Inf&Imm_H15 (D4) Flashcards
(12 cards)
1
Q
Type I diabetes mellitus, wat voor overgevoeligheid
A
type IV
2
Q
Type I diabetes mellitus, orgaanspecifiek of niet
A
wel, pancreas
3
Q
Type I diabetes mellitus, genetische voorbeschiktheid
A
- Polymorfisme dat zorgt voor een verlaagde expressie van pancreas-eilandjes antigenen in de thymus
- HLA-DQ2
4
Q
HLA-DQ2
A
- geen aspartaat op positie 57 in de HLA-DQ bèta keten
- verhindert dat de lichaamseigen peptide goed in de groeve past
5
Q
Type I diabetes mellitus, ontstaansmechanisme
A
- Weinig expressie en/of weinig presentatie van pancreas-eilandjes antigenen in de thymus
- Autoreactieve T-cellen geraken de pancreas-eilandjes binnen
- Inactieve Tregs
- Infectie: APC zorgt voor costimulatie voor de autoreactieve T-cellen
- Autoreactieve T-cellen vernietigen de insuline-producerende bèta-cellen
6
Q
coeliakie, wat voor overgevoeligheid
A
Type IV
7
Q
Andere naam coeliakie
A
gluten-enteropathie
8
Q
coeliakie, orgaanspecifiek of niet
A
ja, darm (jejunum)
9
Q
coeliakie, genetische voorbeschiktheid
A
HLA-DQ2
10
Q
coeliakie, overgevoeligheid tegen
A
- exogeen antigeen gliadine
- auto-antigeen tissue transglutaminase
11
Q
coeliakie, ontstaansmechanisme
A
- tTG bindt aan gliadine en maakt glutaminezuurresiduen
- Gliadine kan nu aan HLA-DQ2 binden
- T-cellen die reageren op gliadine helpen B-cellen die reageren op tTG
12
Q
Hoe worden antilichamen tegen tTG opgespoord
A
opsporen van antilichamen tegen het endomysium