Inf&Imm: ZSO 6 (deel 8) Flashcards

(16 cards)

1
Q

2 mogelijk uitkomsten als een NK cel een viraal geïnfecteerde cel tegenkomt

A
  • Negatief signaal door inhiberende receptor omdat er MHC in voldoende mate aanwezig is, de cel wordt niet gedood
  • Positief signaal door activerende receptor door verminderde MHC-expressie , de cel wordt gedood
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

kunnen cellen door CTLs gedood worden als ze geen MHC-expressie hebben

A

nee, dan gaan de NK-cellen die doden

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

lijken de cytotoxische mechanismen van NK cellen op die van CTLs

A

Ja, is gewoon hetzelfde

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

NK-cellen expresseren en secreteren

A
  • Perforine
  • Granzyme
  • Fas-ligand
  • Immuunregulerende cytokinen: IFN-gamma
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

functie IFN-gamma bij celdoding door NK-cellen

A
  • Maximaliseert de expressie van MHC door normale cellen.
  • Verhoogt de NK-cel activiteit
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

Welke moleculen kunnen apoptose induceren

A
  • Perforine
  • Granzyme
  • Fas-ligand
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

Werking perforinen

A
  • In de granula
  • Bij activatie verplaatsen de perforinemoleculen zich naar het oppervlak
  • vorming van een porie in het doelcelmembraan
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
8
Q

Werking granzyme

A
  • Breken eiwitten af in de doelcel
  • Activeren het caspase systeem
  • apoptose
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
9
Q

Fas-L

A

inductor van apoptose

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
10
Q

dodingsproces NK-cel

A
  • NK-cel zet perforinen vrij
  • Perforinen maken een gat in de doelcel
  • Granzymen van de NK-cel gaan de doelcel binnen via het gat gevormd door perforinen
  • Granzymen degraderen enzymen van de doelcel
  • apoptose
  • macrofaag neemt de gedode cel op
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
11
Q

Fas pathway apoptose

A
  • Fas-L bindt aan Fas receptor
  • activatie van caspase-enzymen
  • caspase activeert een specifiek DNAse dat DNA van de doelcel splitst
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
12
Q

effect van Bcl-2 op apoptose in de Fas pathway

A
  • IL-2 signalisatie
  • Verhoogde Bcl-2 levels
  • inhibitie van caspase om apoptose te voorkomen
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
13
Q

grootste verschil apoptose en necrose

A
  • Apoptose: geprogrammeerd
  • Necrose: onbedoelde
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
14
Q

Oorzaken apoptose en necrose

A
  • Apoptose: tijdens ontwikkeling, bij de werking van T-cellen, NK-cellen, …
  • Necrose: bij schade door hitte, chemicaliën, anorexie, infectie
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
15
Q

Proces apoptose en necrose

A
  • Apoptose: DNA wordt gesplitst, membraan blijft intact
  • Necrose: Fragmentatie van celmembraan, inhoud komt vrij
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
16
Q

ontsteking als gevolg bij apoptose en necrose?

A
  • Apoptose: nee
  • Necrose: ja