van de infectie
het Hepatitis C virus kan ook extra-hepatische symptomen/uitingen geven/hebben. (dat is onafhankelijk van het beloop):
- zo kan je een nefritis krijgen
- of bijv. huidproblemen.
- er is een heel scala aan aandoeningen die je kan krijgen
- je kan er zelfs depressie van krijgen
chronische HCV infectie:
- je begint met een normale en gezonde lever
- langzaam krijg je celverval, de hepatocyten worden vervangen door littekenweefsel. dan krijg je in eerste instantie brugvorming
- en uiteindelijk krijg je de formatie van een levercirrose
–> en die levercirrose willen we voorkomen, omdat als je eenmaal cirrose hebt, de kwaliteit van leven een stuk slechter wordt
klachten die je kan krijgen wanneer je levercirrose hebt:
- vermoeidheid
- gynaecomastie
- erythema palmare
- caput medusae (portale hypertensie)
- spider naevi
- tandvleesbloedingen
wanneer je een cirrose hebt in de lever, dan kun je decompensatie verschijnselen krijgen of HCC.
–> de mensen die dit ontwikkelen, zijn de mensen die in aanmerking komen voor een Levertransplantatie
- want doe je geen Ltx, dan krijgen mensen leverfalen
- mensen krijgen toenemende icterus, ascites, slokdarmbloedingen of ontwikkelen dus leverkanker
in het begin was de medicatie voor HCV heel erg duur. daarom maakten we onderscheid tussen mensen met veel afwijkingen en mensen met weinig afwijkingen. dat deden we op grond van de leverbiopsie.
daarbij werd de hoeveelheid fibrose gescoord volgens de Metavir score:
- alleen mensen met ernstige fibrose, stadium F3 en F4 kwamen dan in aanmerking voor medicatie
- zo’n behandeling kon namelijk wel 100.000 - 120.000 euro kosten
tegenwoordig kost een behandeling ongeveer 27.000 euro.
we zijn tegenwoordig ook overgestapt van de leverbiopsie naar een minder invasieve methode om de schade in de lever te bepalen. dat heet de Fibroscan:
- de Fibroscan is een apparaat dat is gebasseerd op echografie
- het geeft een tikje tegen de huid, wat wordt voortgeplant als een trilling in de lever
- en de snelheid waarmee die trilling door de lever heen gaat, bepaalt de mate van fibrose
- hoe harder de lever, hoe meer fibrose, hoe sneller de trilling door de lever gaat en des te hoger de uitkomst
het Hepatitis C virus is een beetje een raar virus. het heeft dus veel extra-hepatische uitingen:
- extra-hepatische manefestaties worden gezien in tot wel 74% van de gevallen
- en die extra-hepatische manefestaties hebben een negatieve impact op de kwaliteit van lever
- voorbeelden:
- depressie
- vasculitis
- nierfunctiestoornis
- diabetes mellitus
- cardiovasculaire events/ hart- en vaatziekten
- maligne lymfomen
de sterfte onder mensen die bij een HCV infectie een extra-hepatische manifestatie hebben, is hoger dan bij mensen die dat niet hebben.
wereldwijd gaan er ongeveer 400.000 mensen per jaar dood aan HCV.