Inf&Imm: ZSO 6 (deel 1) Flashcards
Aangeboren immuunsysteem (21 cards)
moleculaire barrières van het aangeboren IS
- Interferonen
- Complementsysteem
Aangeboren IS: snel/traag
snel, enkele minuten
Detectie van pathogenen
PRR’s herkennen PAMPs en DAMPs.
Voorbeeld van een PAMP
LPS dat aanwezig is in het buitenmembraan van gramnegatieve bacteriën.
Huid als barrière
Dichte buitenlaag van dode keratinocyten voorkomt dat MO die op de huid leven doordringen in diepere weefsels.
In diepere huidlagen bevinden zich levende keratinocyten:
- Onderdeel aangeboren IS
- Scheiden cytokinen af als ze beschadigd geraken
- Ontsteking opwekken
Luchtwegen als barrière
- Bovenste deel: mucociliaire roltrap, MO kunnen verwijderd worden richting de mond/keel en zo ingeslikt worden
- Onderste deel: bescherming door oppervlakte actieve-stoffen (pathogeen-bindende eiwitten => collectines)
Bouw collectines
- Lectine-achtige kop
- Collageen-achtige staart
werking collectines
- Kop bindt aan suikers op MO
- Staart bindt aan fagocyten => stimuleert fagocytose
Maagdarmkanaal als barrière
- Lage pH
- Commensale darmflora
- TGF-bèta afgescheiden door darmepitheel
Interferonen en virussen
- Antivirale effecten
- IFN-alfa en -bèta: sterke antivirale effecten
- IFN-gamma: Th1 activeren
Wie produceert Type I IFN’s
- Cellen in frontlijnweefsels => epitheelcellen die de darm bekleden
- Dendritische cellen (APC)
Wanneer worden type I interferonen geproduceerd?
- Reactie op niet-specifieke verwondingen.
- APCs produceren dit als reactie op infectie.
Werking interferonen
- Primaire infectie door een virus.
- De geïnfecteerde cellen produceren Type I interferonen.
- Interferonen zorgen ervoor dat de infectie verspreidt van cel tot cel.
- NK-cellen worden geactiveerd. Ze breken geïnfecteerde cellen af.
- APC cellen worden geactiveerd, T-cellen (CTLs) kunnen ook geïnfecteerde cellen doden.
Componenten van het complementsysteem
C1-C9
3 verschillende pathways waarop de complementcascade geactiveerd kan worden
- Lectine
- Klassiek
- Alternatief
Lectine pathway
- Mannan-bindend lectine bindt via het lectine-deel aan koolhydraten aanwezig op bacteriën.
- Collageen-achtige domein activeert C2 en C4 die samen 100 moleculen C3 activeren.
klassieke pathway
- C1 bindt aan het Fc-deel van het antigeen-antilichaam-complex.
- C2 en C4 worden geactiveerd.
- C3 wordt geactiveerd.
Alternatieve pathway
- C3 is instabiele en ondergaat voortdurend spontane activatie op de celoppervlakken
complementremmers op het celoppervlak
- Normaal: complementremmers voorkomen spontane activatie van C3
- Pathogeen: geen complementremmers op oppervlak
Gevolg mutatie in membraangebonden-complementinhibitors
- Atypisch hemolytisch-uremisch syndroom
- Ongecontroleerde activatie van C3 op het oppervlak van endotheelcellen en bloedplaatjes
- Trombusvorming