DSM Criteria Flashcards

(25 cards)

1
Q

Criteria DSM dementie

A
  • Geheugenstoornis (inprenting of ophalen)
  • ≥1 cognitieve stoornis (afasie, apraxie, agnosie, executieve functie)
  • onafhankelijk functioneren bij alledaagse activiteite
  • Verstoring van sociaal functioneren
  • Geen delier en verworven
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

Criteria DSM Delirium

A
  • Stoornis in bewustzijn
  • Stoornis in cognitie
  • Acute en fluctuerend
  • Gevolg van een ziekte
  • Niet verklaard door andere cognitieve stoornis
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

Criteria DSM depressie?

A
  1. Somber gevoel of verlies van plezier, met 4 of meer van:
    - Slaapproblemen
    - Hypochondrie
    - Schuldgevoel
    - Angst
    - Minder eetlust
    - Libidoverlies
    - Vermoeidheid
    - Suicidaliteit
  2. ≥14 dagen
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

Criteria DSM Gegeneraliseerde angststoornis (GAS)

A
  • 6 maanden of meer
  • Moeilijk te beheersen
  • Buitensporende angst over meerdere domeinen; familie, werk, gezondheid, etc
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

Criteria DSM Psychose

A
  • Hallucinaties
  • en/of wanen
  • en/of gedesorienteerde gedrag
  • en/of gedesorienteerde gedachtes
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

Positieve symptomen psychose?

A
  • hallucinaties
  • wanen
  • onsamenhangende spraak
  • gestoorde gedrag
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

Negatieve symptomen psychose?

A
  • Apathie
  • Anhedonie
  • affectvervlakking
  • sociaal terugtrekgedrag
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
8
Q

Negatieve symptomen schizofrenie?

A
  • apathie
  • anhedonie
  • affectvervakking
  • initiatief verlies
  • spraakarmoede
  • gedachtenarmoede
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
9
Q

Criteria DSM taalstoornis

A
  • Taalniveau beduidend lager dan non-verbaal IQ
  • Interferentie met school/sociaal functioneren
  • Ernstiger dan verwacht bij andere problematiek
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
10
Q

ASS DSM criteria

A

A. Tekorten in sociale communicatie en interactie (alle 3 vereist):
- Tekort in sociaal-emotionele wederkerigheid
- Tekort in non-verbale communicatie
- Tekort in ontwikkelen/onderhouden van relaties

B. Beperkte en repetitieve patronen van gedrag, interesses of activiteiten (minstens 2 van 4):
- Stereotiep gedrag of spraak
- Inflexibiliteit/routines
- Intense beperkte interesses
- Zintuiglijke over- of onderreactiviteit

C. Aanwezig in vroege ontwikkelingsfase
D. Klinisch significante beperkingen in functioneren
E. Niet beter verklaard door verstandelijke beperking alleen

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
11
Q

Criteria DSM spraakstoornis

A
  • Spraakproductie niet passend bij leeftijd/dialect
  • Interferentie met functioneren
  • Ernstiger dan verwacht bij andere problematiek
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
12
Q

Vermijdende persoonlijkheidsstoornis:

A

Angst voor afwijzing

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
13
Q

Cluster A?

A

Paranoide
Schizoide
Schizotypisch

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
14
Q

Cluster B

A

Narsistisch
Histrionische
Borderline
Antisociaal

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
15
Q

Cluster C

A
  • Vermijdend
  • Afhankelijk
  • OCD
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
16
Q

DSM Criteria PTSS

A
  • Psychotrauma
  • Herbeleving
  • Vermijden
  • Negatieve cognitie
  • Verhoogde arousal (alertheid)
17
Q

DSM Criteria Somatische Symtpoom Stoornis

A
  • 1+ lichamelijke klachten
  • disfunctionele gedachten/gevoelens/gedrag
  • klachten ≥ 6 maanden.
18
Q

DSM criteria persoonlijkheidsstoornis

A
  • Inflexibele patroon van gedragingen, dat afwijkt van wat er binnen de cultuur wordt verwacht
  • Komt tot uiting in een breed scala van persoonlijke en sociale situaties
  • Ontwikkelt als adolocent of jongvolwassene
  • Beperkt functioneren
19
Q

melancholische kenmerken

A
  • Vroeg wakker worde
  • Verminderde eetlust
  • Psychomotore remming
  • Agitatie
  • Excessieve schuldgevoelens
  • Ernstige, langdurige somberheid
20
Q

OCD

21
Q

Sociale angststoornis?

22
Q

GAS?

A

Escitalopram (SSRI’s)

23
Q

Wat zijn kernkenmerken van ODD (oppositionele-opstandige stoornis)?

A
  • Boze/prikkelbare stemming,
  • Ruziezoekend/ongehoorzaam gedrag,
  • wraakzucht;

met lijdensdruk of negatieve invloed op functioneren

24
Q

Normoverschrijdendgedrag?

A

Agressie jegens mensen/dieren, vernieling van eigendommen, bedrog/diefstal, ernstige overtredingen van regels; functionele beperkingen

25
Wat zijn kernkenmerken van DMDD (disruptieve-stemmingsdisregulatiestoornis)?
Ernstige driftbuien, disproportioneel en recidiverend, prikkelbare stemming tussen buien door, minstens 3 keer/week, minstens 1 jaar aanwezig